U kunt de naam van uw onderneming of afdeling registreren als naam van de machine. De opgeslagen naam
wordt weergegeven/afgedrukt bij de ontvanger als de gegevens van de afzender bij het verzenden van een e-
mail/I-fax.
●
De geregistreerde naam van de machine wordt gebruikt als weergavenaam voor het e-mailadres in
de indeling "naam van de machine <e-mailadres>".
●
U kunt voor de naam maximaal 24 tekens invoeren.
●
Het e-mailadres dat bij de aanmeldingsservice is gebruikt, verschijnt in het veld Van op de machine
van de ontvanger voor e-mailberichten en I-fax-documenten.
apparaat registreren(P. 657)
●
Als u op <Instellingen E-mail/I-fax> drukt
<Aan>, wordt het e-mailadres dat is geregistreerd voor de aangemelde gebruiker, voor de ontvanger
weergegeven als naam van de afzender in het veld Van, ongeacht welke aanmeldingsservice wordt
gebruikt.
<Communicatie-instellingen>
<Functie-instellingen>
U kunt de instellingen opgeven voor een mailserver en een verificatiemethode die u gebruikt voor e-mails/I-
faxen.
Communicatie via e-mail/I-fax instellen(P. 77)
●
Als u korter dan 10 minuten instelt (met uitzondering van "0 min") voor <POP-interval>, zal de
machine niet volledig in de sluimermodus gaan.
●
De machine kan alleen I-faxen en rapporten met communicatiefouten ontvangen.
<Geef poortnummer op voor SMTP UIT/POP IN>
<Functie-instellingen>
U kunt het poortnummer van de SMTP en POP wijzigen.
<S/MIME-instellingen>
<Functie-instellingen>
U kunt S/MIME instellen. Als u S/MIME instelt, kunt u een digitale handtekening toevoegen of de e-mail
versleutelen bij het gebruik van de functie voor e-mail/I-fax.
E-mailversleuteling instellen
1
Druk op
.
2
Druk op <Functie-instellingen>
instellingen>.
Instellingen/Registratie
en <Verificatie gebruiker als zender opgeven> instelt op
<Verzenden>
<Instellingen E-mail/I-fax>
<Verzenden>
<Instellingen E-mail/I-fax>
<Verzenden>
<Instellingen E-mail/I-fax>
<Verzenden>
1080
Gebruikersgegevens in het lokale
<Instellingen E-mail/I-fax>
<S/MIME-