CONTROLES VOORAF
Controlelijst voor het opstarten van de optionele totale warmteterugwinning (alleen NEOSYS)
Controleer of alle aftap- en ontluchtingspluggen op hun plaats zitten en goed zijn aangedraaid, voordat de installatie
voor totale warmteterugwinning met water (en glycol) wordt gevuld.
1.
De vloeistofpomp(en) en andere apparatuur die is verbonden met het watercircuit voor totale warmteterugwinning zijn in goed
werkende staat zoals nodig voor de unit en volgens hun eigen vereisten.
Zet alle waterkleppen en koelmiddelkleppen in hun bedrijfsstand.
2.
Controleer of de watercircuits, vermeld in 1, volledig met water (en glycol) zijn gevuld. Alle hoge punten moeten zijn ontlucht,
inclusief de warmtewisselaars om er zeker van te zijn dat ze perfect schoon en hermetisch dicht zijn, filter gereinigd na 2 uur
gebruik van de waterpomp. Alle hydraulische componenten moeten in bedrijfstoestand zijn, watertoevoer en overloop
gecontroleerd.
3.
Reset alle handmatige veiligheidsvoorzieningen (waar nodig).
4.
Start de unit op met de luchtgekoelde condensor met warmtevraag losgekoppeld.
5.
Start de pomp(en) van het watercircuit voor totale warmteterugwinning en controleer of de te koelen vloeistof door
de warmtewisselaars stroomt: let op de waterdruk bij in- en uittrede, en gebruik de drukverliescurve om de vloeistofstroom
te berekenen met behulp van dezelfde formule als voor de warmtewisselaar van de verdamper in §6.1.7.
Stel de waterstroming in het circuit van de condensor voor warmteherwinning (met regelkleppen, positie toerental pomp...)
om de ontwerpcondities tijdens het selecteren van de machine te benaderen.
6.
U kunt de vraag naar warmteterugwinning nu activeren.
CONFIGURATIE MASTER-SLAVE (2 UNITS OF MEER)
Bij 2 units of meer die samen werken, zijn verschillende configuraties mogelijk: raadpleeg de handleiding van de controller om de correcte
.
parameters in te voeren
INBEDRIJFSTELLING
Neem contact Lennox op voor de inbedrijfstelling van de unit.
.
CHILLER-IOM-2023.05-NL
32