Inhoudsopgave
Advertenties
Details instellingen
Menu: Warmtepomp
Max. uitschakeltemp. (2845)
Bij warmwaterbereiding,
geforceerde buffervulling tijdens bedrijf
van de tweede compressortrap, wordt
"Uitschakeltemp max" (regel 2844)
verlaagd met deze waarde.
Als het debiet of de retourtemperatuur
(B21/B71) dit niveau overschrijdt, wordt
de warmwaterbereiding of de
geforceerde buffervulling voortijdig
afgebroken en wordt overgeschakeld
op ruimteverwarming, mits de
verwarmingscircuits warmte vragen. In
dit geval werkt de warmtepomp zonder
onderbreking verder. Gedurende een
nalooptijd (regel 2839) en na het
afbreken van de warmwatervulling
wordt geen rekening gehouden met het
setpoint van het verwarmingscircuit. Dit
betekent dat de compressor in bedrijf
blijft, ongeacht de retourtemperatuur,
zodat de warmtepomp zich op het
nieuwe temperatuurniveau kan
instellen.
Uitgang nominaal (2868)
Instelling van het nominale vermogen
(verwarmingsvermogen)
warmtepomp in kW.
Deze instelling kan nodig zijn in het
geval van cascades met verschillende
typen gen- ratoren.
Als een elektrisch
dompelverwarmingselement in het
warmwateropslagvat is geïnstalleerd,
wordt de warmwaterbereiding
beëindigd en de warmtepomp wordt
onmiddellijk beschikbaar gesteld voor
ruimteverwarming. Als er alleen een
elektrische dompelaar in het debiet is
geïnstalleerd en de parameter
"Elektrische stroom gebruiken" (regel
2880) niet op "Vervangen" is ingesteld,
wordt de warmwaterlading beëindigd.
De compressor blijft gedurende deze
tijd geblokkeerd.
Als er geen elektrisch
dompelverwarmingselement
beschikbaar is, wordt het laden van
het warmwatertoestel afgebroken. Met
de parameter "Aantal warmwaterlaad-
pogingen" (regel 2893) kan worden
ingesteld hoeveel pogingen de
warmtepomp moet doen totdat het
laden van het opslagvat wordt
afgebroken of door een elektrisch
dompelverwarmingselement wordt
beëindigd.
Regel nr.
2868
van
de
2869
Uitgangsbasistrap (2869
Instelling voor het vermogen van het
basisniveau (verwarmingsvermogen) voor
de warmtepomp in kilowatt. De instelling
kan nodig zijn voor cascades van
verschillende producenten.
Opdrachtregel
Nominale uitgang
Uitgang basis trap
49
Als er geen warmtevraag van de
ruimteverwarming is, wordt de
warmtepomp uitgeschakeld. Deze kan
pas na afloop van de minimale
uitschakeltijd ("Compressor off time
min", regel 2843) weer in bedrijf
worden genomen, indien de aanvoer-
of retourtemperatuur (B21/B71) met het
instelbare schakelverschil ("Switching
diff return temp", regel 2840) onder de
verlaagde maximale
uitschakeltemperatuur is gedaald.
Als voor de verlaging een negatieve
waarde wordt ingesteld, wordt de
maximale
uitschakeltemperatuur
verhoogd met de geparametreerde
negatieve vermindering gedurende de tijd
Het warmwater wordt geladen. Als het
debiet
de
uitschakeltemperatuur bereikt, wordt de
warmwaterbereiding afgebroken.
De compressor blijft werken als de
ruimteverwarming om warmte vraagt.
Tijdens de afkoeltijd wordt de
aanvoertemperatuur niet bewaakt. Na
afloop van de bezinktijd wordt de
compressor uitgeschakeld wanneer de
maximale uitschakeltemperatuur
bereikt.
Fabrieksinstelling
20 kW
5 KW
verhoogde
Advertenties
Inhoudsopgave
