Radical-7
Signal IQ (Signaal-IQ, SIQ)
Signal IQ (Signaal-IQ) geeft een indicatie van de betrouwbaarheid van de
weergegeven SpO2-waarde. Met de SpO2-SIQ kunt u ook de hartslag van
een patiënt meten.
Bij beweging wordt de plethysmografische golfvorm vaak vervormd; deze
kan ook worden verstoord door een artefact. De SpO2 SIQ, weergegeven
als een verticale streep, valt samen met de piek van een arteriële pulsatie.
Zelfs wanneer een plethysmografische curve wordt belemmerd door een
artefact, geeft de signaal-IQ de door de algoritmen bepaalde timing van de
arteriële pulsatie aan. De pulstoon (indien ingeschakeld) valt samen met de
verticale streep van de SpO2-SIQ.
De hoogte van de verticale lijn van de SpO2-SIQ geeft een indicatie van de
betrouwbaarheid van de weergegeven meting. Een lange verticale balk geeft
een meting met een grotere betrouwbaarheid aan. Een korte verticale balk
geeft een meting met een lagere betrouwbaarheid aan. Als de signaal-IQ erg
slecht is, kan dit betekenen dat de nauwkeurigheid van de weergegeven
meting in het geding is. Zie Informatie over de statusbalk op pagina 61.
Als parameters zwak verlicht zijn, moet u behoedzaam zijn en de volgende
stappen uitvoeren:
•
Beoordeel de patiënt.
•
Controleer de sensor en verzeker u ervan dat de sensor correct is
aangebracht. De sensor moet goed bevestigd zijn op de plek voor
de Radical-7 Pulse CO-Oximeter om nauwkeurige metingen te
waarborgen. Als de straler en detector van de sensor foutief zijn
uitgelijnd, kunnen zwakkere signalen en derhalve ook foutieve
afleeswaarden het gevolg zijn.
•
Bepaal of er een extreme verandering heeft plaatsgevonden in de
fysiologie van de patiënt en de bloedstroom op de sensorplek (bijv.
een lege bloeddrukmanchet, een knijpbeweging, afname van een
arterieel bloedmonster van de hand waar de pulsoximetriesensor
zich bevindt, ernstige hypotensie, vernauwing van de perifere
bloedvaten als reactie op onderkoeling, geneesmiddelen, of een
aanval van de ziekte van Raynaud).
•
Bij pasgeborenen of kleine kinderen moet men erop toezien dat de
perifere bloedstroom naar de sensorplek niet wordt onderbroken.
Er kan bijvoorbeeld een onderbreking optreden bij het optillen of
kruisen van de beentjes tijdens het verschonen van een luier.
•
Mocht de parameter zwak verlicht blijven nadat u de voorgaande
stappen hebt uitgevoerd, kunt u overwegen om een arterieel
bloedmonster voor CO-oximetrieanalyse te nemen om de
zuurstofverzadigingswaarde te verifiëren.
Raadpleeg de Parametergerelateerde veiligheidsinformatie,
waarschuwingen en let op-meldingen op pagina 14.
www.masimo.com
Hoofdstuk 7: Probleemoplossing
140
Masimo