●
Als Wifi Direct is geselecteerd, kan slechts één mobiel apparaat worden aangesloten.
<Apparaatnaam voor Wi-Fi Direct>
<Voorkeuren>
<Netwerk>
Geef de apparaatnaam op die u wilt gebruiken voor directe verbindingen (Wifi Direct).
●
"-XY_Canon10" (waarbij XY willekeurige letters zijn) wordt automatisch toegevoegd aan de
apparaatnaam voor Wifi Direct, tenzij de apparaatnaam 22 tekens of meer bevat (in dat geval wordt "-
XY_Canon10" niet toegevoegd).
<Tijd tot sessie met directe verbinding is beëindigd>
<Voorkeuren>
<Netwerk>
Geef op hoe lang het duurt voordat de communicatie automatisch wordt beëindigd wanneer er langere tijd
geen gegevens worden verzonden/ontvangen terwijl er wordt gecommuniceerd met een directe verbinding.
●
Deze instelling wordt weergegeven als <Altijd ingesch. als SSID-/Netwerksleutel is opgegeven> is
ingesteld op <Aan>.
<Instellingen modus toegangspunt>
<Voorkeuren>
<Netwerk>
Geef de instellingen voor toegangspuntmodus op.
Als <Gebruik pers. SSID en netwerksleutel> is ingesteld op <Aan>
●
Informatie over de gebruiker en de SSID/netwerksleutel bij het aanmelden, wordt gekoppeld met en
opgeslagen in de machine. Er kan slechts één mobiel apparaat worden aangesloten.
Als <Gebruik pers. SSID en netwerksleutel> is ingesteld op <Uit>
●
Als <Geef te gebruiken SSID op> en <Geef te gebruiken netwerksleutel op> zijn ingesteld op <Aan>,
kunt u meerdere mobiele apparaten tegelijk aansluiten. U kunt maximaal vijf apparaten tegelijk
aansluiten.
●
Als <Geef te gebruiken SSID op> en/of <Geef te gebruiken netwerksleutel op> zijn ingesteld op <Uit>,
wordt elke keer een willekeurige SSID of netwerksleutel gebruikt om verbinding te maken. Er kan
slechts één mobiel apparaat worden aangesloten.
Instellingen/Registratie
<Directe-verbindingsinstellingen>
<Directe-verbindingsinstellingen>
<Directe-verbindingsinstellingen>
1040