Samenvatting van Inhoud voor Toro eTimeCutter eMR4275
Pagina 1
Gebruikershandleiding eTimeCutter® eMR4275 zero-turn zitmaaier Modelnr.—Serienummerbereik 75642—400000000 en hoger *3445-800* A 3445-800A Vertaling van het origineel (NL)
Pagina 3
Procedures voorafgaand aan het onderhoud................5–2 Een defecte machine verplaatsen .................... 5–2 De machine opkrikken......................... 5–4 Elektrisch systeem onderhouden ....................5–5 Het accupack klaarmaken voor recycling ................5–5 Het filter van de accubak controleren ..................5–5 Aandrijfsysteem onderhouden ...................... 5–6 De bandenspanning controleren ....................
Als u service, originele onderdelen van Toro of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met de klantenservice van Toro.
Hoofdstuk 2 Veiligheid Waarschuwingen i.v.m. algemene veiligheid WAARSCHUWING – Lees alle veiligheidswaarschuwingen, instructies, afbeeldingen en specificaties die werden meegeleverd met deze machine. Als u nalaat om de waarschuwingen en instructies op te volgen, kan dit leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel. De term 'machine' in de waarschuwingen hieronder verwijst naar uw machine met elektriciteitskabel of met accu (draadloos).
Pagina 6
aardlekschakelaar. Gebruik van een aardlekschakelaar verkleint het risico op elektrische schokken. Veiligheid: Waarschuwingen i.v.m. algemene veiligheid Pagina 2–2 3445-800 A...
Pagina 7
3. Persoonlijke veiligheid A. Blijf alert, let op wat u doet en gebruik uw gezond verstand wanneer u de machine gebruikt. Gebruik de machine niet als u moe bent of onder de invloed van drugs, alcohol, of medicijnen verkeert. Een moment van onoplettendheid tijdens het gebruik van de machine kan ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
Pagina 8
E. Onderhoud de machine en de accessoires. Controleer op slechte uitlijning of vastlopen van bewegende onderdelen, defecte onderdelen en andere factoren die de werking van de machine nadelig kunnen beïnvloeden. In geval van schade dient u de machine te laten herstellen voordat u ze weer in gebruik neemt.
B. Voer nooit onderhoudswerkzaamheden uit aan beschadigde accupacks. Onderhoud van de accupacks mag enkel worden uitgevoerd door de fabrikant of erkende dienstverleners. Veiligheidswaarschuwingen voor de maaier A. Gebruik de maaier niet in slechte weersomstandigheden, vooral wanneer er een kans is op bliksem. Dit verhoogt de kans dat u getroffen wordt door bliksem. B.
Aanvullende veiligheidsinformatie Waarschuwingssymbool Het waarschuwingssymbool in deze handleiding en op de machine geeft belangrijke veiligheidsinformatie aan die u moet opvolgen om ongelukken te voorkomen. G405934 GEVAAR: een direct gevaarlijke situatie die, als deze niet wordt voorkomen, altijd zal leiden tot de dood of ernstig letsel. WAARSCHUWING: een mogelijk gevaarlijke situatie die, als deze niet wordt voorkomen, kan leiden tot de dood of ernstig letsel.
Hellingshoekindicator U mag deze pagina kopiëren voor persoonlijk gebruik. G011841s De maximale hellingshoek waarbij u de machine mag gebruiken is 15 graden. Gebruik het hellingsschema om de hellingshoek te bepalen voordat u de machine bedient. Gebruik de machine niet op hellingen van meer dan 15 graden.
Informatieve en veiligheidsstickers Informatieve en veiligheidsstickers zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. Sticker onderdeel: 130-0731 Waarschuwing – de machine kan voorwerpen uitwerpen; zorg ervoor dat de grasgeleider op zijn plaats zit.
Pagina 13
Sticker onderdeel: 145-3802 s_decal145-3802 Het accupack laadt op. Het accupack is boven of onder het geschikte temperatuurbereik. Het accupack is volledig opgeladen. Laadstoring van accupack. Het opladen van de accu staat op stand-by terwijl andere accu’s worden opgeladen (afhankelijk van de oplaadmodus).
Pagina 14
Sticker onderdeel: 147-0290 Waarschuwing – Sterk licht, kijk niet direct in het licht. decal147-0290 Sticker onderdeel: 147-7614 Aftakas – snel Tractieaandrijving – snel Aftakas – langzaam Tractieaandrijving – langzaam decal147-7614 Sticker onderdeel: 147-7615 Gevaar op weggeslingerde objecten – Houd omstanders op een afstand.
