Samenvatting van Inhoud voor Oshkosh Corporation JLG 400SC
Pagina 1
Bedienings- en veiligheidshandleiding Oorspronkelijke instructies – Zorg ervoor dat deze handleiding te allen tijde bij de machine blijft. Giekhoogwerkermodel 400SC 460SJC 3123851 Revised ANSI November 5, 2018 - Rev G ® Dutch - Operation and Safety...
Pagina 3
VOORWOORD VOORWOORD Deze handleiding is een zeer belangrijk hulpmiddel! Zorg dat de handleiding te allen tijde bij de machine blijft. Het doel van deze handleiding is om eigenaars, gebruikers, machinisten, verhuurders en huurders over alle voorzorgsmaat- regelen en essentiële bedieningsprocedures in te lichten die nodig zijn voor de veilige en juiste bediening van de machine. Gezien de voortdurende productverbeteringen behoudt JLG Industries, Inc.
Pagina 4
VOORWOORD WAARSCHUWINGSSYMBOLEN EN WAARSCHUWINGSTERMEN Dit is het waarschuwingssymbool. Dit dient om u attent te maken op gevaren voor mogelijk lichamelijk letsel. Volg alle veiligheidsberichten op waar dit symbool bij staat om de mogelijkheid van ernstig of dodelijk letsel te voorkomen. GEVAAR LET OP DUIDT OP EEN DREIGENDE GEVAARLIJKE SITUATIE.
Pagina 5
VOORWOORD Voor: WAARSCHUWING • het rapporteren van • informatie over normen en DIT PRODUCT MOET AAN ALLE VEILIGHEIDSPUBLICATIES VOLDOEN. NEEM CONTACT OP MET JLG INDUSTRIES, INC. OF DE PLAATSELIJKE ERKENDE JLG-VERTEGENWOOR- ongelukken voorschriften DIGER VOOR INFORMATIE OVER VEILIGHEIDSPUBLICATIES DIE MOGELIJK VOOR DIT •...
Pagina 6
VOORWOORD REVISIELOGBOEK Oorspronkelijke uitgave A - 25 juni 2015 Gereviseerd B - 6 juli 2015 Gereviseerd C - 8 juni 2016 Gereviseerd D - 24 oktober 2016 Gereviseerd E - 21 november 2017 Gereviseerd F - 29 juni 2018 - omslagen herzien, Prop 65 Gereviseerd G - 5 november 2018 3123851...
Pagina 7
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA Functiecontrole ........2-8 HOOFDSTUK - 1 - VEILIGHEIDSMAATREGELEN Functietest SkyGuard .
Pagina 8
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA PLATFORM ......... 4-14 HOOFDSTUK - 5 - NOODPROCEDURES Platform rechtzetten .
Pagina 9
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA SKYWELDER™ ........6-8 Vermogensafgifte van generator .
Pagina 10
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA HOOFDSTUK – PARAGRAAF, ONDERWERP PAGINA Deze pagina is opzettelijk leeg gelaten. 3123858...
Pagina 11
FIGUREN FIGUURNUMMER – TITEL PAGINA FIGUURNUMMER – TITEL PAGINA 2-1. Basisnomenclatuur ........2-4 7-3.
Pagina 12
FIGUREN FIGUURNUMMER – TITEL PAGINA FIGUURNUMMER – TITEL PAGINA Deze pagina is opzettelijk leeg gelaten 3123858...
Pagina 13
TABELLEN TABELNUMMER – TITEL PAGINA TABELNUMMER – TITEL PAGINA Minimale veilige afstanden ......1-6 Schaal van Beaufort (uitsluitend ter referentie) .
Pagina 14
TABELLEN TABELNUMMER – TITEL PAGINA TABELNUMMER – TITEL PAGINA Deze pagina is opzettelijk leeg gelaten viii 3123858...
Pagina 15
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN HOOFDSTUK 1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN ALGEMEEN WAARSCHUWING Dit hoofdstuk beschrijft de voorzorgsmaatregelen die genomen HET NIET IN ACHT NEMEN VAN DE IN DEZE HANDLEIDING VERMELDE VEILIGHEIDS- MAATREGELEN KAN LEIDEN TOT BESCHADIGING VAN DE MACHINE, ANDERE MATERI- dienen te worden voor een juist en veilig gebruik en onderhoud ELE SCHADE EN ERNSTIG OF DODELIJK LETSEL.
Pagina 16
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Een machinist mag geen verantwoordelijkheid voor de Inspectie van het werkterrein bediening van de machine aanvaarden voordat hij/zij • De gebruiker moet voorzorgsmaatregelen nemen om alle voldoende training heeft ontvangen van competente en gevaren op het werkterrein te vermijden voordat en terwijl de bevoegde personen.
Pagina 17
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Inspectie van de machine BEDIENING • Bedien deze machine niet voordat de inspecties en functie- Algemeen controles zijn uitgevoerd zoals aangegeven in hoofdstuk 2 van deze handleiding. • De bediening van de machine vereist uw volledige aandacht. Breng de machine volledig tot stilstand voordat u apparatuur •...
Pagina 18
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Laat niemand aan deze machine knoeien of deze vanaf de • Hydraulische cilinders zijn onderhevig aan thermische uitzet- grond bedienen terwijl er personen op het platform zijn, ting en inkrimping. Hierdoor kan de positie van giek en/of behalve in noodgevallen.
