→
De slangconnector aan de pneumatische aansturing en de
aandrijving schroeven.
→
Met de slangen meegeleverd met de accessoires de verbinding
tussen de pneumatische aansturing en de aandrijving met „Tab.
1: Pneumatische Verbindung mit Antrieb" leggen.
LET OP!
Beschadiging of uitval van de functie door binnendringen
van vuil en vocht.
▶ Om te voldoen aan beschermingsgraad IP65/IP67 de niet beno-
digde stuurluchtaansluiting (bij SFA en SFB) verbinden met de
vrije kamer van de aandrijving of afsluiten met een afsluitplug.
"In ruststand" betekent dat de stuurventielen van de pneu-
matische aansturing van het type 8697 stroomloos resp.
niet geactiveerd zijn.
Bij vochtige omgevingslucht kan bij stuurfunctie A resp.
bij stuurfunctie B een slangverbinding tussen stuurlucht-
aansluiting 2
van de pneumatische aansturing en de niet
2
aangesloten kamer van de aandrijving tot stand worden
gebracht. Daardoor wordt de veerkamer van de aandrijving
voorzien van droge lucht uit het ontluchtingskanaal van de
pneumatische aansturing.
Type 8697
Montage
Stuurfunctie
Pneumatische verbinding type 8697
met aandrijving
Stuurlucht-
uitgang
type 8697
2
Procesventiel in
ruststand gesloten
A
(door veerkracht)
2
2
Procesventiel in
B
ruststand open
(door veerkracht)
2
Tab. 1:
Pneumatische verbinding met aandrijving
Nederlands
Stuurluchtaansluiting
aandrijving
onderste stuurlucht-
aansluiting van de
1
aandrijving
moet worden
verbonden met
de bovenste
2
stuurluchtaansluiting
bovenste stuurlucht-
aansluiting van de
1
aandrijving
moet worden
verbonden met
de onderste
2
stuurluchtaansluiting
17