Hoofdcode
Master
In verband met automatisch bijvullen
RYYQ+RYMQ+RXYQ8~20T7Y1B
VRV IV-systeem airconditioner
4P370475-1A – 2016.02
Subcode
Slave 1
Slave 2
Waarschuwingsaanduiding:
Lekdetectie of controle hoeveelheid
koelmiddel niet uitgevoerd
(systeemwerking niet mogelijk)
Storingscode: Systeem nog niet
proefgedraaid (systeemwerking niet
mogelijk)
Slechte bedrading naar Q1/Q2 of
binnenunit - buitenunit
Slechte bedrading naar Q1/Q2 of
binnenunit - buitenunit
Proefdraaien systeem abnormaal
beëindigd
Waarschuwing: slechte bedrading naar
Q1/Q2
Storingscode: slechte bedrading naar
Q1/Q2
▪ Te veel binnenunits aangesloten op
F1/F2-leiding
▪ Slechte bedrading tussen buiten- en
binnenunits
Verkeerde combinatie in systeem.
Verkeerde combinatie types binnenunit
(R410A, R407C, RA, Hydrobox, enz.)
Storing binnenunit
Storing aansluiting binnenunits of
verkeerde combinatie types (R410A,
R407C, RA, Hydrobox, enz.)
Storing aansluiting binnenunits of
verkeerde combinatie types (R410A,
R407C, RA, Hydrobox, enz.)
Verkeerde combinatie units (multi-
systeem)
Verkeerde combinatie units (multi-
systeem)
Storing automatische adressering
(inconsistentie)
Storing automatische adressering
(inconsistentie)
Afsluiter gesloten of verkeerd (tijdens
proefdraaien systeem)
—
Abnormaal lage druk in aanzuigleiding Sluit onmiddellijk klep A. Druk op BS1
10 Opsporen en verhelpen van storingen
Oorzaak
Voer automatische vulfunctie uit (zie
handleiding); unit niet klaar voor
lekdetectie.
Laat systeem proefdraaien.
Controleer bedrading (Q1/Q2).
Controleer bedrading (Q1/Q2).
Laat opnieuw proefdraaien.
Controleer bedrading Q1/Q2.
Controleer bedrading Q1/Q2.
Controleer aantal aangesloten
binnenunits en totale capaciteit.
Controleer of storing zich voordoet bij
andere binnenunits en of combinatie
van binnenunits is toegestaan.
Controleer of storing zich voordoet bij
andere binnenunits en of combinatie
van binnenunits is toegestaan.
Controleer of storing zich voordoet bij
andere binnenunits en of combinatie
van binnenunits is toegestaan.
Controleer of unittypes compatibel zijn.
Controleer of unittypes compatibel zijn.
Controleer of aantal units met
transmissiebedrading overeenstemt
met aantal op voeding aangesloten
units (controlestand) of wacht tot einde
initialisering.
Controleer of aantal units met
transmissiebedrading overeenstemt
met aantal op voeding aangesloten
units (controlestand) of wacht tot einde
initialisering.
Open afsluiters.
om te resetten. Controleer de
volgende punten voordat u de
procedure voor automatisch bijvullen
opnieuw probeert:
▪ Controleer of de gaszijdige afsluiter
goed openstaat.
▪ Controleer of de kraan van de
koelmiddelfles open is.
▪ Controleer of de luchtinlaat en -
uitlaat
geblokkeerd zijn.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
Oplossing
van
de
binnenunit
niet
55