3.
Druk op
4.
Druk op
5.
Druk op
6.
Druk op
7.
Druk op
8.
Druk op
9.
Druk op
10.
Druk op
subnetmasker.
11.
Druk op
te gaan.)
12.
Herhaal stap 10 en 11 totdat het juiste subnetmasker is ingevoerd. Druk vervolgens op
subnetmasker op te slaan.
13.
Druk op
De standaardgateway instellen
1.
Druk op Menu.
2.
Druk op
3.
Druk op
4.
Druk op
5.
Druk op
6.
Druk op
7.
Druk op
8.
Druk op
9.
Druk op
10.
Druk op
standaardgateway.
11.
Druk op
te gaan.)
12.
Herhaal stap 10 en 11 totdat de juiste standaardgateway is ingevoerd. Druk vervolgens op
de standaardgateway op te slaan.
13.
Druk op
46
Hoofdstuk 3 I/O-configuratie
om I/O te markeren en druk vervolgens op
om GEÏNTEGREERDE JETDIRECT te markeren en druk vervolgens op
om TCP/IP te markeren en druk vervolgens op
om CONFIGURATIEMETHODE te selecteren.
om HANDMATIG te markeren en druk vervolgens op
om HANDMATIGE INSTELLINGEN te markeren en druk vervolgens op
om SUBNETMASKER te markeren en druk vervolgens op
of op
om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van het
om naar de volgende serie getallen te gaan. (Druk op
Menu
om terug te keren naar de status Klaar.
om APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk vervolgens op
om I/O te markeren en druk vervolgens op
om GEÏNTEGREERDE JETDIRECT te markeren en druk vervolgens op
om TCP/IP te markeren en druk vervolgens op
om CONFIGURATIEMETHODE te selecteren.
om HANDMATIG te markeren en druk vervolgens op
om HANDMATIGE INSTELLINGEN te markeren en druk vervolgens op
om STANDAARDGATEWAY te markeren en druk vervolgens op
of op
om het getal te verhogen of te verlagen voor de eerste byte van de
om naar de volgende serie getallen te gaan. (Druk op
Menu
om terug te keren naar de status Klaar.
.
.
.
.
om naar de vorige reeks getallen
.
.
.
om naar de vorige reeks getallen
.
.
om het
.
.
.
.
om
NLWW