Breed:
Stelt automatisch scherp op een onderwerp in alle bereiken van het beeld.
Wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt in de stilstaand-beeldopnamefunctie,
wordt een groen kader afgebeeld rond het gebied dat scherpgesteld is.
Zone:
Selecteer een zone op de monitor waarop u wilt scherpstellen. Een zone bestaat uit negen
scherpstelgebieden en het apparaat selecteert automatisch het scherpstelgebied waarop
wordt scherpgesteld.
Midden:
Stelt automatisch scherp op een onderwerp in het midden van het beeld. Indien gebruikt in
combinatie met de AF-vergrendelingsfunctie, kunt u het gewenste beeld samenstellen.
Flexibel punt:
Maakt het mogelijk om het AF-bereikframe te verplaatsen naar de gewenste plaats op het
scherm en scherp te stellen op een extreem klein onderwerp in een smal gebied.
Op het Flexibel Punt-opnamescherm kunt u de grootte van het AF-bereikzoekerframe
veranderen door het besturingswiel te draaien.
AF-vergrendeling:
Als de ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden, volgt het apparaat het
onderwerp binnen het geselecteerde scherpstelgebied. Wijs met de cursor [AF-
vergrendeling] aan op het [Scherpstelgebied]-instelscherm, en selecteer daarna het
gewenste gebied waar het volgen moet beginnen met de linker-/rechterkant van het
besturingswiel. U kunt het gebied waarin het volgen begint verplaatsen naar het gewenste
punt door het gebied aan te wijzen als het flexibele punt.
Op het Flexibel Punt-opnamescherm kunt u de grootte van het AF-bereikzoekerframe
veranderen door het besturingswiel te draaien.
Opmerking
Wanneer [Scherpstelfunctie] is ingesteld op [Continue AF] en [Scherpstelgebied] is
ingesteld op [Breed] of [Zone], kan het bereikzoekerframe veranderen nadat is
scherpgesteld.
Wanneer [
AF-hulplicht] is ingesteld op [Automatisch] en [Scherpstelgebied] is
ingesteld op [Breed] of [Zone], kan een AF-bereikzoekerframe worden afgebeeld met een
stippellijn.
[56] Hoe te gebruiken
Scherpstellingsvlak-fasedetectie AF
De opnamefuncties gebruiken
Scherpstellen