Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Bedienings- en veiligheidshandleiding
Oorspronkelijke instructies – Zorg ervoor dat deze handleiding te allen tijde bij de machine blijft.
Model
520AJ
PVC 2001
31216357
ANSI
AS/NZS MOL70
February 4, 2020 - Rev B
Dutch - Operation and Safety Manual
®

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Oshkosh Corporation JLG 520AJ

  • Pagina 1 Bedienings- en veiligheidshandleiding Oorspronkelijke instructies – Zorg ervoor dat deze handleiding te allen tijde bij de machine blijft. Model 520AJ PVC 2001 31216357 ANSI AS/NZS MOL70 February 4, 2020 - Rev B Dutch - Operation and Safety Manual ®...
  • Pagina 3 VOORWOORD VOORWOORD De modellen van het mobiele werkplatform dat omhoog kan (MEWP) die in deze handleiding behandeld worden, zijn ont- worpen en getest om te voldoen aan of verder te gaan dan de verschillende normen. Raadpleeg het typeplaatje van de fabrikant dat bevestigd is op de betreffende MEWP voor specifieke norminformatie.
  • Pagina 4: Waarschuwingssymbolen En Waarschuwingstermen

    VOORWOORD WAARSCHUWINGSSYMBOLEN EN WAARSCHUWINGSTERMEN Dit is het waarschuwingssymbool. Dit dient om u attent te maken op gevaren voor mogelijk lichamelijk letsel. Volg alle veiligheidsberichten op waar dit symbool bij staat om de mogelijkheid van ernstig of dodelijk letsel te voorkomen. GEVAAR LET OP DUIDT OP EEN MOGELIJK GEVAARLIJKE SITUATIE.
  • Pagina 5: Neemt U Contact Op Met

    VOORWOORD Voor: WAARSCHUWING DIT PRODUCT MOET AAN ALLE VEILIGHEIDSPUBLICATIES VOLDOEN. NEEM CONTACT • het rapporteren van • informatie over normen ongelukken en voorschriften OP MET JLG INDUSTRIES, INC. OF DE PLAATSELIJKE ERKENDE JLG-VERTEGENWOOR- DIGER VOOR INFORMATIE OVER VEILIGHEIDSPUBLICATIES DIE MOGELIJK VOOR DIT •...
  • Pagina 6 VOORWOORD REVISIELOGBOEK Oorspronkelijke uitgave A - maandag 21 oktober 2019 Gereviseerd B – dinsdag 4 februari 2020 31216357...
  • Pagina 7: Inhoudsopgave

    INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK - 1 - VEILIGHEIDSMAATREGELEN Functietest SkyGuard ......2-11 BLOKKERING VAN OSCILLERENDE AS TESTEN ..2-12 ALGEMEEN .
  • Pagina 8 INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK - 5 - NOODPROCEDURES DPF-filter vervangen als gevolg van asbelasting . . . 4-10 RIJDEN ..........4-15 ALGEMEEN .
  • Pagina 9 INHOUDSOPGAVE SOFT TOUCH......... 6-9 SKYSENSE™...
  • Pagina 10 INHOUDSOPGAVE 31216357...
  • Pagina 11 TABELLEN Minimale veilige afstanden ......1-6 Schaal van Beaufort (uitsluitend ter referentie) ..1-9 Inspectie- en onderhoudstabel .
  • Pagina 12 TABELLEN 31216357...
  • Pagina 13 FIGUREN 2-1. Basisnomenclatuur ........2-4 2-2. Inspectieronde ........2-7 3-1.
  • Pagina 14 FIGUREN viii 31216357...
  • Pagina 15: Hoofdstuk 1. Veiligheidsmaatregelen

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN HOOFDSTUK 1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN ALGEMEEN WAARSCHUWING Dit hoofdstuk beschrijft de voorzorgsmaatregelen die genomen HET NIET IN ACHT NEMEN VAN DE IN DEZE HANDLEIDING VERMELDE VEILIGHEIDS- MAATREGELEN KAN LEIDEN TOT BESCHADIGING VAN DE MACHINE, ANDERE MATERI- dienen te worden voor een juist en veilig gebruik en onderhoud ËLE SCHADE EN ERNSTIG OF DODELIJK LETSEL.
  • Pagina 16: Inspectie Van Het Werkterrein

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Inspectie van het werkterrein • Alleen personeel dat een passende opleiding heeft gevolgd met betrekking tot de inspectie, toepassing en werking van • De gebruiker moet voorzorgsmaatregelen nemen om alle MEWP’s (met inbegrip van het herkennen en vermijden van gevaren op het werkterrein te vermijden voordat en terwijl de risico's in verband met de werking van MEWP’s) is bevoegd om machine wordt bediend.
  • Pagina 17: Inspectie Van De Machine

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Inspectie van de machine BEDIENING • Bedien deze machine niet voordat de inspecties en functie- Algemeen controles zijn uitgevoerd zoals aangegeven in hoofdstuk 2 van deze handleiding. • De bediening van de machine vereist uw volledige aandacht. Breng de machine volledig tot stilstand voordat u apparatuur •...
  • Pagina 18: Gevaar Voor Struikelen En Vallen

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Laat niemand aan deze machine knoeien of deze vanaf de • Personen onder de invloed van medicijnen of alcohol of die last hebben van aanvallen, duizeligheid of verlies van grond bedienen terwijl er personen op het platform zijn, behalve in noodgevallen.
  • Pagina 19: Elektrocutiegevaren

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Elektrocutiegevaren • Ga alleen door het hek naar binnen of naar buiten. Wees uiterst voorzichtig bij het betreden of verlaten van het plat- • Deze machine is niet geïsoleerd en biedt geen bescherming form. Zorg ervoor dat het platform geheel is neergelaten. tegen contact met of nabijheid van elektrische stroom.
  • Pagina 20: Minimale Veilige Afstanden

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Tabel 1-1. Minimale veilige afstanden Spanningsgebied MINIMALE VEILIGE AFSTAND (fase-fase) in meters (feet) 0 tot 50 kV 3 (10) Meer dan 50 kV tot 200 kV 5 (15) Meer dan 200 kV tot 350 kV 6 (20) Meer dan 350 kV tot 500 kV 8 (25) Meer dan 500 kV tot 750 kV...
  • Pagina 21: Gevaar Voor Kantelen

