Draag de manchet op dezelfde hoogte als het hart. (Als een
andere hoogte wordt gebruikt, resulteert dit in een fout in de
meetwaarde.)
De recorder reageert op artefact en externe impact. Als er twijfel
bestaat over de meetwaarde, meet u de bloeddruk via
auscultatie of palpatie.
Er kan een meetfout optreden als de manchet ongeschikt is voor
de omvang van de arm van de patiënt.
Blaas de manchet niet op voordat deze rond de arm van de
patiënt is gewikkeld. De manchet kan hierdoor beschadigd
raken of ontploffen.
Bloeddrukmetingen kunnen onderhuidse bloedingen veroorzaken.
Deze onderhuidse bloedingen zijn echter tijdelijk en verdwijnen
vanzelf.
Als de patiënt een hart-longmachine gebruikt, kan de bloeddruk niet
worden gemeten omdat er geen hartslag is.
De bloeddruk kan niet correct worden gemeten als de patiënt dikke
kleding draagt.
De bloeddruk kan niet correct worden gemeten als de kleding is
opgerold en druk uitoefent op de arm.
De bloeddruk kan niet correct worden gemeten als er onvoldoende
perifere doorbloeding is, als de bloeddruk uitzonderlijk laag is of als
de patiënt onderkoeld is (bloedcirculatie is niet voldoende).
De bloeddruk kan niet correct worden gemeten als de patiënt
regelmatig hartritmestoornissen heeft.
De bloeddruk kan niet correct worden gemeten als de maat van de
manchet onjuist is.
De bloeddruk kan niet correct worden gemeten als de manchet niet
op dezelfde hoogte als het hart is geplaatst.
Let op
Opmerking
xii