Pagina 19
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Controleer of alle toegangshekken gesloten zijn en vastzitten Elektrocutiegevaren en in de juiste stand staan alvorens de machine te bedienen. • Deze machine is niet geïsoleerd en biedt geen bescherming tegen contact met of nabijheid van elektrische stroom. •...
Pagina 20
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Tabel 1-1. Minimale veilige afstanden Spanningsgebied MINIMALE VEILIGE AFSTAND (fase-fase) in meters (feet) 0 tot 50 kV 3 (10) Meer dan 50 kV tot 200 kV 5 (15) Meer dan 200 kV tot 350 kV 6 (20) Meer dan 350 kV tot 500 kV 8 (25) Meer dan 500 kV tot 750 kV...
Pagina 21
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • De minimale afstand kan worden verminderd indien er geïso- Gevaar voor kantelen leerde hekken zijn aangebracht om contact te voorkomen en • De gebruiker moet vertrouwd zijn met het oppervlak alvorens indien de hekken gespecificeerd zijn voor de spanning van de te rijden.
Pagina 22
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Overschrijd nooit de maximale belasting die op het platform • Bedien de machine niet bij een windsnelheid, met inbegrip staat aangegeven. Zorg dat alle ladingen binnen het platform van windstoten, van meer dan 12,5 m/s (28 mph). Factoren die blijven, tenzij toestemming is verkregen van JLG.
Pagina 23
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN OPMERKING WICHTIG BEDIEN DE MACHINE NIET BIJ EEN WINDSNELHEID VAN MEER DAN 12,5 M/S (28 MPH). Tabel 1-2. Schaal van Beaufort (uitsluitend ter referentie) Windsnelheid Kracht Beschrijving Omstandigheden aan land 0-0,2 Kalm Kalm. Rook stijgt recht omhoog 0,3-1,5 Zwak Windrichting af te leiden uit rookpluimen...
Pagina 24
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Zorg dat ander personeel tijdens het rijden en zwenken op Gevaar voor beknelling en botsing minstens 1,8 m (6 ft) afstand van de machine blijft. • Alle machinisten en grondpersoneel moeten een goedge- • Onder alle rijomstandigheden moet de machinist de rijsnel- keurde helm dragen.
Pagina 25
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN SLEPEN, HIJSEN EN VERVOEREN ONDERHOUD • Laat nooit personen op het platform toe terwijl de machine Deze paragraaf bevat algemene veiligheidsmaatregelen die bij gesleept, gehesen of vervoerd wordt. het onderhoud van deze machine in acht moeten worden geno- men.
Pagina 26
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Ontlast altijd de hydraulische druk in alle hydraulische circuits • Probeer nooit zware onderdelen te heffen zonder hulp van alvorens hydraulische onderdelen los te maken of te verwijderen. een mechanisch apparaat. Laat zware voorwerpen niet in een onstabiele positie liggen.
Pagina 27
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Gevaren van accu’s LET OP • Koppel de accu’s altijd los wanneer u onderhoud aan ACCUVLOEISTOF IS UITERST CORROSIEF. VERMIJD TE ALLEN TIJDE elektrische onderdelen of laswerkzaamheden op de machine AANRAKING MET HUID EN KLEDING. SPOEL EEN PLAATS DIE ERMEE IN uitvoert.
Pagina 28
HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN AANTEKENINGEN: 1-14 3123851...
Pagina 29
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE HOOFDSTUK 2. VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 6. De veiligste wijze om de machine te bedienen in de buurt 2.1 TRAINING VAN HET PERSONEEL van hoge obstakels, ander bewegend materieel, andere De hoogwerker is een apparaat waarmee personen worden ver- obstakels, verzakkingen, kuilen of steile hellingen.
Pagina 30
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 2.2 VOORBEREIDING, INSPECTIE EN ONDERHOUD OPMERKING WICHTIG JLG INDUSTRIES, INC. ERKENT IEMAND DIE DE JLG SERVICE TRAINING SCHOOL VOOR De volgende tabel bevat de door JLG Industries, Inc. vereiste peri- HET BETREFFENDE MODEL VAN HET JLG-PRODUCT MET SUCCES HEEFT DOORLOPEN odieke inspecties en periodiek onderhoud van de machine.
Pagina 31
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Tabel 2-1. Inspectie- en onderhoudstabel Voornaamste Kwalificatie voor Type Frequentie Referentie verantwoordelijkheid service Inspectie vóór het starten Elke dag vóór gebruik of Gebruiker of machinist Gebruiker of machinist Bedienings- en veiligheidshandlei- wanneer een andere machinist de bediening overneemt.
Pagina 32
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 1. Platform 2. Platformconsole 3. SkyGuard (indien aanwezig) 4. Dwarsreling (indien aanwezig) 5. Uitschuifbaar gieksegment 6. Vast gieksegment 7. Eindaandrijvingsnaaf 8. Rupsband 9. Chassis- en rolleneenheid 10. Draaischijf 11. Grondbedieningsconsole Figuur 2-1.
Pagina 33
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 5. Dagelijkse inspectieronde – Uitvoeren conform instructies. Inspectie vóór het starten 6. Accu: Opladen wanneer nodig. De inspectie vóór het starten moet alle volgende punten omvat- ten: 7. Brandstof (Machines met verbrandingsmotor) – Voeg de juiste brandstof toe wanneer nodig.
Pagina 34
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Dagelijkse inspectieronde 3123851...
Pagina 35
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Begin de inspectieronde bij item 1, zoals aangegeven in het 5. Wielen met banden – Goed vastgezet zonder ontbrekende schema. Ga verder en controleer elk item achtereenvolgens op de wielmoeren.
