Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
PL2850
Terwijl het pomphuis op zijn plaats komt, zal
i
de krukaspen komen te steken uit het lager in
het midden van het pomphuis. Positioneer de
schuifconstructie zodanig, dat als de krukaspen
uit het hoofdlager komt te steken, deze in het
lager van de drijfstang valt.
Forceer het pomphuis en de tandwielkast niet
door ze tegen elkaar te drukken.
Let op
29. Zoek de vier inbusbouten en sluitringen die het pomphuis
(9) met de tandwielkast (10) verbinden.
30. Draai met een 1/4" inbussleutel de inbusbouten kruiselings
vast. Aandraaimoment tussen 200 en 230 in.lbs.
31. Schuif de bovenkant van de zuigerstang (6) in de T-sleuf
van de schuifconstructie (7).
32. Positioneer het pompblok (4) onder de tandwielkast (5) en
druk het naar boven, totdat de kast tegen de tandwielkast
rust.
33. Plaats de twee inbusschroeven (3) die het vloeistofgedeelte
(4) met het pomphuis verbinden, draai ze vast met een
aandraaimoment van 400-440 in.lbs.
34. Plaats de kap aan de voorzijde (2) over het pomphuis
(1). Bevestig de kap aan de voorzijde met de vier voorste
schroeven.
5
7
1
2
3
7.5
oNDERHouD VAN HEt koppELINgssystEEm
i
koppELINgsANkERcoNstRuctIE VERWIjDEREN/
VERpLAAtsEN
1. Voer de drukontlastingsprocedure uit (sectie 4.5).
2. Lokaliseer de draad die uit de achterkant van de behuizing
van de drukregelaar komt en sluit die aan op de draadboom
van de motor. Ontkoppel de draad van de connector op de
draadboom van de motor.
3. Verwijder met een 12-puntssleutel van 5/16" de vier
schroeven en de sluitringen die het koppelingshuis (3) met
de tandwielkast (4) verbinden.
4. Gebruik een 9/16" inbussleutel en verwijder de schroef (5)
die de tandwielkast aan de wagen (4) bevestigt.
5. Schuif de pomp (6) en de tandwielkasten (4) van de motor
weg om ze te ontkoppelen van het koppelingshuis (3).
4
6
6
5
4
6. Lokaliseer de koppelingsankerconstructie (7) aan het
uiteinde van de motoras (8). Let op de twee stelschroeven
(9), evenals de ongebruikte schroefdraadopening in
de tapse vergrendelingsbus (10) in het midden van de
koppelingsnaaf.
7. Verwijder met een 1/8" inbussleutel de twee stelschroeven
(9) uit de tapse vergrendelbus (10)
8. Draai een van de stelschroeven (9) in de ongebruikte
opening met schroefdraad op de tapse vergrendelbus
(10). Wanneer de schroef vaster wordt gedraaid, zal de bus
loskomen. Als de bus voldoende is losgemaakt, schuif de
constructie van het koppelingsanker (7) van de motoras (8).
reparaties aan het apparaat
Bij het vervangen van het koppelingsanker moet
de koppelingsrotor ook worden vervangen.
Dit garandeert een gelijkmatige slijtage en een
maximale levensduur van de onderdelen van de
koppeling.
1
2
7
10
9
3
8
27
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
