13
Wielen en banden
13.7
176
Bandenspanning
Een te lage bandenspanning leidt tot oververhitting van de band. Dit kan
zware schade in de band tot gevolg hebben.
Regelmatig voor het begin van de rit of iedere 2 weken de bandenspan-
ning controleren. Een verkeerde bandenspanning veroorzaakt overma-
tige slijtage en kan de banden beschadigen of zelfs doen klappen. Het
voertuig kan uit controle raken.
Alleen ventielen gebruiken die voor de voorgeschreven bandenspan-
ning zijn toegelaten.
Bandenspanning alleen controleren bij koude banden.
De draagkracht en daarmee de houdbaarheid van een band hangt direct
samen met de bandenspanning. Lucht is een vluchtig medium, dat onvermij-
delijk ook uit de banden ontsnapt.
Als vuistregel kan ervan uitgegaan worden, dat bij een gevulde band na twee
maanden een spanningsverlies van 0,1 bar optreedt. Om schade of klappen
van de banden te vermijden, de bandenspanning regelmatig controleren.
Afhankelijk van de bandenspanning verandert het draagvlak van de band.
Afb. 223 Draagvlak van de band
De opgaven van de bandenspanningswaarden gelden voor beladen voer-
tuigen bij koude banden.
Bij warme banden moet de spanning rond 0,3 bar hoger zijn dan bij koude
banden. De juiste spanning bij koude banden opnieuw controleren.
Opgave van de spanning in bar.
De spanningstolerantie bedraagt +/- 0,05 bar.
Banden
Techn. toel. tota-
le massa mono-
as (kg)
155/80 R 13 LI79
165/80 R 13 LI83
185 R 14 C LI102
1 Juiste bandenspanning
2 Te lage bandenspanning
3 Te hoge bandenspanning
Techn. toel. tota-
le massa tan-
dem-as (kg)
Tot 700
Tot 700
800
900
Tot 1100
1200
Belcanto/Trecento - 09/10 - Ausgabe 09/09 - 1865263 - BUE-0015-04NL
Bandenspan-
ning (bar)
3,00
2,50
2,75
3,00
3,75
3,75