Pagina 36
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 2. Vanaf de platformbedieningsconsole: Functiecontrole a. Verzeker u ervan dat de bedieningsconsole stevig op Voer de functiecontrole als volgt uit: de juiste plaats vastzit. 1. Vanaf de grondbedieningsconsole zonder lading op het b.
Pagina 37
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 4. Schakel de SkyGuard-sensor uit, laat de bedieningselemen- Functietest SkyGuard ten los en druk vervolgens de voetschakelaar nogmaals in. Zorg voor normale bediening. OPMERKING: Raadpleeg Hoofdstuk 4.9 voor meer informatie over de bediening van SkyGuard.
Pagina 38
HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE AANTEKENINGEN: 2-10 3123851...
Pagina 39
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE HOOFDSTUK 3. BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE ALGEMEEN OPMERKING: Op de indicatorpanelen worden symbolen van verschil- lende vorm gebruikt om de machinist te wijzen op verschil- lende bedrijfssituaties die kunnen ontstaan. De betekenis OPMERKING WICHTIG van deze symbolen wordt hieronder toegelicht.
Pagina 40
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 2. Weergavemeter WAARSCHUWING Registreert het aantal bedrijfsuren van de OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT WORDEN ALS BEDIENINGSHENDELS OF TUIMELSCHAKELAARS DIE DE BEWEGING VAN HET machine met draaiende motor. De urenteller PLATFORM BESTUREN NIET NAAR DE STAND ‘UIT’...
Pagina 41
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Indicatorpaneel 2. Weergavemeter 3. Motor starten/hulpvoeding/functie activeren 4. Keuzeschakelaar Platform/Grond 5. Platform rechtzetten 6. Platform draaien 7. Niet gebruikt 8. In-/uitschuiven 9. Voeding/noodstop 10. Hoofdgiek heffen 11. Zwenken 12. Opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) 1001191933 Figuur 3-1.
Pagina 42
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Indicatorpaneel 2. Weergavemeter 3. Motor starten/hulpvoeding/functie activeren 4. Keuzeschakelaar Platform/Grond 5. Platform rechtzetten 6. Platform draaien 7. Jib heffen 8. In-/uitschuiven 9. Voeding/noodstop 10. Hoofdgiek heffen 11. Zwenken 1001215596 A Figuur 3-2.
Pagina 43
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 5. Opheffen automatisch rechtzetten platform OPMERKING: Wanneer de keuzeschakelaar Platform/grond in de middel- Met deze schakelaar met drie standen kan de ste stand staat, is de voeding naar beide bedieningsconso- machinist het automatische rechtzetsysteem les uitgeschakeld.
Pagina 44
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 8. In/uitschuifregeling 10. Hoofdgiek heffen/neerlaten Hiermee wordt de giek in- en uitgeschoven. Hiermee wordt de hoofdgiek omhoog of omlaag gebracht wanneer deze schakelaar omhoog of omlaag wordt gezet. LET OP 11. Zwenken WANNEER DE MACHINE WORDT UITGESCHAKELD, MOET DE VOEDINGS-/NOODSTOP- SCHAKELAAR IN DE STAND ‘UIT’...
Pagina 45
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 5. Indicator gloeibougies Indicatorpaneel grondbediening Geeft aan dat de gloeibougies werken. Wacht (Zie Figuur 3-3., Indicatorpaneel grondbediening) na inschakeling van het contactslot totdat het lampje uitgaat voordat u de motor tornt. 1.
Pagina 46
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Accustoring 2. Lage motoroliedruk 3. Motorolietemperatuur 4. Systeemstoring 5. Brandstof bijna op 6. Gloeibougie 7. Overbelasting platform 8. Rijden en sturen uitgeschakeld Figuur 3-3. Indicatorpaneel grondbediening 3123851...
Pagina 47
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Weergavemeter grondbedieningsconsole (Zie Figuur 3-7., Weergavemeter grondbedieningsconsole) Op de weergavemeter worden de motoruren, het brandstofpeil (indien van toepassing) en de storingscodes (DTC’s) aangegeven van zowel het JLG-besturingssysteem als het motorregelsysteem. Wanneer de machine wordt opgestart en er geen actieve sto- ringscodes in het besturingssysteem aanwezig zijn, wordt het opstartscherm 3 seconden weergegeven en verschijnt daarna het hoofdscherm.
Pagina 48
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Op het diagnosescherm worden actieve en inactieve storingen Op het motordiagnosescherm wordt de volgende informatie van het JLG-besturingssysteem weergegeven. Actieve storingen weergegeven: SPN (Suspect Parameter Number [verdacht para- worden aangegeven met een sterretje. meternummer]), FMI (Failure Mode Identifier [identificatie sto- ringstoestand]) en Occurrence count (aantal voorvallen).
Pagina 49
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE INDICATORLAMP MOTORUREN BRANDSTOFPEIL NAVIGATIEPIJL TERUG NAVIGATIEPIJL VOORUIT NAVIGATIEKNOPPEN Figuur 3-7. Weergavemeter grondbedieningsconsole 3123851 3-11...
Pagina 50
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Platformconsole WAARSCHUWING GEBRUIK DE OPHEFFUNCTIE VAN HET AUTOMATISCH RECHTZETTEN VAN HET PLAT- (Zie Figuur 3-8., Platformbedieningsconsole) FORM ALLEEN OM HET PLATFORM IETS HORIZONTALER TE ZETTEN. DOOR EEN VER- KEERD GEBRUIK KUNNEN DE LADING EN/OF DE PERSONEN OP HET PLATFORM WAARSCHUWING VERSCHUIVEN OF VALLEN.