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Gevaar voor kantelen • De minimale afstand kan worden verminderd indien er geïso- leerde hekken zijn aangebracht om contact te voorkomen en • Controleer of de bodemgesteldheid geschikt is om de maxi- indien de hekken gespecificeerd zijn voor de spanning van de male belasting van de banden te dragen die op de betreffende af te schermen leiding.
  • Pagina 22 HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Controleer de toegestane capaciteit van het oppervlak alvo- • Windsnelheden kunnen op grote hoogte aanzienlijk hoger zijn dan op de grond. rens op vloeren, bruggen, trucks en andere oppervlakken te rijden. • Windsnelheden kunnen snel veranderen. Houd altijd rekening •...
  • Pagina 23: Schaal Van Beaufort (Uitsluitend Ter Referentie)

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN IMPORTANT OPMERKING WICHTIG BEDIEN DE MACHINE NIET BIJ WINDOMSTANDIGHEDEN BOVEN DE SPECIFICATIES DIE ZIJN AANGEGEVEN IN HOOFDSTUK 7.2 OF OP DE CAPACITEITSAANDUIDING OP HET BORD AAN HET PLATFORM. Tabel 1-2. Schaal van Beaufort (uitsluitend ter referentie) Windsnelheid Kracht Beschrijving...
  • Pagina 24: Gevaar Voor Beknelling En Botsing

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN Gevaar voor beknelling en botsing • Zorg dat ander personeel tijdens de bediening op minstens 1,8 m (6 ft) afstand van de machine blijft. • Alle machinisten en grondpersoneel moeten een goedge- • Onder alle rijomstandigheden moet de machinist de rijsnel- keurde helm dragen.
  • Pagina 25: Slepen, Hijsen En Vervoeren

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN SLEPEN, HIJSEN EN VERVOEREN ONDERHOUD • Laat nooit personen op het platform toe terwijl de machine Deze paragraaf bevat algemene veiligheidsmaatregelen die bij gesleept, gehesen of vervoerd wordt. het onderhoud van deze machine in acht moeten worden geno- men.
  • Pagina 26: Gevaren Van Accu's

    HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN • Ontlast altijd de hydraulische druk in alle hydraulische circuits • Vervang geen items die kritiek zijn voor de stabiliteit, zoals accu’s of massieve banden, door items met een ander gewicht alvorens hydraulische onderdelen los te maken of te verwijderen. of met andere specificaties.
  • Pagina 27 HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN LET OP ACCUVLOEISTOF IS UITERST CORROSIEF. VERMIJD TE ALLEN TIJDE AANRAKING MET HUID EN KLEDING. SPOEL EEN PLAATS DIE ERMEE IN CONTACT IS GEKO- MEN ONMIDDELLIJK AF MET SCHOON WATER EN ROEP MEDISCHE HULP IN. • Laad accu’s alleen op in een goed geventileerde ruimte. •...
  • Pagina 28 HOOFDSTUK 1 – VEILIGHEIDSMAATREGELEN 1-14 31216357...
  • Pagina 29: Hoofdstuk 2 - Verantwoordelijkheid Van Gebruiker, Voorbereiding En Inspectie Van Machine

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE HOOFDSTUK 2. VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 2.1 TRAINING VAN HET PERSONEEL De veiligste wijze om de machine te bedienen in de buurt van hoge obstakels, ander bewegend materieel, andere Het mobiele werkplatform dat omhoog kan (MEWP) is een apparaat obstakels, verzakkingen, kuilen en steile hellingen.
  • Pagina 30: Verantwoordelijkheid Van De Machinist

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Verantwoordelijkheid van de machinist Doel, locatie en functie van de noodbedieningselementen; Bedieningskenmerken en beperkingen; De machinist moet erop worden gewezen hij/zij ervoor verant- woordelijk is en dat hij/zij gemachtigd is om de machine stop te Functies en uitrusting;...
  • Pagina 31: Inspectie- En Onderhoudstabel

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Tabel 2-1. Inspectie- en onderhoudstabel Voornaamste Kwalificatie voor Type Frequentie Referentie verantwoordelijkheid service Inspectie vóór het starten Elke dag vóór gebruik of Gebruiker of machinist Gebruiker of machinist Bedienings- en veiligheidshandlei- wanneer een andere machinist de bediening overneemt.
  • Pagina 32 HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE 1. Platform 2. SkyGuard 3. Platformconsole 4. Jib 5. Uitschuifbaar gieksegment 6. Vast gieksegment 7. Kabelkanaal 8. Hefcilinder hoofdgiek 9. Hoofdcilinder 10. Bovenste opstand 11. Onderste opstand 12. Hefcilinder torengiek 13.
  • Pagina 33: Inspectie Vóór Het Starten

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Inspectie vóór het starten Inspectieronde – Uitvoeren conform instructies. Accu– Opladen wanneer nodig. De inspectie vóór het starten moet alle volgende punten omvatten: Brandstof (Machines met verbrandingsmotor) – Voeg de Vervuiling –...
  • Pagina 34 HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Verankeringspunten voor vanglijn – Tijdens het werk moeten de personen op het platform een veiligheidsharnas dragen met een vanglijn bevestigd aan een daarvoor bestemd, goedgekeurd verankeringspunt. Bevestig niet meer dan één (1) vanglijn aan een bevestigingspunt. WAARSCHUWING ALS DE MACHINE NIET GOED WERKT, MOET DEZE ONMIDDELLIJK WORDEN UITGEZET! MELD HET PROBLEEM AAN HET BETREFFENDE ONDERHOUDSPERSONEEL.
  • Pagina 35 HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE OAC00381 Figuur 2-2. Inspectieronde 31216357...
  • Pagina 36: Algemeen

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Algemeen SkyGuard – Zie opmerking bij inspectie. Platformbedieningsconsole – Schakelaars en bediening- Begin de inspectieronde bij item 1, zoals aangegeven in het shendels gaan terug naar neutraal wanneer ze worden inge- schema.
  • Pagina 37 HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Brandstoftank – Zie opmerking bij inspectie. Draaischijflager – Tekenen van goede smering. Geen teke- nen van losse bouten of losheid tussen lager en machine. Hydrauliekoliereservoir – Zie opmerking bij inspectie. Spoorstanguiteinden en stuurassen –...
  • Pagina 38: Functiecontrole

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Functiecontrole d. Controleer een goede werking van handbediening, zoals beschreven in hoofdstuk 5.5 van deze handleiding. Vanaf de platformbedieningsconsole: WAARSCHUWING OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT WORDEN a.
  • Pagina 39: Functietest Skyguard

