Bepaalde Stumpjumper-modellen zijn voorzien van een Aluminium Trail-stuurpen.
WAARSCHUWING! De stuurpen is zo ontworpen dat er geen ruimte aan de
bovenste zijde zichtbaar is tussen de behuizing van de stuurpen en de klemplaat.
De bovenste bouten moeten worden aangedraaid zodat de klemplaat tegen de
behuizing van de stuurpen komt te zitten voordat het wordt vastgedraaid. Als de
klemplaat niet tegen de behuizing van de stuurpen zit kan dit structurele schade
aan het stuur veroorzaken.
2.3
Fig. 2.3
Installeer de stuurpen op de stuurbuis, gevolgd door de bovenste kap en bout (A) en draai de
bout van de bovenste kap vervolgens vast.
Breng de stuurpen op één lijn met het voorwiel en draai de achterste stuurpenbouten (B) aan
zoals aangegeven.
2.7. STUURPEN
A
B
2.4
AANDRAAIMOMENT
LOCATIE OMSCHRIJVING
in-lbf
B
Stuurbouten
71
C / D
Klemplaatbouten
53
Fig. 2.4
Draai de stuurpenbouten gelijkmatig aan door de klemplaat en in de behuizing van de stuurpen.
Stel het stuur op de gewenste positie in.
Draai de bovenste bouten geleidelijk aan en afwisselend tussen de linker en rechter bout aan om
de koppel geleidelijk aan te verhogen totdat de vereiste waarde wordt bereikt (C).
Draai de onderste bouten geleidelijk aan en afwisselend tussen de linker en rechter bout aan om
de koppel geleidelijk aan te verhogen totdat de vereiste waarde wordt bereikt (D).
Controleer of het stuur juist is geïnstalleerd door het stuur omhoog en omlaag te draaien en vervolgens
zijdelings te schuiven terwijl het voorwiel wordt vastgehouden. Als er beweging waarneembaar is, is de
stuurpen onvoldoende vastgemaakt en moet deze opnieuw worden aangedraaid.
WAARSCHUWING! Braampjes en scherpe randen kunnen de componenten met een
buitenkant van carbon of aluminium beschadigen. Diepe krassen of gutsen in de
stuurpen of vork kunnen de componenten verzwakken.
OPGELET: Alle randen van de stuurpen die contact maken met de stuurbuis moeten
worden afgerond om eventuele spanningspunten te elimineren.
C
D
GEEN RUIMTE
C
Nm
8
D
RUIMTE
6
4