Pagina 51
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1705170 A 1702938 1. Rijsnelheid/koppelkeuze 6. Capaciteitskeuze 10. In-/uitschuiven 14. Indicator Soft Touch/SkyGuard 2. Opheffen automatisch rechtzetten platform 7. Opheffen rijrichting 11. Lichten 15. Platform draaien 3. Claxon 8. Rijden/sturen activeren 12.
Pagina 52
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 4. Voedings-/noodstopschakelaar 6. Capaciteitskeuze Een rode, paddenstoelvormige schakelaar met Met deze schakelaar kan de machinist kiezen twee standen die voeding aan het PLATFORM- tussen een werkbereik met een capaciteitsbe- BEDIENINGSSTATION levert wanneer deze uit- perking van 270 kg (600 lb) een capaciteitsbe- getrokken is (aanstaat).
Pagina 53
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 8. Rijden/sturen activeren Wanneer de joystick zijwaarts wordt bewogen (geen ver- plaatsing naar voren of naar achteren) draait de machine De knop boven op de joystick voor rijden/stu- rond de eigen as, waarbij de rupsen in tegengestelde rich- ren moet ingedrukt zijn, anders werkt de rij-/ ting draaien.
Pagina 54
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 10. In/uitschuiven 13. Schakelaar opheffen Soft Touch/SkyGuard Hiermee wordt de hoofdgiek in- en uitgeschoven. De machine kan zijn uitgerust met één van drie opties: Soft Touch, SkyGuard of zowel Soft Touch als SkyGuard. 11.
Pagina 55
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 14. Indicator Soft Touch/SkyGuard OPMERKING: Om de joystick Hoofdgiek heffen/zwen- ken te bedienen, trekt u de borgring onder Geeft aan dat de Soft Touch-bumper ergens tegen stoot of de hendel omhoog. de SkyGuard-sensor geactiveerd is.
Pagina 56
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 4. Waarschuwingslampje en alarm van scheef- Indicatorpaneel platformbediening standindicator Dit rode lampje geeft aan dat het chassis op (Zie Figuur 3-9., Indicatorpaneel platformbediening) een steile helling staat. Er klinkt ook een alarm- OPMERKING: De indicatorlampjes blijven als zelftest ongeveer 1 seconde signaal als het chassis op een steile helling staat en de giek branden wanneer de sleutel in de stand Aan wordt...
Pagina 57
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE * Onbeperkte capaciteit ** Beperkte capaciteit 1. Wisselstroomgenerator (indien aanwezig) 4. Scheefstandalarm 7. Brandstofpeil 10. Rijrichting 2. Overbelasting platform (indien aanwezig) 5. Gloeibougies/wachten met starten 8. Kruipsnelheid 11. Uitschakeling van rijfunctie 3.
Pagina 58
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 5. Indicator gloeibougies/ wachten met starten 7. Brandstofpeilindicator Geeft aan dat de gloeibougies ingeschakeld zijn. Geeft het brandstofpeil in de tank aan. Wacht na inschakeling van het contactslot totdat het lampje uitgaat voordat u de motor start. 6.
Pagina 59
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 8. Kruipsnelheidsindicator 10. Rijrichtingsindicator Wanneer de functiesnelheidsregelaar in de Wanneer de giek in een van beide richtingen kruipstand wordt gezet, dient deze indicator voorbij de rupsbanden wordt gezwenkt, gaat om aan te geven dat alle functies op de laagste de rijrichtingsindicator branden als de rijfunc- snelheid staan.
Pagina 60
HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE AANTEKENINGEN: 3-22 3123851...
Pagina 61
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING HOOFDSTUK 4. MACHINEBEDIENING De hoofdbedieningsconsole bevindt zich op het platform. Vanuit BESCHRIJVING deze bedieningsconsole kan de machinist de machine vooruit en Deze machine is een mobiel werkplatform dat omhoog kan en achteruit rijden en sturen. De machinist kan de giek omhoog of wordt gebruikt om personen, samen met de benodigde materia- omlaag brengen en de giek naar links of rechts zwenken.
Pagina 62
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING BEDIENINGSKENMERKEN EN BEPERKINGEN MOTORBEDIENING VAN GIEK OPMERKING: De motor moet de eerste maal altijd gestart worden vanaf de Inhoud grondbedieningsconsole. Het heffen van de giek boven de horizontale stand met of zonder lading op het platform is gebaseerd op de volgende criteria: 1.
Pagina 63
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 1. Draai de sleutelschakelaar Platform/Grond in 6. Trek de voedings/noodstopschakelaar vanuit de stand Grond. Platform omhoog. 7. Duw de motorstartschakelaar in tot de motor 2. Trek de voedings/noodstopschakelaar naar Aan. start. OPMERKING: De voetschakelaar moet worden losgelaten (omhoog 3.
Pagina 64
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Stopzetprocedure Brandstofreserve-/uitschakelsysteem Het brandstofuitschakelsysteem neemt waar wanneer het brand- stofpeil laag is en schakelt de motor automatisch uit voordat de LET OP brandstoftank helemaal leeg is. ALS EEN STORING VAN DE MOTOR EEN NIET-GEPLANDE STOPZETTING VEROORZAAKT, Afhankelijk van de machine-instelling blijft de motor uitgescha- MOET DE OORZAAK WORDEN BEPAALD EN VERHOLPEN VOORDAT DE MOTOR keld totdat de brandstoftank wordt gevuld of kan de machinist...
