ZORG DAT DE MACHINE EN HET PERSONEEL NIET BINNEN DE VERBODEN ZONE
KOMEN. GA ERVAN UIT DAT ALLE ELEKTRISCHE ONDERDELEN EN BEDRADING ONDER
STROOM STAAN, TENZIJ U WEET DAT DIT NIET ZO IS.
Tabel 1-1. Minimale veilige afstanden
SPANNINGSBEREIK
(fase-fase)
0 tot 50 kV
Meer dan 50 kV tot 200 kV
Meer dan 200 kV tot 350 kV
Meer dan 350 kV tot 500 kV
Meer dan 500 kV tot 750 kV
Meer dan 750 kV tot 1000 kV
OPMERKING: Dit vereiste is van toepassing behalve daar waar de voorschrif-
ten van de werkgever of de plaatselijke of overheidsvoorschrif-
ten strenger zijn.
Gevaar voor kantelen
• Controleer of de bodemgesteldheid geschikt is om de
maximale belasting van de banden te dragen die op de
betreffende stickers op het chassis naast elk wiel is aange-
geven. Rijd niet op een niet-ondersteund oppervlak.
3123597
GEVAAR
MINIMALE AFSTAND
in m (ft)
3 (10)
5 (15)
6 (20)
8 (25)
11 (35)
14 (45)
– JLG Hoogwerker –
HOOFDSTUK 1 - VEILIGHEIDSMAATREGELEN
• De gebruiker moet vertrouwd zijn met het rijoppervlak
alvorens te rijden. Rijd niet dwars of recht op een steilere
helling dan is toegestaan.
• Hef het platform niet en rijd niet met het platform omhoog
op of nabij een hellende, ongelijke of zachte ondergrond.
Zorg dat de machine op een stevige, horizontale en vlakke
ondergrond staat voordat het platform wordt geheven of
met het platform omhoog wordt gereden.
• Controleer de toegestane capaciteit van het oppervlak
alvorens op vloeren, bruggen, trucks en andere oppervlak-
ken te rijden.
• Overschrijd nooit de maximale belasting die op het plat-
form staat aangegeven. Zorg dat alle ladingen binnen het
platform blijven, tenzij toestemming is verkregen van JLG.
• Houd het chassis van de machine op een afstand van min-
stens 0,6 m (2 ft) van kuilen, oneffenheden, steile hellingen,
obstakels, afval, bedekte kuilen en andere mogelijke geva-
ren op de grond.
• Bedien de machine niet bij windomstandigheden boven de
specificaties die zijn aangegeven in hoofdstuk 6 van deze
handleiding of op de capaciteitsaanduiding op het bord
aan het platform.
1-7