Onderhoud
7.
Ruim gebruikte olie op volgens de lokale
reglementen.
NOTA:
Voor verdere informatie over de opruiming
G
van gebruikte olie, raadpleeg uw Yamaha-
dealer.
Vervang de olie vaker wanneer u de motor
G
onder slechte omstandigheden zoals lang-
durig stapvoets varen moet gebruiken.
DMU29111
Controle van de bedrading en
aansluitstukken
Controleer of elke massadraad goed is
G
vastgemaakt.
Controleer of elk aansluitstuk goed is aan-
G
gekoppeld.
DMU29120
Uitlaatlekkage
Start de motor en controleer of er geen uitlaat
lekt uit de verbindingsstukken tussen de het
uitlaatdeksel, de cilinderkop en de lichaamsci-
linder.
DMU29130
Waterlekkage
Start de motor en controleer of er geen water
lekt uit de verbindingsstukken tussen de het
uitlaatdeksel, de cilinderkop en de lichaamsci-
linder.
DMU29140
Motorolielekkage
Controleer de omgeving van de motor op olie-
lekken.
37
NOTA:
Raadpleeg uw Yamaha-dealer als u lekken
hebt gevonden.
DMU29171
De propeller controleren
DWM00321
WAARSCHUWING
U kan ernstig gewond raken als de motor
per ongeluk start wanneer u in de buurt
van de propeller bent.
Haal de bougiedoppen van de bougies
G
alvorens de propeller te controleren, te
verwijderen of te installeren. Zet boven-
dien de schakelinrichting in neutraal, zet
de hoofdschakelaar op "
wijder de sleutel en verwijder de streng
van de motorstopschakelaar. Zet de ac-
cuschakelaar uit als uw boot daarmee is
uitgerust.
Hou de propeller niet met uw hand vast
G
wanneer u de propellermoer los- of vast-
draait. Steek een houten blok tussen de
anticavitatieplaat en de propeller om de
propeller niet te laten draaien.
Controlepunten
Controleer elk van de propellerbladen op
G
slijtage, erosie door cavitatie of ventilatie of
andere schade.
Controleer de propelleras op schade.
G
" (off), ver-