Wielmontage:
Vóór de montage het steunvlak van het wiel aan de naaf reinigen.
Vóór de montage de wielmoeren en wielbouten controleren. Beschadigde,
zwaar lopende of door roest aangetaste wielmoeren of wielbouten vervangen.
Alle wielmoeren stapsgewijs kruiselings met een draaimomentsleutel aan-
draaien.
-
Wielmoeren met een aanhaalmoment van 560 Nm vastdraaien.
-
Alle 10 wielmoeren per wiel aanbrengen en vastdraaien.
Tijdens de eerste kilometers rijden met de nieuwe machine of na een wielvervan-
ging zetten de wielmoeren zich en komen ze losser te zitten.
Alle wielmoeren na 50 km rijden aandraaien met het voorgeschreven aan-
haalmoment.
Neem de aanwijzingen en voorgeschreven werkzaamheden van de asfabrikant
voor wielmontage in acht.
Algemeen onderhoud en reparaties
LET OP
9
153