Appendix
78
Flowmeting met V-Cone sensor
Bij gebruik van V-Cone sensoren zijn de volgende gegevens nodig
• Leidingbinnendiameter
• Diameterverhoudingβ
• Flowcoëfficiënt c
De flowcoëfficiënt kan als vaste waarde of in de vorm van een tabel afhankelijk van het
Reynoldsgetal worden ingevoerd. Zie voor deze gegevens het specificatieblad van de leverancier. De
flow wordt berekend uit de ingangssignalen verschildruk, temperatuur en statische druk conform
ISO 5167 (zie verbeterde methode). De temperatuurinvloed op de V-Cone (waarde leverancier)
wordt bij de invoer van de thermische uitzettingscoëfficiënt van de V-Cone automatisch berekend
(zie boven "Temperatuurinvloed op de leidingbinnendiameter en de diameterverhouding β").
Wanneer niet voldoende data ter beschikking staan, stelt u de DP-transmitter in op volume en
gebruikt u de flowingang in de Energiemanager.
Algemene instructies betreffende de verschildrukmeting
Wanneer alle data van de verschildrukmeetplaats (binnendiameter leiding, ß resp. k-factor)
aanwezig zijn, dan verdient het aanbeveling de verbeterde methode (volledig gecompenseerd
flowberekening) te gebruiken.
Wanneer de benodigde data niet beschikbaar zijn, wordt het uitgangssignaal van de
verschildruktransmitter proportioneel met het volume of de massa uitgestuurd (zie tabel hierna). Let
er echter op dat een signaal dat proportioneel is met de massa niet meer kan worden
gecompenseerd. Stel de DP-transmitter daarom bij voorkeur in op bedrijfsvolume (massa : dichtheid
in ontwerptoestand = bedrijfsvolume). De massaflow wordt dan in het instrument op basis van de
dichtheid in de bedrijfstoestand afhankelijk van de temperatuur en de druk berekend. Hierbij gaat
het om een deels gecompenseerde flowberekening, omdat bij de meting van het bedrijfsvolume de
wortel van de dichtheid in de ontwerptoestand is opgenomen.
Een voorbeeld voor een meetsysteem is opgenomen in de bijlage 'Toepassingen: Stoommassa/
Warmtehoeveelheid'.
Hoe moeten de Energiemanager en de sensor worden ingesteld?
1. traditionele
Geen gegevens van de leidingdiameter en diameterverhouding ß (k-factor bij stuwdruksensor)
methode
beschikbaar.
a) (default)
Wortel van de karakteristiek bijv. 0...1000
3
m
(t)
b)
Karakteristiek lineair bijv. 0...2500 mbar
2. Verbeterde
Leidingdiameter en diameterverhouding ß (k-factor bij stuwdruksensor) bekend.
methode
a) (default)
Karakteristiek lineair bijv. 0...2500 mbar
b)
Wortel van de karakteristiek bijv. 0...1000 m
(t)
Nauwkeurigheid van een luchtflowmeting met een meetflens afhankelijk van de
meetmethode.
Voorbeeld:
Sensor
Flowingang (bedrijfsvolume of massa)
Karakteristiek lineair, bijv. 0...1000 m
Flowingang (bedrijfsvolume of massa)
Wortel van de karakteristiek, bijv. 0...1000 m
(t)
Speciale flow (DP) bijv. meetflens
Karakteristiek lineair bijv. 0...2500 mbar
3
Speciale flow (DP) bijv. meetflens
Karakteristiek kwadrateren bijv. 0...2500 mbar
RMC621
Instrument
3
(t)
3
Endress+Hauser