PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
Algemeen smeer- en onderhoudsschema
NR.
ITEM
1
Luchtfilterelement
2 * Accu
3 * Voorrem
6
4 * Achterrem
5 * Wielen
6 * Banden
7 * Wiellagers
8 * Balhoofdlagers
CONTROLE OF ONDER-
HOUDSBEURT
• Reinigen.
• Vervangen.
• Controleer het vloeistofniveau en
de soortelijke massa.
• Controleer of de ontluchtings-
slang correct is geplaatst.
• Controleer de werking en stel de
speling van de remhendel af.
• Vervang de remschoenen.
• Controleer de werking en stel de
speling van de remhendel af.
• Vervang de remschoenen.
• Controleer de speling en contro-
leer op beschadigingen.
• Controleer op slijtage en bescha-
digingen.
• Vervang indien nodig.
• Controleer de bandspanning.
• Corrigeer indien nodig.
• Controleer op speling of bescha-
digingen.
• Controleer de lagers op speling
en oppervlakteruwheid.
• Smeren met lithiumvet.
KILOMETERSTAND
1000 km
6000 km
12000 km
(600 mi)
(3500 mi)
(7000 mi)
√
√
√
√
√
√
√
Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
√
√
√
Wanneer de slijtagelimiet is bereikt
√
√
√
√
√
√
√
√
√
Elke 24000 km (14000 mi)
6-3
JAARLIJK-
SE CON-
18000 km
24000 km
TROLE
(10500 mi)
(14000 mi)
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
√
DAU17718
√
√
√
√