●
Als u een instelling voor Afwerken selecteert die niet overeenkomt met het geplaatste papier, kan dit
papierstoringen of beschadigde afbeeldingen veroorzaken.
◼
Type
U kunt de instelling Type van Aangepast type dat u hebt geregistreerd, wijzigen.
●
Als u een instelling voor Type selecteert die niet overeenkomt met het geplaatste papier, kan dit
papierstoringen of beschadigde afbeeldingen veroorzaken.
◼
Kleur
U kunt de kleur van het type gebruikerspapier wijzigen.
●
Als u een instelling voor Kleur selecteert die niet overeenkomt met het geplaatste papier, kan dit
papierstoringen of beschadigde afbeeldingen veroorzaken.
◼
Gebruiken als sjabloonpapier
U kunt deze modus instellen op <Aan> om voorbedrukt papier (papier waarop al logo's zijn afgedrukt), zoals
briefpapier, te gebruiken.
●
Het type gebruikerspapier met <Aan> ingesteld voor <Gebruiken als sjabloonpapier> wordt niet automatisch
geselecteerd in de volgende situaties.
- Wanneer het papiertype voor afdrukken is ingesteld op <Auto>
- Als <Autom. selectie papierlade Aan/Uit> is ingesteld op <Aan> en <Geef papiertype aan> is ingesteld op
<Uit> bij het kopiëren
●
Methoden voor het plaatsen van papier als <Gebruiken als sjabloonpapier> is ingesteld op <Aan>:
- Papierlade van de hoofdeenheid: de zijde met een logo omlaag
- Andere papierbron dan de papierlade van de hoofdeenheid: de zijde met een logo omhoog
◼
Aanpassen kruipcorrectie
Als u voor elke pagina in een boekje de correctie voor kruip (verplaatsing) wilt aanpassen, wijzigt u de
kruipcorrectiebreedte voor het geregistreerde type gebruikerspapier.
Onderhoud
1195