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE Met de machine gepositioneerd op een glad, stevig opper- Nadat de sensor is geactiveerd, controleert u de volgende vlak binnen de grenzen van de maximale werkingshelling, omstandigheden: moet de giek boven de 5 graden horizontaal worden gehe- a.
  • Pagina 40: Blokkering Van Oscillerende As Testen

    HOOFDSTUK 2 – VERANTWOORDELIJKHEID VAN GEBRUIKER, VOORBEREIDING EN INSPECTIE VAN MACHINE BLOKKERING VAN OSCILLERENDE AS TESTEN Zet de giek voorzichtig terug in de opbergstand (midden tussen de achterwielen, na zwenken, of volledig omlaag, na heffen). Wanneer de giek in de opbergstand staat, moeten IMPORTANT OPMERKING WICHTIG...
  • Pagina 41: Hoofdstuk 3. Bedieningselementen En Indicators Van De Machine

    HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE HOOFDSTUK 3. BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE ALGEMEEN BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS OPMERKING: Op de indicatorpanelen worden symbolen van verschil- IMPORTANT OPMERKING WICHTIG lende vorm gebruikt om de machinist te wijzen op ver- DE FABRIKANT HEEFT GEEN RECHTSTREEKS TOEZICHT OP DE TOEPASSING EN BEDIE- schillende bedrijfssituaties die kunnen ontstaan.
  • Pagina 42 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Indicatorpaneel 2. Weergavemeter 3. Voeding/noodstop 4. Keuzeschakelaar Platform/Grond 5. Platform rechtzetten 6. Platform draaien 7. Jib heffen 8. In-/uitschuiven 9. Hoofdgiek heffen 10. Torengiek heffen 11. Zwenken 12. Motorstart/hulpvoeding O AC 02730 Figuur 3-1.
  • Pagina 43 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Indicatorpaneel 2. Weergavemeter 3. Voeding/noodstop 4. Keuzeschakelaar Platform/Grond 5. Platform rechtzetten 6. Platform draaien 7. Jib heffen 8. In-/uitschuiven 9. Hoofdgiek heffen 10. Torengiek heffen 11. Zwenken 12. Motorstart/hulpvoeding 13. Opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) O AC 02720 Figuur 3-2.
  • Pagina 44 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Indicatorpaneel 2. Weergavemeter 3. Voeding/noodstop 4. Keuzeschakelaar Platform/Grond 5. Platform rechtzetten 6. Platform draaien 7. Jib heffen 8. In-/uitschuiven 9. Hoofdgiek heffen 10. Torengiek heffen 11. Zwenken 12. Motorstart/hulpvoeding 13. Opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) 14.
  • Pagina 45: Grondbedieningsconsole

    HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE WAARSCHUWING LET OP OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT WORDEN WANNEER DE MACHINE WORDT UITGESCHAKELD, MOET DE VOEDINGS-/NOODSTOP- SCHAKELAAR IN DE STAND ‘UIT’ WORDEN GEZET OM TE VOORKOMEN DAT DE ACCU'S ALS DE BEDIENINGSHENDELS OF TUIMELSCHAKELAARS DIE DE BEWEGING VAN HET WORDEN UITGEPUT.
  • Pagina 46 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Jib heffen/neerlaten WAARSCHUWING GEBRUIK DE FUNCTIE VOOR PLATFORM RECHTZETTEN ALLEEN OM HET PLATFORM Hiermee wordt de jib omhoog en omlaag gebracht. IETS HORIZONTALER TE ZETTEN. DOOR EEN VERKEERD GEBRUIK KUNNEN DE LADING EN/OF DE PERSONEN OP HET PLATFORM VERSCHUIVEN OF VALLEN.
  • Pagina 47 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Heffen/neerlaten torengiek Opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) (indien aanwezig) Hiermee wordt de torengiek omhoog en omlaag gebracht. Hiermee kan de blokkering van functierege- laars worden opgeheven wanneer deze bij- voorbeeld zijn geblokkeerd in het geval van activering van het belastingdetectiesysteem.
  • Pagina 48 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Acculading 5. Indicator capaciteitszone 9. Motorstoring 2. Indicator Laag brandstofpeil 6. Generator 10. Uitstoottemperatuur 3. Systeemstoring 7. Gloeibougies 4. Uitschakeling rij- en stuurfunctie 8. Overbelasting platform Figuur 3-4. Indicatorpaneel grondbediening 31216357...
  • Pagina 49: Indicatorpaneel Grondbediening

    HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Indicatorpaneel grondbediening Indicator uitschakeling rij- en stuurfunctie (indien aanwezig) (Zie Figuur 3-4., Indicatorpaneel grondbediening.) Geeft aan dat de uitschakelfunctie voor rijden en sturen is geactiveerd. Indicator acculaden Indicator capaciteitszone platform Geeft aan dat er een probleem is met de accu of het laadcircuit en dat service nodig is.
  • Pagina 50 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Indicator motorstoring Geeft aan dat er sprake is van een motorstoring die onderhoud vereist of om een reinigingscy- clus vraagt. Indicator uitstoottemperatuur Gaat branden wanneer de uitlaatgastemperatuur 550 °C (1022 °F) bereikt. 3-10 31216357...
  • Pagina 51: Weergavemeter Grondbedieningsconsole

    HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Weergavemeter grondbedieningsconsole (Zie Figuur 3-8., Weergavemeter grondbedieningsconsole) Op de weergavemeter worden de motoruren, het brandstofpeil (indien van toepassing) en de storingscodes (DTC’s) aangegeven van zowel het JLG-besturingssysteem als het motorregelsysteem. Wanneer de machine wordt opgestart en er geen actieve sto- ringscodes in het besturingssysteem aanwezig zijn, wordt het opstartscherm 3 seconden weergegeven en verschijnt daarna het hoofdscherm.
  • Pagina 52 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Het diagnosescherm toont actieve en inactieve storingen van het Het motordiagnosescherm geeft de volgende informatie: SPN JLG-besturingssysteem op het scherm. Actieve storingen worden (Suspect Parameter Number [verdacht parameternummer]), FMI aangegeven met een sterretje (*). (Failure Mode Identifier [identificatie storingstoestand]) en Occurrence count (aantal voorvallen).
  • Pagina 53 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE INDICATORLAMP MOTORUREN NAVIGATIEPIJL VOORUIT NAVIGATIEPIJL TERUG NAVIGATIEKNOPPEN Figuur 3-8. Weergavemeter grondbedieningsconsole 31216357 3-13...
  • Pagina 54 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Rijsnelheid/koppelkeuze 5. Start/hulpvoeding 9. Lichten (indien aanwezig) 13. Soft Touch/SkyGuard Indicator/SkySense 2. Opheffen automatisch 6. Opheffen rijrichting 10. Jib heffen dempen rechtzetten platform 7. Rijden/sturen 11. Soft Touch/SkyGuard/SkySense Override 14. Platform draaien 3.
  • Pagina 55: Platformconsole

    HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Platformconsole Opheffen automatisch rechtzetten platform Met deze schakelaar met drie standen kan de (Zie Figuur 3-9., Platformbedieningsconsole) machinist het automatische rechtzetsysteem afstellen. Deze schakelaar wordt gebruikt om WAARSCHUWING het platform recht te zetten wanneer de machine een hel- ling op- of afgaat.
  • Pagina 56 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Start/hulpvoeding OPMERKING: Om de rijregelaar (joystick) te bedienen, trekt u de borgring onder de hendel Wanneer de schakelaar naar voren wordt omhoog. geduwd, wordt de startmotor geactiveerd om OPMERKING: de motor te starten. De rijregelaar (joystick) is veerbekrach- tigd en gaat automatisch terug naar de Door inschakelen van de hulpvoedingsschake-...
  • Pagina 57 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Jib heffen Voor machines uitgerust met zowel SkyGuard als SkySense: De schakelaar werkt zoals de Sky- Hiermee wordt de jib omhoog of omlaag Guard-overbruggingsschakelaar zoals gebracht. hierboven beschreven. Met de schake- laar kunnen de functies die door het SkySense-systeem waren uitgeschakeld opnieuw werken op Schakelaar Soft Touch/SkyGuard/SkySense opheffen...
  • Pagina 58 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Wanneer Soft Touch actief is, brandt de indicator constant OPMERKING: Om de joystick Hoofdgiek heffen/ zwenken te bedienen, trekt u de bor- en klinkt het alarm. Wanneer SkyGuard actief is, knippert de indicator en klinkt de claxon constant.
  • Pagina 59 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE 1. Indicator Laag brandstofpeil 6. Generator 10. Storing emissies 2. Systeemstoring 7. Kruipsnelheid 11. Overbelasting platform 3. Rijrichting 8. Activering voetschakelaar 12. Motorstoring 4. Indicator capaciteitszone 9. Gloeibougies 13. Uitstoottemperatuur 5. Scheefstandalarm/waarschuwing Figuur 3-10.
  • Pagina 60: Indicatorpaneel Platformbediening

    HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Indicatorpaneel platformbediening Rijrichtingsindicator Wanneer de giek in een van beide richtingen (Zie Figuur 3-10., Indicatorpaneel platformbediening) voorbij de achterbanden wordt gezwenkt, gaat de rijrichtingsindicator branden als de rijfunctie wordt geko- OPMERKING: Het indicatorlampje blijft ongeveer 1 seconde branden zen.
  • Pagina 61 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Alarmlampje en alarm scheefstand Kruipsnelheidsindicator Dit rode lichtje geeft aan dat het chassis op een Wanneer de functiesnelheidsregelaar in de kruip- helling staat. Als de giek boven de horizontale stand wordt gezet, dient deze indicator om aan stand staat en de machine op een helling staat, gaat het te geven dat alle functies op de laagste snelheid staan.
  • Pagina 62 HOOFDSTUK 3 – BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE Indicator overbelasting platform WAARSCHUWING OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE VOETSCHAKELAAR NIET WORDEN VER- Duidt op overbelasting van het platform. WIJDERD, GEWIJZIGD OF UITGESCHAKELD DOOR BLOKKEREN OF WELKE ANDERE METHODE DAN OOK. Indicator motorstoring Indicator gloeibougies/ wachten met starten Geeft aan dat er sprake is van een motorstoring...
  • Pagina 63: Hoofdstuk 4. Machinebediening

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING HOOFDSTUK 4. MACHINEBEDIENING BESCHRIJVING BEDIENINGSKENMERKEN EN BEPERKINGEN Deze machine is een mobiel werkplatform dat omhoog kan en Inhoud wordt gebruikt om personen, samen met de benodigde materia- len en gereedschappen bij de plek waar ze moeten werken te Het heffen van de giek boven de horizontale stand met of zonder brengen.
  • Pagina 64: Hoofdstuk 4 - Machinebediening

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Platformbelastingdetectiesysteem (LSS) Stabiliteit Het platformbelastingdetectiesysteem meldt de platformcapaci- De stabiliteit van de machine is gebaseerd op twee (2) condities, namelijk VOORWAARTSE en ACHTERWAARTSE stabiliteit. De teit aan het besturingssysteem. machinestand met de minste VOORWAARTSE stabiliteit is afge- Als het LSS-systeem een overbelastingstoestand waarneemt, beeld in Figuur 4-1.
  • Pagina 65 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING TELESCOOP VOLLEDIG HOOFDGIEK MAIN BOOM TELESCOPE UITGESCHOVEN HORIZONTAAL HORIZONTAL FULLY EXTENDED OPBERGSTAND TOWER BOOM TORENGIEK STOWED POSITION DE MACHINE KANTELT IN DEZE RICHTING ALS HIJ OVERBELAST MACHINE WILL TIP OVER IN THIS WORDT OF OP EEN HELLING DIE BUITEN DE MAXIMALE DIRECTION IF OVERLOADED OR OPERATED GRENZEN LIGT.
  • Pagina 66: Motorbediening

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING MOTORBEDIENING PLATFORM OPMERKING: De motor moet altijd ROTATE PLATFORM 90 GRADEN DRAAIEN eerst gestart worden 90 DEGREES vanaf het grondbedie- ningsstation. DE MACHINE KANTELT IN DEZE MACHINE WILL TIP OVER RICHTING ALS HIJ OVERBELAST IN THIS DIRECTION IF Startprocedure OVERLOADED OR WORDT OF OP EEN HELLING DIE...
  • Pagina 67: Stopzetprocedure

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Zet de voedings/noodstopschakelaar op aan. Trek de stroom-/noodstopschakelaar uit de platformconsole. Duw op de motorstartschakelaar tot de motor Duw op de motorstartschakelaar tot de motor start. start. LET OP OPMERKING: De voetschakelaar moet worden losgelaten (omhoog LAAT DE MOTOR ENKELE MINUTEN BIJ LAAG TOERENTAL OPWARMEN VOORDAT U staan) voordat de startmotor kan werken.
  • Pagina 68: Brandstofreserve-/Uitschakelsysteem

