Demonteren slipkoppeling
Indien de slipkoppeling niet met de hand kan worden
gedraaid zoals beschreven onder "Slipkoppelingen van de
hoofdaandrijving Vloeistofgekoeld (optie op 345 en 360,
standaard op 375)" dient deze te worden gedemonteerd
en gereinigd.
Procedure:
1. Verwijder de slipkoppeling van het voorzetstuk. Zie
"Slipkoppeling verwijderen" in dit hoofdstuk.
2. Draai de moeren (A) vast. Hierdoor wordt de druk op
de frictieschijven verlaagd.
3. Verwijder de borgmof (I) uit de behuizing (B).
4. Verwijder vervolgens alle componenten van de
slipkoppeling uit de behuizing (B).
5. Reinig alle componenten, met name de frictieschijven
(C, E). Vervang versleten onderdelen.
6. Monteer alle onderdelen weer.
7. Monteer de borgmof (I) zoals hieronder getoond onder
"Koppels".
8. Alle moeren (A) tot aan het einde van de schroefdraad
losdraaien.
9. Monteer de slipkoppelingen weer op het roterend
voorzetstuk.
Koppels:
BELANGRIJK: Het voorgeschreven koppel mag
niet worden overschreden. Zie de tabel
met koppels in "Slipkoppelingen van de
hoofdaandrijving Vloeistofgekoeld (optie op
345 en 360, standaard op 375)".
Dit koppel wordt ingesteld door het profiel (F) naar buiten
te verplaatsen en door de nokken van de mof in de
uitwendige uitsparingen (G) van de behuizing (B) te laten
aangrijpen.
Onderhoud
A—Moer
B—Behuizing
C—Frictieschijf
D—Koelvloeistofreservoir 1,3
l (0.34 U.S. gal)
— 0,65 l (0.17 U.S. gal.) water
— 0,65 l (0.17 U.S. gal.)
antivries
505
E—Frictieschijf
F— Profiel
G—Uitwendige uitsparing
H—Inwendige uitsparing
I— Borgmof
KM00321,0000299 1824FEB101/1
PN=101
041910