Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Netvoedingsconnector En Bedradingstabellen; De Voedingskabel Aansluiten; Montage Van Het Instrument; Interface Aansluitingen - Dräger PointGard 2000 Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Montage en installatie
4.2
Netvoedingsconnector en
bedradingstabellen
Het instrument wordt geleverd met een 3-pins connector voor
aansluiting van een netvoedingskabel. Raadpleeg afbeelding
15 en 16.
Bedradingstabel AC-uitvoering
Pin
Markering
1
L
2
PE
3
N
Bedradingstabel DC-uitvoering
Pin
Markering
1
M / -
2
PE
3
P / +
4.3

De voedingskabel aansluiten

Raadpleeg de uitvouwpagina voor afbeeldingen.
1. Open het instrument.
2. Leid de voedingskabel door de bijbehorende kabelwartel
4.
3. Steek de draden van de voedingskabel in de bijgeleverde
3-pins connector volgens de bedradingstabellen.
– Voor de DC-uitvoering van het instrument:
Als er een niet-afgeschermde kabel wordt gebruikt of
veiligheidsaarde niet is aangesloten, brug dan pin 1 en
pin 2.
4. Haal de schroeven van de connector met het juiste
moment aan (4.4 ... 5.3 Lbs. In. / 0.5 ... 0.6 Nm).
5. Zet de kabelkernen vast met een kabelklem rondom.
6. Steek de voedingsconnector in de bijbehorende
aansluiting.
– Voor DC: Voedingsspanningsaansluiting 16
– Voor AC: Voedingsspanningsaansluiting 15
7. Haal de schroeven met het juiste moment aan (4.4 ... 5.3
Lbs. In. / 0.5 ... 0.6 Nm).
8. Sluit het instrument.
10
4.4
Het instrument kan rechtstreeks worden gemonteerd via de
interne montagegaten of de optionele roestvrijstalen (RVS)
montagebeugels (83 26 497).
Voor montage van het instrument zonder beugels:
1. Prepareer een effen oppervlak zoals aangegeven in de
1
2
3
Functie
4.5
Lijn
4.5.1 Voorbereiding van de interface
Veiligheidsaarde
Neutraal
1. Open het instrument.
2. Verwijder de dome plug uit de betreffende kabelwartel.
Functie
V-
3. Haal de contramoer met het juiste moment aan (13 +/- 4.4
Veiligheidsaarde
4. Strip de isolatie van de draad 5 tot 7 mm af.
V+
5. Gebruik adereindhulzen voor (gevlochten) kabeladers.
6. Ga verder met de juiste volgende stap.
4.5.2 Relaisaansluitingen
De relaisaansluitingen maken activatie van externe
alarmgevers mogelijk.
9-pins connector
Er is een 9-pins connector beschikbaar voor de
relaisbedrading.
Gevaar voor elektrische schok
Spanningsverschillen kunnen isolatiefouten veroorzaken.
► Geen elektrische lasten met verschillend spanningstype
► Bij DC-lasten erop toezien dat via de relaiscontacten
► Bij AC-lasten erop toezien dat de relaiscontacten

Montage van het instrument

montage-instructies (90 33 793) of de afmetingen zoals
aangegeven op de achterkant van de behuizing
– Laat voldoende ruimte vrij voor onderhoudsdoeleinden
en het verwisselen van sensoren:
Aan de linker zijde: 200 mm / 8''
Naar beneden: 180 mm / 7''
– Monteer het instrument met schroeven. Zie voor
aanbevolen schroefeigenschappen
18.1.4 Montageschroeven.

Interface aansluitingen

aansluitingen
– Voor relaisaansluitingen: Kabelwartel 5
– Voor 4-20 mA interface-aansluitingen: Kabelwartel 3
Lbs. In. / 1.5 +/- 0.5 Nm).
Aansluiten van de relais
Aansluiten van de 4-20 mA
interface
WAARSCHUWING
(AC of DC) met elkaar mengen.
uitsluitend apparaten met dezelfde nominale DC-spanning
gestuurd worden (bijv. ≤ 120 V).
uitsluitend met apparaten verbonden zijn, waarmee zij een
fase delen.
Gebruiksaanwijzing
4.5.2 Relaisaansluitingen
4.5.3 4-20 mA interface
|
Dräger PointGard 2000 Series

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Pointgard 2100 ecPointgard 2100 ec remotePointgard 2200 cat remotePointgard 2200 catPointgard 27 0 ir remote seriesPointgard 2700 ir remote ... Toon alles

Inhoudsopgave