uy
INTERIEURVERLICHTING
Stand
A:
Verlichting
brandt continu.
Stand
B:
Verlichting
uitgeschakeld.
Stand C: Verlichting brandt alleen als
één
van
de portieren
wordt
geopend.
De interieurverlichting werkt
onafhankelijk
van
de stand
van de
contactsleutel.
#
i'i,lo
SIGARE.AANSTEKER/
LOOPLAMPAANSLUITING
Druk de
aansteker in.Zodra
de
aansteker
voldoende
is
opgewarmd, springt hij
van-
zelt
terug.
Neem de
aansteker uit de
houder.
Als
de
verlichting
van de
wagen
is ingescha-
keld
is
ook
de
sigare-aansteker verlicht.
De
houder van de sigare-aansteker doet
te-
vens
dienst
als
aansluiting
voor de stekker
van
een
looplamp.
Zie ook het
hoofdstuk
"
Reparat
ies
ondenrueg
".
ZONNEKLEPPEN
Voor zowel
de
bestuurder als de
bijrijder
is
een grote zonneklep aangebracht,
die
naar
beneden
kan worden
gedraaid
om
verblin-
ding door zonnestraling te voorkomen.
ASBAKKEN
Voor
de
bestuurder
en bijrijder
is in
het
dashboard
links
en
rechts
naast
de
bedie-
ning voor
verwarming/ventilatie
een
asbak
aangebracht.
26