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Druk op de voedings/noodstopschakelaar. Als het brandstofpeil in het bereik Leeg komt, gaat het lampje voor laag brandstofpeil eenmaal per seconde knipperen en is er nog ongeveer 60 minuten motorbedrijf mogelijk. Als het systeem in deze toestand is en automatisch de motor uitschakelt of als de machinist handmatig de motor uitschakelt voordat de bedrijfstijd Draai de keuzeschakelaar Platform/Grond in van 60 minuten is verstreken, gaat het lampje voor laag brand-...
  • Pagina 69: Dieselroetdeeltjesfilter (Indien Aanwezig)

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING DIESELROETDEELTJESFILTER (INDIEN AANWEZIG) Reinigen tijdens stilstand Aan de volgende voorwaarden moet voldaan zijn om Reinigen Dieselroetdeeltjesfilter (DPF) is een uitstootregelingssysteem tijdens stilstand uit te voeren. gebruikt in dieselmotoren en vereist interactie van de machinist voor juiste besturing van het systeem. •...
  • Pagina 70 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Start het reinigingsproces door de DPF-knop op de grond- bedieningsconsole 3 seconden in te drukken. De Indicator- meter toont het volgende scherm. Het hoofdreinigingsproces begint, dit duurt ongeveer 30 tot 60 minuten. Het volgende scherm geeft aan dat het proces begonnen is.
  • Pagina 71: Startmethoden Onderhoudsreinigen Bij Stilstand

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Onderhoud tijdens stilstand annuleren Nadat het reinigingsproces voltooid is, zal de motor onge- veer 5 minuten blijven draaien zodat de motor en uitlaat- Onderhoud tijdens stilstand moet meteen worden gestopt gasnabehandelingssysteem (EAT) kunnen afkoelen. De indien: Indicatormeter toont het scherm ‘Regen Complete’...
  • Pagina 72: Onsuccesvolle Reinigingspoging

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Onsuccesvolle reinigingspoging DPF-filter vervangen als gevolg van asbelasting In het geval van een onsuccesvolle reinigingspoging wordt het Het DPF verzamelt niet-brandbare deeltjes die niet kunnen wor- DPF-pictogram weergegeven op de weergavemeter. Mogelijke den verwijderd door het onderhoudsreinigingsproces tijdens stil- oorzaken van onsuccesvolle reinigingspogingen zijn: stand.
  • Pagina 73: Dpf-Filter Vervangen Vanwege Asbelasting

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Tabel 4-1. DPF-filter vervangen vanwege asbelasting Indicator DPF-filter Indicator Asbelasting Verminderen vervangen motorstoring Normaalbedrijf <100% Geen Vervangen filter is vereist ≥100% Geen DPF Filter E xchange Knipperen Waarschuwingsniveau ≥105% Geen DPF Filter E xchange Knipperen Continu Machine geplaatst in kruipmodus en DTC Waarschuwingsniveau ≥110%...
  • Pagina 74 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Tabel 4-2. Onderhoudsreinigen tijdens stilstand Niveaus Reinigen Bedrijfsuren sinds Indicator Indicator DPF-indicator Verminderen Opmerkingen tijdens stilstand laatste reiniging motorstoring Uitstoottemperatuur* 0-500 Tussen 500 en 650 uur, reini- Normaalbe- Geen gingscyclus kan worden gestart drijf 500-650 met de JLG-analyzer. Stilstand 650-750 Geen...
  • Pagina 75: Reinigen Tijdens Stilstand: Dpf Gevuld Met Roet

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Tabel 4-3. Reinigen tijdens stilstand: DPF gevuld met roet Roetbelasting/ Startmethoden DPF Indicator Indicator Roetniveaus DPF-indicator Verminderen Opmerkingen tijd reinigen motorstoring Uitstoottemperatuur Normaalbedrijf <99% Geen Blijft 100 uur in stil- 100% tot 109% Schakelaar in JLG Machine Stilstand stand staan of tot de Geen...
  • Pagina 76 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING HORIZONTAAL Figuur 4-3. Recht en dwars op helling 4-14 31216357...
  • Pagina 77: Rijden

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING RIJDEN RIJD NIET DWARS OP HELLINGEN DIE STEILER DAN 5 GRADEN ZIJN. WEES UITERST VOORZICHTIG WANNEER U ACHTERUIT RIJDT EN STEEDS WANNEER Zie Figuur 4-3., Recht en dwars op helling HET PLATFORM IS GEHEVEN. OPMERKING: Zie de tabel met bedrijfsspecificaties voor de nominale waarden voor hellingshoek en dwarshelling.
  • Pagina 78: Vooruit En Achteruit Rijden

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Vooruit en achteruit rijden Stem de zwarte en witte richtingspijlen op de Trek de noodstopschakelaar op het platform- platformbedie- bedieningsstation uit, start de motor en acti- ningsconsole en het veer de voetschakelaar. chassis op elkaar af om de rijrichting van de VOORUIT ACHTERUIT...
  • Pagina 79: Rijden Op Een Helling

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Rijden op een helling STUREN Zet de duimschakelaar op de rij-/stuurregelaar naar Bij het rijden op een helling worden maximale remming en tractie rechts om naar rechts te sturen of naar links om naar bereikt door de giek opgeborgen te houden, gepositioneerd over de links te sturen.
  • Pagina 80: Platform Draaien

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Platform draaien OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT WORDEN ALS BEDIENINGSHENDELS OF TUIMELSCHAKELAARS DIE DE BEWEGING VAN HET PLATFORM BESTUREN NIET NAAR DE STAND ‘UIT’ TERUGGAAN WANNEER ZE WOR- Om het platform naar links of naar rechts te draaien, DEN LOSGELATEN.
  • Pagina 81: De Torengiek Omhoog En Omlaag Brengen

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING De torengiek omhoog en omlaag brengen 4.10 OPHEFFING MACHINEVEILIGHEIDSSYSTEEM (MSSO) (INDIEN AANWEZIG) Om de torengiek omhoog of omlaag te brengen, zet u de hefschakelaar voor de torengiek omhoog of De opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) omlaag totdat de gewenste hoogte is bereikt. wordt alleen gebruikt om de blokkering van functieregelaars op te heffen voor het terughalen van het platform in noodgevallen.
  • Pagina 82: Skyguard

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING SkyGuard Herbevestig het magnetische uiteinde van de kabel aan de beugel Ongeveer 222 Nm (50 lb) kracht wordt uitgeoefend op de gele balk. als deze wordt losgekoppeld. SkyGuard - SkyLine SkyGuard - SkyEye Kabel wordt ingedrukt, waardoor de magnetische verbinding tussen Machinist gaat door het pad van de sensorstraal.
  • Pagina 83: Functietabel Skyguard

