dit verschijnsel zich voordoet, stelt u [LiveView-weergave] in op [Instelling effect uit]. Als
[LiveView-weergave] is ingesteld op [Instelling effect uit], zal de helderheid van het
opgenomen beeld niet hetzelfde zijn als dat van de weergegeven Live View.
Hint
Wanneer u een flitser van een ander merk gebruikt, zoals een studioflitser, kan Live View-
weergave donker zijn bij bepaalde sluitertijdinstellingen. Als [LiveView-weergave] is
ingesteld op [Instelling effect uit], zal Live View-weergave helderder worden
weergegeven, zodat u de compositie eenvoudig kunt controleren.
[129] Hoe te gebruiken
apparaat instellen
Opn. zonder lens
Stelt in of de sluiter kan worden ontspannen of niet als geen lens is bevestigd.
1. MENU →
Menu-onderdelen
Inschakelen:
De sluiter kan worden ontspannen als geen lens is bevestigd. Selecteer [Inschakelen]
wanneer u het apparaat bevestigt op een sterrentelescoop, enz.
Uitschakelen (standaardinstelling):
Ontspant de sluiter niet als geen lens is bevestigd.
Opmerking
Een juiste lichtmeting is niet mogelijk wanneer u lenzen gebruikt die geen lenscontact
hebben, zoals de lens van een astronomische telescoop. Pas in dergelijke gevallen de
belichting handmatig aan door deze op het vastgelegde beeld te controleren.
[130] Hoe te gebruiken
apparaat instellen
Sup. aut. Bld extract.
Stelt in of alle beelden die continu werden opgenomen in de functie [Superieur automat.]
moeten worden opgeslagen of niet.
De opnamefuncties gebruiken
(Eigen instellingen) → [Opn. zonder lens] → gewenste instelling.
De opnamefuncties gebruiken
De overige functies van dit
De overige functies van dit