Pagina 15
Sticker onderdeel: 147-7616 decal147-7616 Opmerking: Deze machine voldoet aan de tests die de statische breedte- en lengtestabiliteit meten en die standaard zijn in de sector. De maximale aanbevolen hellingshoek wordt vermeld op de sticker. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de machine op hellingen in de Gebruikershandleiding en de omstandigheden waarin u de machine zou gebruiken om na te gaan of u de machine op een bepaalde dag en op het terrein in kwestie kunt gebruiken.
Pagina 16
Sticker onderdeel: 147-7620 Snel Langzaam Vrijstand Achteruit Tractiebediening decal147-7620 Sticker onderdeel: 147-7621 Lees de Gebruikershandleiding. Volledige werking Beperkte werking Geen werking/zeer beperkte werking decal147-7621 Veiligheid: Informatieve en veiligheidsstickers Pagina 2–12 3445-800 A...
Bedieningspaneel Zorg dat u vertrouwd bent met alle bedieningsorganen voordat u de machine start en gebruikt. Schakelaar voor mestoerental Schakelaar voor tractiesnelheid Gegevensdisplay Aftakasschakelaar Contactschakelaar G427498 Contactschakelaar Gebruik het contactsleuteltje om de machine A of U te zetten. Draai het contactsleuteltje voorbij de stand A en start de machine.
Schakelaar voor mestoerental Gebruik de schakelaar voor het mestoerental om een hoger of lager toerental te kiezen. Opmerking: Gebruik de stand S voor de beste maaiprestaties, gebruik de stand T voor RAAG minder energieverbruik. G428591 Maaimesschakelaar (aftakas) Met de maaimesschakelaar, aangeduid met het aftakassymbool, schakelt u de aandrijving naar de maaimessen in of uit.
Pagina 20
Gegevensdisplay (vervolg) Displayicoon De accutemperatuur is te De bestuurder zit niet op hoog. de bestuurdersstoel. De messchakelaar De accubelasting is te (aftakas) is ingeschakeld. groot. De messchakelaar (aftakas) is ingeschakeld, maar de machine 'Limp’ modus is actief. verhindert dat de messen draaien.
Parkeerrem Als u de machine uitschakelt, moet u de parkeerrem in werking stellen om te voorkomen dat de machine per ongeluk in beweging komt. U kunt de parkeerrem gebruiken om de machine in noodsituaties te stoppen of wanneer een machinefout de tractiebediening uitschakelt. G428514 Rijhendels De rijhendels worden gebruikt om de motor vooruit en achteruit te laten rijden en om...
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Machine Maaibreedte 107 cm Breedte met grasgeleider omlaag 136 cm Breedte met grasgeleider omlaag 116 cm Lengte 185 cm Hoogte 114 cm Gewicht 250 kg Meegeleverde accupacks Model 68810 Aantal meegeleverd met de machine 10,0 Ah Capaciteit van accupack...
Compatibele acculaders Model 81802 81805 81801 Type 60 V MAX 60 V MAX snelle 60 V MAX lithiumionacculader lithiumionacculader lithiumionacculader Input 100 tot 240 V AC 100 tot 240V AC ~5,0 220 tot 240V AC ~2,0A, 50/60 Hz A, 50/60 Hz ~2,0A, 50-60 Hz Output 60 V gelijkstroom...
Pagina 24
Een selectie van door Toro goedgekeurde werktuigen en accessoires is verkrijgbaar voor gebruik met de machine om de mogelijkheden daarvan te verbeteren en uit te breiden. Neem contact op met een erkende servicedealer of een erkende Toro distributeur, of ga naar www.Toro.com...
• Gebruik alleen door Toro goedgekeurde accessoires en werktuigen. • Vervoer geen passagiers op de machine en houd omstanders en huisdieren weg van de machine terwijl deze wordt gebruikt.
De accupacks monteren Elk Flex-Force Power System® accu kan worden gebruikt met de machine. Monteer minstens 3 volledig opgeladen accu’s, met 4 Ah of meer, voor de beste maaiprestaties. Twee of minder accu’s of accu’s met een lagere stroomsterkte leveren mogelijk alleen genoeg stroom om met de machine te rijden.