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Functietabel SkyGuard Platform Vooruit- Achter- Torengiek Torengiek Giek Giek Giek Giek Platform Sturen Zwenken horizontaal rijden uitrijden heffen neerlaten heffen neerlaten uitschuiven inschuiven heffen draaien zetten R * / C * * R = Omkering wordt geactiveerd C = Uitschakeling wordt geactiveerd * DOS (Drive Orientation System) ingeschakeld * * DOS niet ingeschakeld, machine rijdt recht vooruit zonder sturen en geen andere hydraulische functie actief is.
  • Pagina 84: 4.12 Stopzetten En Parkeren

    HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 4.12 STOPZETTEN EN PARKEREN 4.13 HIJSEN EN VASTZETTEN (Zie Figuur 4-5.) Stopzetten en parkeren Hijsen Om de machine stop te zetten en te parkeren, gaat u als volgt te werk: Raadpleeg het serienummerplaatje, raadpleeg het hoofd- Rijd de machine naar een redelijk goed beveiligd gebied.
  • Pagina 85 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 1366 mm (53.7 in) 1261 mm (49.6 in) Figuur 4-5. Tabel voor hijsen en vastsjorren 31216357 4-23...
  • Pagina 86 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING O AC 02390 Figuur 4-6. Plaats van stickers Blad 1 van 6 4-24 31216357...
  • Pagina 87 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 51 50 O AC 02400 Figuur 4-7. Plaats van stickers Blad 2 van 6 31216357 4-25...
  • Pagina 88 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING O AC 02410 Figuur 4-8. Plaats van stickers Blad 3 van 6 4-26 31216357...
  • Pagina 89 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING 14 AUS O AC 02420 Figuur 4-9. Plaats van stickers Blad 4 van 6 31216357 4-27...
  • Pagina 90 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING O AC 02431 Figuur 4-10. Plaats van stickers Blad 5 van 6 4-28 31216357...
  • Pagina 91 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING O AC 02440 Figuur 4-11. Plaats van stickers Blad 6 van 6 31216357 4-29...
  • Pagina 92 HOOFDSTUK 4 – MACHINEBEDIENING Itemnr. Australië Chinees Itemnr. Australië Chinees 1001162528-I 1001162522-G 1001256206-A 1001162528-I 1001162522-G 1001256206-A 1704412 1704412 1704412 1001162429 1001162429 1703925 1001172217 1001172217 1001172217 1705822 1705822 1001116849 1704885 1704885 1705961 1705961 1703937 1705430 1703949 1701499 1701499 1701499 1702774 1702774 1001204510 1001204510 1702773...
  • Pagina 93: Hoofdstuk 5. Noodprocedures

    HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES HOOFDSTUK 5. NOODPROCEDURES ALGEMEEN IMPORTANT OPMERKING WICHTIG NA IEDER ONGEVAL MOET U DE MACHINE GRONDIG INSPECTEREN EN ALLE FUNCTIES In dit hoofdstuk vindt u de stappen die u moet nemen in geval TESTEN, EERST VANAF HET GRONDBEDIENINGSSTATION EN DAN VANAF HET PLAT- van een noodsituatie tijdens het werk.
  • Pagina 94: Platform Of Giek Zit Boven Vast

    HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES Platform of giek zit boven vast OPHEFFEN VOOR HANDBEDIEND ZWENKEN Als het platform of de giek boven in constructies of apparatuur De opheffunctie van handbediend zwenken dient om de giek met vastgeklemd raakt, doe het volgende: draaischijf handmatig te kunnen zwenken in geval van totale stroomuitval wanneer het platform zich boven een constructie of Schakel de machine uit.
  • Pagina 95: Slepen In Noodgevallen

    HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES SLEPEN IN NOODGEVALLEN Voer de volgende procedure uit nadat de machine is verplaatst: Plaats de machine op een stevige, gelijke ondergrond. Slepen van deze machine is verboden. Er zijn echter voorzieningen Blokkeer de wielen goed. om de machine te kunnen verplaatsen. De volgende procedures mogen UITSLUITEND in geval van nood worden toegepast om de Schakel de mechanische ontgrendeling op beide aandrijfna- machine naar een geschikte plaats voor onderhoud te brengen.
  • Pagina 96: Opheffing Machineveiligheidssysteem (Msso) (Indien Aanwezig)

    HOOFDSTUK 5 – NOODPROCEDURES OPHEFFING MACHINEVEILIGHEIDSSYSTEEM (MSSO) Voor gebruik van de MSSO: (INDIEN AANWEZIG) Zet de keuzeschakelaar Platform/Grond vanaf de grondbe- dieningsconsole in de stand Grond. De opheffing machineveiligheidssysteem (MSSO) Trek de voedings-/noodstopschakelaar uit. mag alleen worden gebruikt om een machinist vrij te maken die bekneld of opgesloten zit of die Start de motor of de MSSO treedt in werking door middel de machine niet meer kan bedienen.
  • Pagina 97: Hoofdstuk 6. Accessoires

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES HOOFDSTUK 6. ACCESSOIRES Tabel 6-1. Beschikbare accessoires Markt Accessoire Pijpenrekken   SkyGlazier™   SkyPower™   Soft Touch   SkySense™   31216357...
  • Pagina 98: Relatietabel Opties/Accessoires

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Tabel 6-2. Relatietabel opties/accessoires COMPATIBEL MET VERWISSELBAAR MET ACCESSOIRE VEREIST ITEM NIET COMPATIBEL MET (opmerking 1) (opmerking 2) Pijpenrekken SkyPower™ Soft Touch, SkySense SkyGlazier™ 4 ft platform, pijpenrekken, SkyGlazier™ SkyPower™ Soft Touch, SkySense SkyPower™ Pijpenrekken, SkyGlazier™ Pijpenrekken, SkySense, Soft Touch SkyPower™...
  • Pagina 99: Pijpenrekken

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES PIJPENREKKEN Capaciteitsspecificaties (alleen voor Australië) Max. platformcapaciteit Max. capaciteit in rekken* (met max. gewicht in rekken) 80 kg 184 kg Max. lengte van materialen in rekken: 6,0 m Min. lengte van materialen in rekken: 2,4 m Veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING VERMINDER DE PLATFORMCAPACITEIT MET 45,5 KG (100 LB) WANNEER DEZE IS...
  • Pagina 100: Voorbereiding En Inspectie

