BELICHTINGSMODI
U kunt kiezen uit vier videomodi:
– Programma-automaat (P)
– Tijdautomaat (A)
– Diafragma-automaat (S)
– Handmatige instelling (M)
Bovendien heeft de cinemodus nog een modus: een geheel hand-
matige.
Aanwijzingen
• Bij gebruik van objectieven met diafragmaring (bijvoorbeeld Lei-
ca M-objectieven) beschikt u uitsluitend over de belichtingsmodi
A (Tijdautomaat) en M (Handmatige instelling). Als diafragma-
waarde wordt in dergelijke gevallen
• Voor alle belichtingsmodi geldt: de instelbare respectievelijk voor
de automatische instelling beschikbare sluitertijden zijn afhanke-
lijk van de gekozen beeldsnelheid (
na 177).
• Als Auto ISO actief is, wordt de dynamische aanpassing van de
ISO-waarde gebruikt voor de belichtingsinstelling. Afhankelijk
van de gekozen belichtingsmodus interageert de automatische
ISO-instelling daarbij met automatisch geregelde diafragma- en /
of sluitertijdinstellingen.
238
FILMEN ▸ BELICHTING
weergegeven.
F0.0
, zie pagi-
Video Resolution
MODUS KIEZEN
Met behulp van het duimwieltje
▸
Duimwieltje indrukken
• De actuele modus verschijnt in het top-display. In de monitor
krijgt de huidige modus een rode markering.
▸
Duimwieltje draaien om de gewenste modus te kiezen
• In het top-display en in de monitor verandert de modusweerga-
ve navenant. De modi kunnen door draaien in beide richtingen
worden bereikt.
• Circa 2 s na de laatste draai van het duimwieltje wordt de gese-
lecteerde modus automatisch ingesteld.
Om de geselecteerde modus onmiddellijk in te stellen
▸
Joystick / duimwieltje indrukken
of
▸
Ontspanner aantikken