Inhoudsopgave
Advertenties
INSTALLATIE
Correctietabellen voor MRC- en HYDROLEAN-units:
Correctiefactoren
snelheid persgas
Zuigtemperatuur °C
Correctie factoren
snelheid
vloeistofleiding
Zuigtemperatuur °C
Mechanische isolatie van koelmiddelleidingen
Isoleer koelmiddelleidingen van het gebouw om overdracht van trillingen die normaal in de leidingen ontstaan te voorkomen. Voorkom
overbrugging van de isolatie bij de unit door koelmiddelleidingen of elektriciteitsbuizen te strak te bevestigen. Eventuele trillingen zullen
door stugge leidingen worden overgebracht op het gebouw.
Bij onvoldoende isolering van koperen koelmiddelleidingen kunnen die vroegtijdig scheuren waardoor gas vrijkomt.
Druktest
De vorming van koperoxide bij het solderen is te voorkomen door wat droge stikstof door de leidingen te blazen.
De leidingen moeten worden aangelegd met perfect schone pijpen, die tijdens opslag en aansluiten afgedopt zijn. Neem tijdens deze
handelingen de volgende voorzorgsmaatregelen:
1.
Werk niet in een afgesloten ruimte, want koelmiddel kan verstikking veroorzaken. Zorg dat er voldoende ventilatie is.
2.
Gebruik bij de lektesten geen zuurstof of acetyleen in plaats van koelmiddel en stikstof: dit kan namelijk een heftige explosie
veroorzaken.
3.
Gebruik altijd een regelventiel, afsluiters en een manometer om de testdruk in het systeem te regelen. Door een te hoge druk
kunnen leidingen barsten, kan de unit beschadigd raken en/of kunnen explosies ontstaan met ernstig persoonlijk letsel.
Druktesten aan vloeistof- en gasleidingen moeten steeds worden uitgevoerd in overeenstemming met de geldende wettelijke voorschriften.
Voordat een unit opgestart wordt aan een vloeistofvat moeten leidingen en condensor van vocht ontdaan worden. Vocht is te verwijderen
met een tweetraps vacuümpomp, die een vacuüm van 600 Pa (absoluut) kan halen.
U krijgt de beste resultaten met een vacuüm tot 100 Pa.
Om tot dit niveau bij normale temperaturen te komen, dus 15 °C, heeft de pomp vaak wel 10 tot 20 uur nodig. De pompduur is geen kwestie
van efficiëntie. De druk moet worden gecontroleerd voordat de unit in bedrijf komt.
Koelmiddelvulling
Koelmachines met R410A moeten in de vloeibare fase worden gevuld. Vul een machine die met R410a werkt nooit in de dampfase (damp):
de samenstelling van het mengsel zou kunnen worden aangepast. Sluit in de vloeibare fase aan op een vloeistofisolatieventiel
of op de snelkoppeling op de vloeistofleiding bij de ventieluitlaat.
Sluit in de vloeibare fase aan op een Schrader vanaf de vloeistofleiding.
Opmerking voor alle units:
Splitunits worden geleverd met stikstof schutvulling. Voor vacumeren voor dehydratie, moet de unit ontlucht worden. Telkens wanneer
koelmiddel toegevoegd wordt, controleer de toestand van de vulling via het kijkglas indien dit aanwezig is en bekijk ook de mate van
onderkoeling van de vloeistof aan de condensoruitlaat, volgens de ontwerpwaarde van het systeem. In elk geval mag u pas bijvullen als
de unit stabiel is. Overbelast het systeem niet, omdat dit een negatieve invloed kan hebben op de werking.
Problemen door te veel koelmiddel:
• Veel te hoge persdruk;
• Kans op schade voor de compressor;
• Veel te hoog opgenomen vermogen.
CHILLER-IOM-2023.05-NL
25
30
13
1,37
1,25
8
1,41
1,30
3
1,47
1,34
Vloeistofleidingtemperatuur °C, 5 °C onderkoeling
20
25
13
0,67
0,72
8
0,67
0,72
3
0,68
0,73
Condensatietemperatuur °C
35
40
45
1,15
1,07
1,01
1,20
1,11
1,05
1,24
1,16
1,09
30
35
40
0,77
0,83
0,90
0,78
0,84
0,91
0,78
0,85
0,92
50
55
60
0,96
0,93
0,92
1,00
0,97
0,96
1,04
1,01
1,00
45
50
55
0,99
1,10
1,23
1,00
1,11
1,24
1,01
1,12
1,26
26
Advertenties
Inhoudsopgave
