Advertenties
3-4 Compaq StorageWorks Modulaire datarouter - Gebruikershandleiding
Indexed Addressing
Management Information Base (MIB)
De MDR kan het herkennen van SCSI-apparaten op twee manieren uitvoeren:
I
Target ID priority: op deze manier wordt de tabel gevuld
overeenkomstig de oplopende volgorde van SCSI-bestemmings-ID's.
Dit is de standaard herkenningsstand van de MDR.
I
Bus Number priority: op deze manier wordt de tabel gevuld in
oplopende volgorde van SCSI-busnummers (SCSI-poortnummers).
U kunt gebruikmaken van de opdracht 'setFcLunPriority' van de applicatie-
beheerconsole om te kiezen welke stand u wilt gebruiken (zie appendix D in
deze handleiding, 'Applicatiebeheerconsole in Windows HyperTerminal').
De stand Indexed Addressing (Geïndexeerde adressering) wordt aanbevolen
voor omgevingen waarin gebruikers meer flexibiliteit willen hebben in het
toewijzen van Fibre Channel-naar-SCSI adressen dan wordt geboden door de
standaardstand Progressive Persistent Device Discovery Addressing (PPD).
U kunt de vermeldingen in de Fibre Channel-naar-SCSI toewijzingstabel met
geïndexeerde adressering bewerken met behulp van een in-band beheer-
programma. U kunt vervolgens een tabelvermelding selecteren met FCP LUN
en het bijbehorende BUS:TARGET:LUN opgeven. De MDR slaat alle
wijzigingen in de toewijzingstabel op in blijvend geheugen en laadt deze de
volgende keer dat het apparaat wordt uit- en ingeschakeld.
Een Management Information Base (MIB) is een opslagplaats van gegevens
over de huidige status van het gehele netwerk. De gegevens die worden
opgeslagen in de MIB verschijnen op het beheerwerkstation. De beheerconsole
gebruikt de Ethernet-verbinding via het Simple Network Management
Protocol (SNMP) om verzoeken te verzenden en MIB-gegevens te ontvangen
van de MDR. Deze beheerapplicatie wordt gebruikt om systeemvariabelen in
te stellen en systeemgegevens te krijgen die zijn opgeslagen in de MIB.
Advertenties