Pagina 65
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING GIEK VOLLEDIG UITGESCHOVEN EN IN HORIZONTALE STAND (0°). DE MACHINE ‘KANTELT’ IN DEZE RICHTING ALS HIJ OVERBELAST WORDT OF OP EEN HELLENDE ONDERGROND WORDT GEBRUIKT. Figuur 4-1. Stand met de minste voorwaartse stabiliteit 3123851...
Pagina 66
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING DE MACHINE KANTELT IN DEZE PLATFORM 90 GRADEN RICHTING ALS HIJ OVERBELAST WORDT GEDRAAID OF OP EEN HELLENDE ONDERGROND WORDT GEBRUIKT. HOOFDGIEK GEHEEL GEHEVEN EN VOLLEDIG INGESCHOVEN Figuur 4-2. Stand met de minste achterwaartse stabiliteit 3123851...
Pagina 67
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING RIJDEN WAARSCHUWING Zie Figuur 4-3., Recht en dwars op helling DE SCHAKELAAR RIJSNELHEID/KOPPELKEUZE MOET IN DE VOLGENDE GEVALLEN NAAR ACHTEREN STAAN: OPMERKING: Zie de tabel met bedrijfsspecificaties voor de nominale • RIJDEN OP HELLINGEN waarden voor hellingshoek en dwarshelling. •...
Pagina 68
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING RECHT OP HELLING GRADE DWARS OP HELLING SIDE SLOPE HORIZONTAAL LEVEL Figuur 4-3. Recht en dwars op helling 3123851...
Pagina 69
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Gevaar bij verplaatsing van de machine WAARSCHUWING WEES UITERST VOORZICHTIG WANNEER U DE RAND VAN EEN OBSTAKEL OP HET TER- REIN NADERT. LET OP STOEPRANDEN, GROTE STENEN OF ANDERE OBSTAKELS OP HET TERREIN MET INBEGRIP VAN HOGE OBSTAKELS, AANGEZIEN DE MACHINE ONBE- HEERSTE DRAAIENDE BEWEGINGEN KAN MAKEN WANNEER HET ZWAARTEPUNT (HET MIDDEN VAN HET ROLLENFRAME) OVER EEN RAND VERSCHUIFT.
Pagina 70
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 4. Om een scherpe bocht te maken, Vooruit en achteruit rijden de schakelaar rijsnelheid/koppel- 1. Trek de noodstopschakelaar op het platform- keuze naar achteren zetten, snelheid bedieningsstation bij draaiende motor uit en minderen en de rijhendel naar rechts activeer de voetschakelaar.
Pagina 71
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 6. Om de maximale rijsnelheid te krijgen, zet u de rijregelaar OPMERKING: Voor een vloeiendere besturing wanneer u met geheel uit- op 'Snel' en activeert u de volgende schakelaars: geschoven giek rijdt, zet u de rijregelaar op 'Langzaam' alvorens te stoppen.
Pagina 72
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 15,24 m 50 ft. 50 ft 15.24 m CHASSIS CHASSIS 12,19 m HORIZONTAA 40 ft. 40 ft LEVEL 12.19 m 9,14 m 30 ft. 30 ft 9.14 m VERMINDERDE REDUCED OPMERKING: In de transportmodus wordt de hoge versnelling uit- RIJSNELHEID 6,10 m DRIVE SPEED...
Pagina 73
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 15,24 m 50 ft. 50 ft 15.24 m CHASSIS CHASSIS TILTED 12,19 m 40 ft. GEKANTELD > 1,8° > 1.8° 40 ft 12.19 m VERMINDERDE REDUCED RIJSNELHEID DRIVE SPEED 9,14 m 30 ft. 30 ft 9.14 m 6,10 m 20 ft.
Pagina 74
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Rijden op een helling PLATFORM Bij het rijden op een helling worden maximale remming en tractie Platform rechtzetten bereikt door de giek opgeborgen te houden, gepositioneerd over de achteras (aandrijfas) en in lijn met de rijrichting. Rij de machine voor- uit de helling op en achteruit de helling af.
Pagina 75
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING GIEK WAARSCHUWING OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT WORDEN WAARSCHUWING ALS BEDIENINGSHENDELS OF TUIMELSCHAKELAARS DIE DE BEWEGING VAN HET ER BEVINDT ZICH EEN ROOD WAARSCHUWINGSLICHT (SCHEEFSTANDALARM) OP DE PLATFORM BESTUREN NIET NAAR DE STAND ‘UIT’ TERUGGAAN WANNEER ZE WOR- BEDIENINGSCONSOLE DAT GAAT BRANDEN WANNEER HET CHASSIS OP EEN STEILE DEN LOSGELATEN.
Pagina 76
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Hoofdgiek in/uitschuiven REGELING FUNCTIESNELHEID Dit bedieningselement regelt de snelheid van Kies IN of UIT met de in/uitschuifschakelaar van de het in-/uitschuiven, en het heffen van de toren- hoofdgiek om de hoofdgiek in of uit te schuiven. giek en jib.