Veiligheidssysteem Het veiligheidssysteem is ontworpen om te voorkomen dat de machine rijdt of de messen inschakelt tenzij de parkeerrem is uitgeschakeld: Het is ook ontworpen om de messen uit te schakelen wanneer u opstaat uit de stoel. WAARSCHUWING Niet-aangesloten of beschadigde interlockschakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine.
Veiligheidssysteem (vervolg) G447274 6. Schakel de messchakelaar uit. 7. Zorg ervoor dat de parkeerrem ingeschakeld is en zet de rijhendels langzaam naar voren. De machine mag niet bewegen en het gegevensdisplay mag het volgende icoon niet tonen. G427902 8. Schakel de machine uit en verwijder het contactsleuteltje. De bestuurdersstoel instellen G451798 De hoogte van de rijhendel afstellen...
De hoek van de rijhendel afstellen U kunt de hoek van de rijhendels naar voren of achteren afstellen, voor meer comfort. 1. Maak de bovenste bout los. 2. Draai de onderste bout los totdat u de rijhendels naar voren of naar achteren kunt bewegen.
Zijuitworp gebruiken Plaats de bevestigingen in dezelfde openingen in het maaidek als waar deze oorspronkelijk uit verwijderd zijn. Hierdoor voorkomt u dat er openingen niet afgedekt zijn wanneer u het maaidek gebruikt. WAARSCHUWING Het maaidek kan voorwerpen uitwerpen uit niet-afgedichte openingen, waardoor u en anderen letsel kunnen oplopen.
Zijuitworp gebruiken (vervolg) G468164 Bestaande slotbout – 5/16" x ¾" Nieuwe zeskantbout – 5/16" x ¾" (2) Bestaande moer – 5/16" (3) 7. Verwijder de 2 kickerplaten en monteer de bevestigingen in de niet-afgedichte openingen. G468337 Zelftappende bout – 5/16" x ¾" Kickerplaat (2) 8.
Tijdens de werking Veiligheid tijdens het werk • Verzeker, voordat u de machine start, dat alle aandrijvingen op neutraal staan. • Blijf uit de buurt van gaten, bandensporen, stenen en andere verborgen gevaren. Wees voorzichtig bij het naderen van blinde hoeken, struiken, bomen, hoog gras en andere objecten die obstakels kunnen verbergen of het zicht verminderen.
Veiligheid tijdens het werk (vervolg) Veilige zone – Gebruik de machine in deze zone op hellingen van minder dan 15° of vlakke gebieden. Gevarenzone – Gebruik een loopmaaier en/of een handtrimmer op hellingen van meer dan 15° en in de buurt van steile hellingen of water.
De machine afzetten OPGELET Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd staat. Verwijder altijd het sleuteltje en stel de parkeerrem in werking wanneer u de machine onbeheerd achterlaat. 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. 2.
Met de machine rijden OPGELET Als de ene hendel te ver voor de andere staat zal de machine snel ronddraaien. Daardoor kunt u de beheersing over machine verliezen, wat kan leiden tot letsel aan u, of beschadiging van de machine. Verminder de snelheid van de machine voordat u een scherpe bocht maakt.
Met de machine rijden (vervolg) 2. Beweeg de rijhendels langzaam naar voren of naar achteren. Zet 1 hendel verder dan de andere hendel om te draaien. Opmerking: Hoe verder u de rijhendels in een richting beweegt, des te sneller de machine in die richting rijdt.
De messchakelaar (aftakas) bedienen GEVAAR De draaiende messen onder het maaidek zijn gevaarlijk. Het aanraken van de messen zal leiden tot ernstig of dodelijk letsel. Als de maaimessen zijn ingeschakeld mogen uw handen of voeten niet onder de maaier of de maaidekken komen. GEVAAR Een open uitwerpopening kan objecten naar u en mensen in de buurt werpen.
Zijuitworp De scharnierende grasgeleider voert het maaisel zijwaarts en omlaag naar het gazon. GEVAAR Zonder gemonteerde grasgeleider, uitworpafsluiter of complete grasvanger kunnen u of omstanders in aanraking komen met het maaimes of uitgeworpen voorwerpen. Contact met het draaiende maaimes en uitgeworpen voorwerpen kan lichamelijk of dodelijk letsel veroorzaken.
