Pas de onderste koppelingen naar binnen toe aan tot
deze contact maken met de montageplaten van de
machine. Hierdoor wordt de spanning op de pennen
verminderd. Als de tractie-eenheid zwaaikettingen
heeft in plaats van zwaaikoppelingen, moet u ringen
monteren tussen de onderste verbindingsarm en
de lynchpen om de overhangende lading op de
hefpennen te verminderen.
Opmerking:
Raadpleeg de gebruikershandleiding
van de tractie-eenheid voor aanvullende montage-
en instelprocedures.
6
De machine horizontaal
stellen in de breedterichting
Geen onderdelen vereist
Procedure
1.
Parkeer de tractie-eenheid en de machine op
een horizontaal, stevig oppervlak.
2.
Plaats een waterpas bovenop het frame van
de machine om te controleren of deze in de
breedterichting waterpas staat
Figuur 15
1. Waterpas
3.
Indien uw machine hiermee is uitgerust, draait
u de instelknop om de verbindingsarm omhoog
of omlaag te brengen tot de machine in de
breedterichting waterpas staat.
Opmerking:
Raadpleeg de gebruikershandlei-
ding van de tractie-eenheid voor informatie over
aanvullende afstelprocedures.
De rolschraper afstellen
Geen onderdelen vereist
Procedure
Stel de rolschraper zo af dat er ongeveer 1 tot 2 mm
speling is tussen de schraper en de rol.
1.
(Figuur
15).
1. Rolschraper
2.
3.
g007329
De tandenkoppen en de
tanden monteren
Geen onderdelen vereist
Procedure
Er is een breed scala tanden en tandenkoppen
verkrijgbaar voor de machine. Selecteer het type
tanden, de maat en de benodigde afstand voor
het uit te voeren werk. Monteer de tandenkoppen
en tanden volgens de montage-instructies die bij
14
7
Zet de moeren los waarmee de uiteinden van
de schraper bevestigd zijn aan de lip van de
rolschraper
(Figuur
16).
Figuur 16
Schuif de rolschraper in of uit tot de gewenste
stand bereikt is, en draai de moeren vast.
Alleen op de ProCore 864 kunt u de aanslagbout
op de middelste steun afstellen om de juiste
afstand te bekomen.
8
g007330
2. Moer