Pagina 77
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING BEDIENING VAN SKYGUARD SkyGuard SkyGuard wordt gebruikt ten behoeve van een betere beveiliging van het bedieningspaneel. Wanneer de SkyGuard-sensor wordt geactiveerd, zullen de functies in gebruik tijdens de bekrachti- ging, omkeren of uitschakelen. De functietabel SkyGuard geeft meer informatie over deze functies.
Pagina 78
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING SkyGuard - SkyEye Herbevestig het magnetische uiteinde van de kabel aan de beugel als deze wordt losgekoppeld. Machinist gaat door het pad van de sensorstraal. Functietabel SkyGuard Platform Giek Giek Giek Giek Platform Vooruitrijden Achteruitrijden Sturen Zwenken horizontaal heffen...
Pagina 79
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 4. Schakel de noodstopschakelaar op het grondbedieningssta- 4.10 STOPZETTEN EN PARKEREN tion uit. Zet de keuzeschakelaar Platform/Grond in de mid- delste stand (Uit) en verwijder de sleutel. Stopzetten en parkeren 5. Plaats blokken voor en achter de rupsbanden. Om de machine stop te zetten en te parkeren, gaat u als volgt te werk: 6.
Pagina 80
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 4.11 HIJSEN EN VASTZETTEN Vastsjorren (Zie Figuur 4-8.) OPMERKING WICHTIG Hijsen WANNEER DE MACHINE IN DE OPBERGSTAND WORDT VERVOERD, MOET DE GIEK VOL- LEDIG IN DE GIEKSTEUN ZIJN NEERGELATEN. 1. Raadpleeg het serienummerplaatje, raadpleeg het hoofd- stuk over specificaties in deze handleiding of weeg de afzon- OPMERKING: Door het platform in bepaalde posities te zetten voor trans- derlijke machine om het brutogewicht te verkrijgen.
Pagina 81
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING MODELS MODELLEN 400SC 189 cm [74.4 in] 107 cm [42.1 in] 400SC 74.4" (189 cm) 42.1" (107 cm) 460SJC 191 cm [75.19 in] 105 cm [41.35 in] 460SJC 75.19" (191 cm) 41.35" (105 cm) 1001190876 F 1001217209 B Figuur 4-8.
Pagina 82
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Figuur 4-9. Plaats van stickers – Draaischijf – Blad 1 van 3 4-22 3123851...
Pagina 83
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Figuur 4-10. Plaats van stickers – Draaischijf – Blad 2 van 3 3123851 4-23...
Pagina 84
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING BEIDE ZIJDEN BOTH SIDES Figuur 4-11. Plaats van stickers - Draaischijf- Blad 3 van 3 4-24 3123851...
Pagina 89
HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING BEIDE ZIJDEN BOTH SIDES BEIDE ZIJDEN BOTH SIDES BEIDE ZIJDEN BOTH SIDES OMKEREN VOORUIT REVERSE FORWARD HOOFDSTUK SECTION BEIDE ZIJDEN BOTH SIDES Figuur 4-12. Plaats van stickers – Chassis 3123851 4-29...
Pagina 91
HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES HOOFDSTUK 5. NOODPROCEDURES Indien de fabrikant niet binnen 48 uur op de hoogte wordt gesteld ALGEMEEN van een ongeval waarbij een product van JLG Industries betrokken In dit hoofdstuk vindt u de stappen die u moet nemen in geval is, kan elke garantie op die bepaalde machine vervallen.
Pagina 92
HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES 3. Maak zo nodig gebruik van hijskranen, vorkheftrucks en BEDIENING IN NOODGEVALLEN ander materieel om te voorkomen dat de machine kantelt. Gebruiker kan machine niet bedienen 4. Maak gebruik van het hulpvoedingssysteem (indien aanwe- zig) vanaf het grondbedieningspaneel om voorzichtig het ALS DE GEBRUIKER OP HET PLATFORM IS BEKNELD OF OM platform of de giek vrij te maken van het object.
Pagina 93
HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES 4. Houd de MSSO-schakelaar en de bedieningsschakelaar voor OPHEFFING MACHINEVEILIGHEIDSSYSTEEM (MSSO) de gewenste functie ingedrukt. (ALLEEN CE) De opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) mag alleen worden gebruikt om een machinist vrij te maken die bekneld of opgesloten zit of die de machine niet meer kan bedienen.
Pagina 94
HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES AANTEKENINGEN: 3123851...
Pagina 97
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES PIJPENREKKEN Veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING VERMINDER DE PLATFORMCAPACITEIT MET 45,5 KG (100 LB) WANNEER DEZE IS GEÏNSTALLEERD. WAARSCHUWING GEWICHT IN REKKEN EN HET GEWICHT IN HET PLATFORM MOGEN DE NOMINALE CAPACITEIT NIET OVERSCHRIJDEN. OPMERKING WICHTIG DE MAXIMALE LADING IN DE REKKEN IS 80 KG (180 LB) GELIJKMATIG VERDEELD TUS- SEN DE TWEE REKKEN.
Pagina 98
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Voorbereiding en inspectie SKYGLAZIER™ • Controleer of de rekken vastzitten aan de platformreling. • Vervang gescheurde of gerafelde sjorbanden. Bediening 1. Om de rekken te kunnen beladen, verwijdert u de vergren- delpennen, draait u elk rek 90 graden naar de werkpositie en zet u ze vast met de vergrendelpennen.
