3.5
Wateraansluitingen
3.5.1
3.5.2
0312808_STE 1000-3000_NL_EN_V1.0, 2018-12-20
Waarschuwing
-
De installatie dient te geschieden door een erkend installateur en overeenkomstig de
algemeen en plaatselijke geldende voorschriften (1.3 "Voorschriften").
-
MONTEER HET ISOLATIEPAKKET VOORDAT HET LEIDINGWERK WORDT
AANGEBRACHT.
Koudwaterzijdig
Zie (A) in het aansluitschema (3.5 "Aansluitschema").
1. Indien de waterleidingdruk meer dan de voorgeschreven specificaties (3.4.2
"Algemene gegevens - 15 kW", 3.4.3 "Algemene gegevens - 30 kW", 3.4.4
"Algemene gegevens - 45 kW" en 3.4.5 "Algemene gegevens - 60 kW") druk is,
plaats dan een goedgekeurd reduceerventiel (1).
2. Plaats koudwaterzijdig een goedgekeurde inlaatcombinatie (2) overeenkomstig de
geldende voorschriften (1.3 "Voorschriften").
3. Sluit de overstortzijde van de inlaatcombinatie (2) aan op een open
waterafvoerleiding.
4. Monteer een T-stuk tussen de inlaatcombinatie (2) en de toestelaansluiting t.b.v. een
aftapkraan.
5. Monteer een aftapkraan (de kraan is niet meegeleverd).
Let op
Een inlaatcombinatie is verplicht. Monteer deze zo dicht mogelijk bij het toestel.
Waarschuwing
Tussen inlaatcombinatie en het toestel mag nooit een afsluiter of terugslagklep geplaatst
worden.
Let op
Tijdens opwarmen van het toestel zal expansiewater (als gevolg van temperatuur-
verhoging) via de overstort van de inlaatcombinatie de afvoer in druppelen. Dit is een
normaal verschijnsel. Het druppelen mag nooit verhinderd en/of geblokkeerd worden. De
afvoer dient ten alle tijde vrij te blijven t.o.v. omgeving.
Warmwaterzijdig
Zie (B) in het aansluitschema (3.4 "Aansluitschema").
1. Monteer de bovenflens (2" aansluiting) incl. de afdichting d.m.v. bout/moer-
verbinding (6x M10).
2. Optioneel: monteer een temperatuurmeter (12) ter controle van de temperatuur van
het tapwater.
3. Sluit de overstortzijde van de T&P (3) aan op een open waterafvoerleiding.
4. Monteer een afsluiter (11) in de warmwateruitgangleiding ten behoeve van
servicedoeleinden.
5. Is een circulatieleiding nodig, ga dan verder met het monteren van de
circulatieleiding (3.5.3 "Circulatieleiding").
Opmerking
Isolatie van lange warmwaterleidingen voorkomt onnodig energieverlies.
21