Het videomenu gebruiken
De functies voor fi lmopnamen worden ingesteld in het
Videomenu.
Optie
Film R
4
Opnamevolume
n AF-modus
n Beeldstab.
n Elek. zoomsnelheid Kies de snelheid waarmee de elektronische zoomlenzen
Videoframesnelheid
Videobitsnelheid
• De werkingsgeluiden van de lens en de camera worden mogelijk opgenomen in een fi lm.
Als u wilt voorkomen dat deze geluiden worden opgenomen, kunt u de werkingsgeluiden
verminderen door de [AF-modus] in te stellen op [S-AF] of [MF].
• Er kan geen geluid worden opgenomen in de modus k (Diorama).
• Wanneer [Film R] is ingesteld op [Uit], wordt O weergegeven.
114 NL
Beschrijving
[Uit]: Films opnemen zonder geluid.
[Aan]: Films opnemen met geluid.
[Aan e]: Films opnemen met geluid; ruisonderdr. wind
ingeschakeld.
Hiermee stelt u de gevoeligheid in van de ingebouwde
microfoon. Stel de gevoeligheid in met FG terwijl u het
piekvolume controleert dat de microfoon tijdens de
laatste paar seconden heeft opgenomen.
Kies de AF-modus voor fi lmopnamen.
Hiermee wordt de beeldstabilisatie ingesteld voor
fi lmopnamen.
in- of uitgezoomd kunnen worden met de zoomring
tijdens fi lmopnamen.
Kies de framesnelheid voor fi lmopnamen.
• Bij het opnemen van fi lms die op een televisie bekeken
zullen worden, moet u een framesnelheid kiezen die
past bij de videostandaard die op het apparaat gebruikt
wordt, omdat de fi lm anders mogelijk niet vloeiend zal
afspelen. Videostandaarden verschillen per land of
regio: sommigen gebruiken NTSC, anderen PAL.
- Als u fi lmt voor vertoning op NTSC-apparaten, kies
dan 60p (30p)
- Als u fi lmt voor vertoning op PAL-apparaten, kies
dan 50p (25p)
Selecteer de compressiefactor voor fi lmopnamen.
Videomenu
Film R
1
Opnamevolume
2
nAF-modus
C-AF
nBeeldstab.
M-IS
nElektr. zoomsn.
Normaal
Videoframesnelheid
Videobitsnelheid
Terug
Instellen
g
57
―
79
87
―
82
82
Aan
±0
30p
Fijn