De functie "standverwarming"
wordt automatisch uitgeschakeld bij
één van de volgende omstandighe-
den:
– starten van de motor;
– overschrijding van de inschakel-
duur (ongeveer 30 minuten) van de
verwarming en/of de vloeistofpomp;
– verzoek om uitschakeling door de
gebruiker via het commando STOP
op het telematica-infosysteem;
– storing gesignaleerd door de regel-
eenheid van de verwarming;
– gedeeltelijke ontlading van de
accu of defecte dynamo.
Directe werking
De gebruiker kan handmatig de
hulpverwarming in- of uitschakelen.
De hulpverwarming schakelt na 30
minuten automatisch uit, als de ver-
warming niet eerder door de gebrui-
ker is uitgeschakeld.
Als deze functie wordt ingescha-
keld, kan de tijdschakelaar niet wor-
den geprogrammeerd.
Als de gebruiker de directe werking
bij geactiveerde tijdschakeling
inschakelt, wordt de tijdschakelaar
stilgezet en blijft de verwarming
werken. De overgebleven tijd van de
tijdschakelaar opgeteld bij de tijd
dat de directe werking is ingescha-
keld, mag niet meer dan 60 minuten
zijn.
Als de gebruiker bij een bijna lege
brandstoftank de directe werking
inschakelt, wordt de gebruiker op
deze situatie geattendeerd door mid-
del van een bericht. Bovendien
wordt de gebruiker gevraagd de
functie te bevestigen: de verwarming
wordt alleen ingeschakeld als de
gebruiker de functie heeft bevestigd.
Deze procedure wordt ook geacti-
veerd als de brandstoftank in reser-
ve komt tijdens de directe werking.
169