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Bediening • Verzeker u ervan dat zich geen personen onder het plat- form bevinden. Om de rekken te kunnen beladen, verwijdert u de vergren- • Verlaat het platform niet over de leuningen en ga niet op delpennen, draait u elk rek 90 graden naar de werkpositie en de leuningen staan.
  • Pagina 101: Skyglazier

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES SKYGLAZIER™ Capaciteitsspecificaties Max. capaciteit van Max. platformcapaciteit Capaciteitszone* (met max. gewicht in bak) 227 kg 68 kg 113 kg (500 lb) (150 lb) (250 lb) 250 kg 68 kg 113 kg (550 lb) (150 lb) (250 lb) 272 kg 68 kg 113 kg...
  • Pagina 102: Veiligheidsmaatregelen

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Veiligheidsmaatregelen • Verwijder de bak wanneer hij niet wordt gebruikt. • Gebruik deze optie alleen bij goedgekeurde modellen. WAARSCHUWING Voorbereiding en inspectie ZORG ERVOOR DAT HET PANEEL MET EEN BAND VASTGEZET IS. • Controleer op gescheurde lasnaden en schade aan de bak. •...
  • Pagina 103: Skypower

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES SKYPOWER™ Het SkyPower™-systeem levert wisselstroom via een wissel- stroomcontactdoos in het platform om gereedschappen, lampen en snij- en lasapparatuur te voeden. Alle stroomregelcomponenten bevinden zich in een waterdichte kast die met een kabel met de generator is verbonden. De gene- rator levert stroom wanneer hij met een bepaald toerental draait terwijl de aan/uitschakelaar aan staat (de schakelaar bevindt zich op het platform).
  • Pagina 104: Nominale Waarden Van Accessoire

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Nominale waarden van accessoire Voorbereiding en inspectie • 3000 tpm (50 Hz) • Zorg ervoor dat de generator goed vastzit. • 3600 rpm (60 Hz) • Controleer de conditie van riem en de bedrading. Veiligheidsmaatregelen Bediening Start de motor en zet de generator aan.
  • Pagina 105: Soft Touch

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES SOFT TOUCH SKYSENSE™ Er is bekleding aangebracht aan de platformreling en aan een WAARSCHUWING frame dat onder het platform hangt. Afslagschakelaars deactive- ren platformfuncties wanneer het beklede frame in contact komt SKYSENSE IS NIET BEDOELD TER VERVANGING OF TER VERMINDERING VAN DE NOOD- met een aangrenzende structuur.
  • Pagina 106: Voorbereiding En Inspectie

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Voorbereiding en inspectie Druk de voetschakelaar in en druk op de opheffingsknop op de platformbedieningsconsole. Inspectie vóór het werk: Ga door met het neerlaten van het platform. De machine Controleer elk van de SkySense-buizen op deuken, scheur- moet in de hogesnelheid rijmodus worden geplaatst (status- tjes of andere beschadigingen.
  • Pagina 107 HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES SkySense is actief tijdens de volgende functies: • Giek heffen/neerlaten • Platform draaien • Uitschuiven • Zwenken • Achteruit rijden OPMERKING: Tijdens actieve DOS (Drive Orientation System) is Sky- Sense actief bij het rijden in zowel de voorwaartse als de achterwaartse richting.
  • Pagina 108: Skysense-Alarm

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES SkySense-alarm Opheffingsknop Wanneer SkySense in werking treedt, klinkt er een alarm om aan De gele opheffingsknop stelt de machinist in staat om de nor- te geven dat SkySense geactiveerd is door het bereiken van de male SkySense-werking te omzeilen om zo binnen de stopzone waarschuwings- of stopzones.
  • Pagina 109: Dekkingsgebieden Van Skysense

    HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES Dekkingsgebieden van SkySense Niveau 2 (3 – Bar) OPMERKING: De getoonde dekkingsgebieden van de sensor zijn slechts Niveau 1 (2 – bar) benaderingen ter referentie. 31216357 6-13...
  • Pagina 110 HOOFDSTUK 6 – ACCESSOIRES 6-14 31216357...
  • Pagina 111: Hoofdstuk 7. Algemene Specificaties En Onderhoud Door Machinist

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST HOOFDSTUK 7. ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST INLEIDING BEDRIJFSSPECIFICATIES EN PRESTATIEGEGEVENS Bedrijfsspecificaties In dit hoofdstuk van de handleiding wordt aanvullende en nood- zakelijke informatie aan de machinist gegeven voor een juiste Tabel 7-1.
  • Pagina 112: Afmetingen

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Inhoud Tabel 7-1. Bedrijfsspecificaties Maximale hydraulische Druk 280 bar (4060 psi) Tabel 7-3. Inhoud Gemiddeld brandstofverbruik 2,5 l/h (0.66 gph) Hydraulisch systeem 143,8 l (38 gal) Afmetingen Hydrauliekolietank (tot volmarkering) 119,9 l (31.7 gal) Aandrijfnaaf 0,7 l (24 oz) Tabel 7-2.
  • Pagina 113: Motorgegevens

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Motorgegevens Hydrauliekolie Tabel 7-6. Hydrauliekolie Tabel 7-5. Deutz D2011L03 Bedrijfstemperatuurbereik SAE- viscositeitskwaliteit hydraulisch systeem Brandstof Diesel Aantal cilinders –18 °C tot +83 °C 10 W (+0 °F tot +180 °F) Boring 94 mm (3.7 in) -18 °C tot +99 °C 10 W-20, 10 W-30...
  • Pagina 114 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST OPMERKING: Afgezien van de aanbevelingen van JLG is het niet raad- Tabel 7-8. Specificaties Mobil DTE 10 Excel 32 zaam oliën van verschillende merken of soorten te men- gen, aangezien deze mogelijk niet dezelfde vereiste ISO-viscositeitskwaliteit toevoegingen bevatten of een vergelijkbare viscositeit Stolpunt, max.
  • Pagina 115: Specificaties Mobil Eal 224H

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-9. Quintolubric 888-46 Tabel 7-10. Specificaties Mobil EAL 224H Dichtheid 0,91 bij 15 °C (59 °F) Type Synthetisch, biologisch afbreekbaar Stolpunt ISO-viscositeitskwaliteit 32/46 <–20 °C (<–4 °F) Soortelijk gewicht 0,922 Vlampunt 275 °C (527 °F) Stolpunt, max.
  • Pagina 116: Motorspecifica- Ties