Pagina 99
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Capaciteitsspecificaties Veiligheidsmaatregelen Max. capaciteit Max. platformcapaciteit Capaciteitszone* WAARSCHUWING van bak (met max. gewicht in bak) ZORG ERVOOR DAT HET PANEEL MET EEN BAND VASTGEZET IS. 227 kg 68 kg 113 kg (500 lb) (150 lb) (250 lb) WAARSCHUWING 250 kg 68 kg...
Pagina 100
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Voorbereiding en inspectie SKYPOWER™ • Controleer op gescheurde lasnaden en schade aan de bak. • Controleer of de bak naar behoren aan het platform is vastgezet. • Controleer of de band niet gescheurd of gerafeld is. Bediening 1.
Pagina 101
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Alle stroomregelcomponenten bevinden zich in een waterdichte Veiligheidsmaatregelen kast die met een kabel met de generator is verbonden. De gene- rator levert stroom wanneer hij met een bepaald toerental draait WAARSCHUWING terwijl de aan/uitschakelaar aan staat (de schakelaar bevindt zich OVERBELAST HET PLATFORM NIET.
Pagina 103
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Nominale waarden van accessoire Opgenomen A bij nom. Belast.afgifte (50/60 Hz) Nominaal Lasstroomsterkt Max. Lasmodus Ingangsspanning uitgangsvermogen ebereik nullastspanning 230 V 460 V 575 V 280 A bij 31,2 V, 35% 15,7 belastingsduur 3-fase 5-250 A 79 VDC 200 A bij 28 V, 100% 10,3...
Pagina 104
HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES • Verzeker u ervan dat de polariteit van de kabels juist is. SOFT TOUCH • Draag de juiste kleding voor het lassen. Er is bekleding aangebracht aan de platformreling en aan een • Gebruik de juiste maat lasstaaf en stroominstellingen. frame dat onder het platform hangt.
Pagina 105
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST HOOFDSTUK 7. ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST INLEIDING BEDRIJFSSPECIFICATIES In dit hoofdstuk van de handleiding wordt aanvullende en nood- Tabel 7-1. Bedrijfsspecificaties – 400SC zakelijke informatie aan de machinist gegeven voor een juiste bediening en correct onderhoud van deze machine.
Pagina 106
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-1. Bedrijfsspecificaties – 400SC Tabel 7-2. Bedrijfsspecificaties – 460SJC Wielbasis 2,25 m (7 ft 4.8 in) Maximale belasting (capaciteit): 272 kg (600 lb) Afstand tot de grond 0,32 m (12.5 in) Maximale helling, opbergstand (hellingshoek) Grondoplegdruk: Maximale helling, opbergstand (dwars op helling)
Pagina 107
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-2. Bedrijfsspecificaties – 460SJC Motorgegevens Grondoplegdruk: OPMERKING: Toerentaltoleranties zijn ± 100. Zonder afstandsring voor draaischijf 5702 kg/m (8.11 psi) Met afstandsring voor draaischijf 5870 kg/m (8.35 psi) Tabel 7-4. Deutz D2011L03 Maximale rijsnelheid 2,9 km/u (1.8 mph) Motortype...
Pagina 108
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-5. Deutz 2,9 L4 Motortype Viertaktdieselmotor Brandstof Diesel Aantal cilinders Boring 92 mm Slag 110 mm Cilinderinhoud 2925 cm³ (178 cu in) Olievolume 8,9 l (9.5 qt) Koelvloeistofvolume 11,3 l (12 qt) Laag toerental 1200 Hoog toerental...
Pagina 109
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Afgezien van de aanbevelingen van JLG is het niet raadzaam oliën Hydrauliekolie van verschillende merken of soorten te mengen, aangezien deze Tabel 7-6. Hydrauliekolie mogelijk niet dezelfde vereiste toevoegingen bevatten of een verge- lijkbare viscositeit hebben.
Pagina 110
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-8. Specificaties Mobil DTE 13M Tabel 7-9. UCon Hydrolube HP-50/46 ISO-viscositeitskwaliteit Type Synthetisch, biologisch afbreekbaar Soortelijk gewicht 0,877 Soortelijk gewicht 1,082 Stolpunt, max. –40 °C (–40 °F) Stolpunt, max. –50 °C (–58 °F) Vlampunt, min.
Pagina 111
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-11. Specificaties Mobil EAL H 46 Tabel 7-10. Specificaties Mobil EAL 224H Type Synthetisch, biologisch afbreekbaar Type Synthetisch, biologisch afbreekbaar ISO-viscositeitskwaliteit 32/46 ISO-viscositeitskwaliteit Soortelijk gewicht 0,922 Soortelijk gewicht 0,910 Stolpunt, max. –32 °C (–25 °F) Stolpunt –42 °C (–44 °F)
Pagina 112
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Gewichten die kritiek zijn voor de stabiliteit Tabel 7-12. Specificaties Exxon Univis HVI 26 Tabel 7-13. Gewichten die kritiek zijn voor de stabiliteit Soortelijk gewicht 32,1 Stolpunt –60 °C (–76 °F) Onderdeel Vlampunt 103 °C (217 °F)
Pagina 113
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Plaats van serienummers Aan de linkerzijde van het frame is een serienummerplaatje beves- tigd. Als het serienummerplaatje beschadigd is of ontbreekt, raad- pleeg dan het serienummer van de machine dat links op het frame is gestempeld.
