5 Beschrijving van de bestuurdersplaats
Zet de vergrendelingshendel(s) in de vergrendelde stand, zodra u uw stoel verlaat.
De bewegingsverhouding tussen de voorziening van de bedieningshendels en de bewegingen
van de apparatuur die hiervan het resultaat zijn, worden uitgebreid in deze handleiding
beschreven. Om ongevallen als gevolg van een verkeerde hantering te voorkomen, is het
niet toegestaan de hydraulische kring te wijzigen tijdens het opnieuw aansluiten van de
slangen van de hydraulische vijzels en de kleppen.
5.3.2 Bedieningshendel links
•
De linkse bedieningshendel wordt gebruikt om de arm te bedienen en het bovengedeelte te la-
ten draaien.
A
1
1
•
Duw de hendel naar rechts om naar rechts te draaien, en duw hem naar links om naar links te
draaien.
•
Wanneer u de hendel loslaat, keert hij terug in de neutrale stand en worden de respectieve be-
wegingen stopgezet.
5.3.3 Bedieningshendel rechts
•
De rechtse bedieningshendel wordt gebruikt om de giek en de graafschop te hanteren.
20
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
A = Hantering van de arm
1 = Bedieningshendel links
B = Draaiing van het bovengedeelte
1 = Bedieningshendel links
C= Hantering van de giek
1= Bedieningshendel rechts
www.duma-rent.com