11.
Schraap dik aangekoekt gras en vuil van
de onderkant van de maaimachine. Spoel
vervolgens de machine schoon met een
tuinslang.
Opmerking:
Laat de machine lopen met de
aftakas ingeschakeld en de motor op hoog
stationair gedurende 2 tot 5 minuten na het
wassen.
12.
Controleer de staat van de maaimessen;
raadpleeg
Onderhoud van de maaimessen
(bladz.
60).
13.
Wanneer de machine langer dan 30 dagen niet
wordt gebruikt, moet deze worden voorbereid op
stalling. De machine wordt als volgt voorbereid
op stalling:
A.
Voeg een stabilizer/conditioner op
aardoliebasis toe aan de brandstof in de
tank. Volg de mengvoorschriften van de
fabrikant van de stabilizer op. Gebruik
geen stabilizer op alcoholbasis (ethanol of
methanol).
Opmerking:
het best als het met verse brandstof wordt
gemengd en altijd wordt gebruikt.
B.
Laat de motor vijf minuten lopen
om de stabilizer/conditioner door het
brandstofsysteem te verspreiden.
C.
Zet de motor af, laat deze afkoelen en laat
de brandstoftank leeglopen.
D.
Motor opnieuw starten en laten lopen totdat
deze afslaat.
E.
U moet brandstof op de juiste wijze
afvoeren. Voer de brandstof af volgens de
plaatselijk geldende voorschriften.
Belangrijk:
stabilizer/conditioner bevat niet langer
dan aanbevolen door de fabrikant van
de stabilizer.
14.
Controleer alle bouten, schroeven en moeren
en draai deze vast. Repareer of vervang
beschadigde delen.
15.
Werk alle krassen en beschadigingen van de lak
bij. Bijwerklak is verkrijgbaar bij een erkende
servicedealer.
16.
Stal de machine in een schone, droge garage
of opslagruimte. Verwijder het sleuteltje uit het
contact en bewaar het buiten het bereik van
kinderen en onbevoegde personen. Dek de
machine af om deze te beschermen en schoon
te houden.
Stabilizer/conditioner werkt
Bewaar brandstof die
67