Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instelling Van De Bluetooth-Interface Voor De Wilo-Smart Connect Module Bt - Wilo Stratos GIGA2.0-I Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Verberg thumbnails Zie ook voor Stratos GIGA2.0-I:
Inhoudsopgave

Advertenties

nl
13.7
Instelling van de Bluetooth-inter-
face voor de Wilo-Smart Connect
module BT
106
Communicatie-interfaces: Instelling en functie
21 deelnemers in het Wilo Net communiceren.
Hogere ID's leiden ertoe dat Wilo Net deelnemers met hogere ID's niet goed met de an-
dere deelnemers kunnen communiceren.
Het kleinste Wilo Net „communicatienetwerk" bestaat uit 2 deelnemers (bijv. bij dub-
belpompen of 2 enkelpompen als dubbelpomp). Meestal worden de deelnemers dan
met ID 1 en ID 2 gebruikt. Elke andere combinatie van de ID's 1 – 21 is echter mogelijk,
zolang beide ID's maar verschillend zijn.
Zodra de Wilo-Smart Connect module BT in de Wilo-Connectivity Interface is geplaatst,
verschijnt op het display het menu „Instellingen – Externe interfaces – Instelling Blue-
tooth".
...externe interfaces
Functie analoge ingang (AI3)
Niet geconfigureerd, 0 – 10 V
Functie analoge ingang (AI4)
Niet geconfigureerd, 0 – 10 V
Instelling Wilo Net
ID0, beëindiging: Uitgeschakeld
Instelling Bluetooth
Wilo-Connect Module geplaatst
Fig. 87: Instelling Bluetooth-interface
De volgende instellingen zijn mogelijk (Fig. 88):
ƒ
Bluetooth: Het Bluetooth-signaal van de Wilo-Smart Connect module BT kan in-
en uitgeschakeld worden.
ƒ
Connectable: Het is toegestaan om een Bluetooth-verbinding tot stand te brengen
tussen de pomp en een mobiel eindapparaat met de Wilo-Smart Connect app (ON).
Het is niet toegestaan om een Bluetooth-verbinding tot stand te brengen tussen
de pomp en een mobiel eindapparaat met de Wilo-Smart Connect app (OFF).
ƒ
Dynamic PIN: Als er met een mobiel eindapparaat een verbinding met de pomp tot
stand wordt gebracht met de Wilo-Smart Connect app, dan verschijnt er een PIN
op het display. Deze PIN moet in de app worden ingevoerd om de verbinding tot
stand te brengen.
Via „Dynamic PIN" kunt u kiezen uit 2 PIN's:
ƒ
OFF: Elke keer dat er een verbinding tot stand wordt gebracht, worden de laatste
4 tekens van het S/N-serienummer van de Wilo-Smart Connect module BT op het
display weergegeven. Het S/N-nummer is op het typeplaatje van de Wilo-Smart
Connect module BT vermeld. Dit wordt een „statische PIN" genoemd.
ƒ
ON: Elke keer dat er een verbinding tot stand wordt gebracht, wordt er dynamisch
een nieuwe PIN gegenereerd en op het display weergegeven.
Instellen van de parameters
van de Wilo-Connect Module
„Bluetooth".
WILO SE 2021-12

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Stratos giga2.0-d

Inhoudsopgave