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST OMGEVINGSTEMPERATUUR AMBIENT AIR TEMPERATURE 120°F(49°C) 120°F(49°C) NO OPERATION ABOVE THIS GEEN BEDRIJF BOVEN DEZE 110°F(43°C) 110°F(43°C) AMBIENT TEMPERATURE OMGEVINGSTEMPERATUUR 100°F(38°C) 100°F(38°C) 90°F(32°C) 90°F(32°C) BRANDSTOF 80°F(27°C) 80°F(27°C) SUMMER 70°F(21°C) GRADE ZOMERKWA- 70°F(21°C) MOTORSPECIFICA- ENGINE FUEL...
  • Pagina 117: Hydraulische Specificaties

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST EXTENDED DRIVING WITH DOORRIJDEN BIJ HYDRAULIC OIL TANK HYDRAULIEKOLIETANKTEMPERATUREN VAN TEMPERATURES OF 180° F 82 °C (180 °F) OF HOGER. 82 °C (180 °F) (82°C) OR ABOVE. 180° F (82° C) (HYD.
  • Pagina 118 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Figuur 7-3. Schema voor onderhoud en smering door machinist 31216357...
  • Pagina 119: Onderhoud Door Machinist

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST ONDERHOUD DOOR MACHINIST IMPORTANT OPMERKING WICHTIG SMEERINTERVALLEN ZIJN GEBASEERD OP EEN MACHINE DIE ONDER NORMALE OPMERKING: De volgende getallen komen overeen met die in Figuur OMSTANDIGHEDEN WERKT. ALS MACHINES MEERDERE WERKTIJDEN ACHTER ELKAAR 7-3., Schema voor onderhoud en smering door machi- WORDEN GEBRUIKT EN/OF WORDEN BLOOTGESTELD AAN ONGUNSTIGE OMGEVINGEN nist.
  • Pagina 120 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Zwenklager/tanden van wormtandwiel Smeerpunt(en) – smeernippel Smeerpunt(en) – smeernippel Inhoud – Naar behoefte Inhoud – Naar behoefte Smering – Mobil SHC 007 Smering – Lubriplate 930-AAA Interval – naar behoefte Interval – naar behoefte LET OP BRENG NIET TE VEEL VET AAN OP DE LAGERS, OMDAT HIERDOOR DE BUITENAFDICH- TING VAN DE BEHUIZING BESCHADIGD RAAKT.
  • Pagina 121 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Hydrauliektank Hydrauliekolieretourfilter Smeerpunt(en) – Vervangbaar element Smeerpunt(en) – vuldop Interval – Na de eerste 50 uur vervangen en daarna elke 6 Capaciteit – 136,3 l (36 gal), 119,9 l (31.7 gal) tot volmarkering; maanden of 300 uur.
  • Pagina 122 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Ontluchting hydraulische tank Naaf van aandrijfwiel OLIEPEIL O IL LE V E L C H E C K CONTROLEREN A N D F ILL EN BIJVULLEN Smeerpunt(en) – Peil/vulstop Inhoud – 0,8 l (24 oz) (1/2 vol) Interval –...
  • Pagina 123 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Rijrem Olie verversen/filter vervangen – Deutz 2,3 L3 Smeerpunt(en) – vulstop Smeerpunt(en) – Vuldop/opschroefelement Inhoud – 0,8 l (27 oz) Inhoud – 9,5 l (10 qt) met filter Smering – DTE-13M Smering –...
  • Pagina 124 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Vulfilter Brandstoffilter/waterafscheider – Deutz 2,3 L3 Smeerpunt(en) – Vervangbaar element Interval – Na de eerste 50 uur verversen en daarna elke 6 Interval – Elk jaar of 500 bedrijfsuren maanden of 300 uur. Opmerkingen –...
  • Pagina 125 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Luchtfilter Smeerpunt(en) – Vervangbaar element Interval – Elke 6 maanden of 300 bedrijfsuren, of zoals aan- gegeven door de conditie-indicator Opmerkingen – controleer stofklep dagelijks 31216357 7-15...
  • Pagina 126: Banden En Wielen

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST BANDEN EN WIELEN Vervang geen schuim- of ballastgevulde banden door luchtbanden, tenzij hiervoor specifiek door JLG Industries Inc. goedkeuring is ver- leend. Zorg ervoor dat bij het kiezen en monteren van vervangingsban- Banden vervangen den alle banden de door JLG geadviseerde bandenspanning hebben.
  • Pagina 127 HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Zet de wielmoeren vast met het juiste aanhaalmoment om te voor- Haal de moeren in onderstaande volgorde aan. komen dat er wielen kunnen loskomen. Gebruik een momentsleutel voor het aanhalen van het bevestigingsmateriaal. Indien u geen momentsleutel hebt, zet dan het bevestigingsmateriaal vast met een wielmoersleutel en laat onmiddellijk in een werkplaats of bij de dea- ler de wielmoeren vastzetten met het juiste aanhaalmoment.
  • Pagina 128: Aanvullende Informatie

    HOOFDSTUK 7 – ALGEMENE SPECIFICATIES EN ONDERHOUD DOOR MACHINIST Tabel 7-12. Momenttabel wielmoeren AANHAALVOLGORDE fase fase fase 55 Nm (40 lb-ft) 130 Nm (95 lb-ft) 230 Nm (170 lb-ft) AANVULLENDE INFORMATIE De volgende informatie wordt conform de vereisten van de Euro- pese Machinerichtlijn 2006/42/EG verstrekt en is alleen van toe- passing op CE-machines.
  • Pagina 129: Hoofdstuk 8. Inspectie- En Reparatielogboek

    HOOFDSTUK 8 – INSPECTIE- EN REPARATIELOGBOEK HOOFDSTUK 8. INSPECTIE- EN REPARATIELOGBOEK Serienummer machine _______________________________________ Tabel 8-1. Inspectie- en reparatielogboek Datum Opmerkingen 31216357...
  • Pagina 130: Inspectie- En Reparatielogboek

    HOOFDSTUK 8 – INSPECTIE- EN REPARATIELOGBOEK Tabel 8-1. Inspectie- en reparatielogboek Datum Opmerkingen 31216357...
  • Pagina 132 Hoofdkantoor JLG Industries, Inc. 1 JLG Drive McConnellsburg, PA 17233-9533 VS (717) 485-5161 (Bedrijf) (877) 554-5438 (Klantenondersteuning) (717) 485-6417 Ga naar onze website voor de wereldwijde vestigingen van JLG. www.jlg.com...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Jlg pvc 2001

Inhoudsopgave