9
Onderhoud en reparatie
17. Door het verstellen van het
afgiftepunt aan de besturing,
controleren of de instellingen
links en rechts overeenstem-
men (bijv. AGP 1, 6 en 9 op
overeenstemming controle-
ren).
18. Actuator terug inhangen en
borgen.
De afgiftepunten aan beide zijden gelijkmatig instellen.
Na correctie van de afgiftepuntverstelling is ook een controle van de testpunten
van het afgiftepunt in de elektronische besturing noodzakelijk.
Neem daarvoor de gebruikshandleiding van de elektronische besturing in acht.
110
Afb. 9.30: Afgiftepuntuitlijning controleren
Afb. 9.31: Actuator inhangen
AANWIJZING