Pagina 114
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST LUCHTTEMPERATUUR OPGELET: ALS DE MACHINE WORDT GEBRUIKT MET DOOR JLG NIET GOEDGEKEURDE MOTOROLIE OF BUITEN HET TEMPERATUURBEREIK DAT WORDT VERMELD IN DE 'GEBRUIKSTABEL MOTOROLIE' , KUNNEN ONDERDELEN VAN DE MOTOR VOORTIJDIG SLIJTEN OF BESCHADIGD RAKEN. Figuur 7-2.
Pagina 115
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST GEBRUIKSTABEL HYDRAULIEKOLIE LUCHTTEMPERATUUR OPGELET: ALS DE MACHINE WORDT GEBRUIKT MET DOOR JLG NIET GOEDGEKEURDE HYDRAULIEKOLIE OF BUITEN HET TEMPERATUURBEREIK DAT WORDT VERMELD IN DE ‘GEBRUIKSTABEL HYDRAULIEKOLIE’, KUNNEN ONDERDELEN VAN HET HYDRAULISCHE SYSTEEM VOORTIJDIG SLIJTEN OF BESCHADIGD RAKEN.
Pagina 116
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Olie Eigenschappen Basis Classificaties Mobilfluid 424 Mobil DTE 10 Excel 32 Univis HVI 26 Mobil EAL hydrauliekolie Mobil EAL Envirosyn H46 Quintolubric 888-46 * De classificatie Direct biologisch afbreekbaar verwijst naar een van de volgende waarden: CO2-omzetting >...
Pagina 117
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Figuur 7-5. Schema voor smering en onderhoud door machinist – Deutz D2011 3123851 7-13...
Pagina 118
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Figuur 7-6. Schema voor smering en onderhoud door machinist – Deutz 2,9 L4 7-14 3123851...
Pagina 119
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST ONDERHOUD DOOR MACHINIST OPMERKING: Het is een goede gewoonte om tegelijkertijd alle filters te vervangen. OPMERKING: De volgende getallen komen overeen met die in Figuur 7-5., 1. Eindaandrijvingsnaaf Schema voor smering en onderhoud door machinist – Deutz D2011.
Pagina 120
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 2. Hydrauliekolieretourfilter 3. Ontluchting hydraulische tank Interval – Na de eerste 50 uur verversen en daarna elke Interval – Na de eerste 50 uur vervangen en daarna elke 6 maanden of 300 uur, of wanneer het vulfilter wordt ver- 6 maanden of 300 uur.
Pagina 121
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 4. Hydrauliektank 5. Hydrauliekolie-vulfilter Smeerpunt(en) – vuldop Interval – Na de eerste 50 uur verversen en daarna elke Inhoud – tank van 123 l (32.5 gal); systeem van 151 l (40.0 gal) 6 maanden of 300 uur, of zoals aangegeven door de condi- Smering –...
Pagina 122
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 6. Olie verversen/filter vervangen - Deutz D2011 7. Brandstoffilter – Deutz D2011 Smeerpunt(en) – Vervangbaar element Smeerpunt(en) – vuldop/opschroefelement Interval – Elk jaar of 500 bedrijfsuren Inhoud – 9,5 l (10 qt) met filter Smering –...
Pagina 123
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 8. Olie verversen/filter vervangen – Deutz 2,9 L4 9. Brandstofvoorfilter - Deutz D2.9 Smeerpunt(en) – vervangbaar element Smeerpunt(en) – vuldop/opschroefelement Interval – Water dagelijks aftappen; elk jaar of elke Inhoud – 8,9 l (9.5 qt) met filter 500 bedrijfsuren Smering –...
Pagina 124
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 11. Radiateurkoeler Deutz 2.9 10. Brandstoffilter – Deutz 2,9 L4 Smeerpunt(en) – Vervangbaar element Smeerpunt(en) – vuldop Interval – Elk jaar of 500 bedrijfsuren Inhoud – 11,3 l (2.9 gal) Smeermiddel – Antivries Interval –...
Pagina 125
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 12. Luchtfilter 13. Zwenklager – Inwendig kogellager Smeerpunt(en) – 2 smeernippels Inhoud – naar behoefte Smering – MPG Interval – Elke 3 maanden of 150 bedrijfsuren Opmerkingen – Nippels in het midden van het lager: Toe- gang op afstand is optioneel: breng smeervet aan en draai met intervallen van 90 graden tot het lager volledig is gesmeerd...
Pagina 126
HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST 14. Zwenkaandrijfnaaf AANVULLENDE INFORMATIE De volgende informatie wordt conform de vereisten van de Euro- pese Machinerichtlijn 2006/42/EG verstrekt en is alleen van toe- passing op CE-machines. Voor elektrische machines is de gelijkwaardige continue A-gewo- gen geluidsdruk op het werkplatform minder dan 70 dB(A).
Pagina 127
HOOFDSTUK 8 – INSPECTIE- EN REPARATIELOGBOEK HOOFDSTUK 8. INSPECTIE- EN REPARATIELOGBOEK Serienummer machine _______________________________________ Tabel 8-1. Inspectie- en reparatielogboek Datum Opmerkingen 3123851...
Pagina 128
HOOFDSTUK 8 – INSPECTIE- EN REPARATIELOGBOEK Tabel 8-1. Inspectie- en reparatielogboek Datum Opmerkingen 3123851...
Pagina 130
Hoofdkantoor JLG Industries, Inc. 1 JLG Drive McConnellsburg, PA 17233-9533 VS (717) 485-5161 (Bedrijf) (877) 554-5438 (Klantenondersteuning) (717) 485-6417 Ga naar onze website voor de wereldwijde vestigingen van JLG. www.jlg.com...