Antiscalpeerrollen afstellen Als u de maaihoogte wijzigt, stel dan de hoogte van de antiscalpeerrollen in. 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. 2. Schakel de machine uit, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Tips voor bediening en gebruik (vervolg) Maaifrequentie Het tempo waarmee het gras groeit, varieert per jaargetijde. Om dezelfde maaihoogte te behouden, moet u in het vroege voorjaar vaker maaien. Als de groeisnelheid in de zomer afneemt, maait u minder vaak. Als u langere tijd niet hebt kunnen maaien, maait u eerst op een hoge maaihoogte.
Na de werking Veiligheid na het werk • Schakel de aftakas uit wanneer u de machine transporteert of niet gebruikt. • Gebruik een oprijplaat van volledige breedte bij het laden van de machine op een aanhanger of vrachtwagen. • Zet de machine goed vast met spanbanden, kettingen, kabels of touwen. Zowel de voorste als de achterste spanband moet naar beneden en naar de buitenkant van de machine lopen.
De accupacks opladen (vervolg) Holte van accupack Ventilatieopeningen Contacten van accupack Knop van indicator van accuspanning Ledindicators (ladingstoestand) Handgreep Accuoplader G448708 2. Lijn de holte in het accupack uit met de koppeling op de lader. 3. Schuif het accupack in de lader tot het volledig op zijn plaats zit. 4.
Pagina 44
De accupacks opladen (vervolg) • Parallelle oplaadmodus (modus B): alle aangesloten accupacks worden achtereenvolgens tot hetzelfde niveau opgeladen. Hierdoor worden alle aangesloten accu’s gelijkmatig opgeladen. BELANGRIJK Gaat u een machine met korte tussenperiodes verschillende keren gebruiken, dan kunt u de accu in de lader laten zitten. Als u de accu lange tijd niet gaat gebruiken, haal de accu dan uit de lader.
De machine transporteren Gebruik een aanhanger of vrachtwagen voor zwaar vervoer om de machine te transporteren. Gebruik altijd een oprijplaat over de volledige breedte. Zorg ervoor dat de aanhanger of vrachtwagen is voorzien van alle benodigde remmen, verlichting en aanduidingen die wettelijk vereist zijn. Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies. Met behulp van deze informatie kunt u voorkomen dat omstanders of uzelf letsel oplopen.
De machine transporteren (vervolg) Oprijplaat of oprijplaten over volledige breedte in opslagstand. Zijaanzicht van oprijplaat over volledige breedte in laadstand Niet groter dan 15 graden De hellingbaan is minstens 4 keer zo lang als de afstand van de aanhangwagen of de laadbak tot de grond H = Afstand van de aanhanger of laadbak tot de grond...
De machine transporteren (vervolg) 3. Laat de oprijplaat zakken; zorg dat de hellingshoek tussen de oprijplaat en de grond niet groter is dan 15 graden. 4. Rij de machine achteruit op de oprijplaat. 5. Zet de machine uit, verwijder het sleuteltje en stel de parkeerrem in werking.
Ongeoorloofde wijzigingen van de originele machine en/of het gebruiken van andere dan de originele Toro onderdelen kunnen leiden tot ernstig letsel of de dood. • Maak geen ongeoorloofde wijzigingen van de machine, onderdelen en/of accessoires.
Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoud Onderhoudsprocedure Onderhoudsinter- Na de eerste 50 Controleer het koppel van de moer. bedrijfsuren Controleer het veiligheidssysteem. Voor elk gebruik of Controleer de maaimessen. dagelijks Controleer de grasgeleider op schade. Na elk gebruik Verwijder al het gras en vuil van de machine. Controleer de bandenspanning.
De machine opkrikken Plaats de machine op assteunen wanneer u ze omhoogbrengt. WAARSCHUWING De machine ondersteunen op de transaxle of motor kan deze beschadigen en kan de machine doen vallen, waardoor u en omstanders letsel kunnen oplopen. Gebruik de transaxle of motor niet om de machine te ondersteunen of op te tillen. G454948 3445-800A Pagina 5–4...
Elektrisch systeem onderhouden Het accupack klaarmaken voor recycling BELANGRIJK Neem het accupack van het gereedschap en bedek de contacten met stevig plakband. Probeer niet om het accupack te vernietigen of te demonteren, of onderdelen ervan te verwijderen. Lithiumionaccupacks met het Call2Recycle-zegel kunnen worden gerecycled bij elke deelnemende retailer of accurecyclingfaciliteit aan het Call2Recycle-programma (alleen VS en Canada).
Aandrijfsysteem onderhouden De bandenspanning controleren Zorg ervoor dat de voor- en achterbanden de voorgeschreven spanning hebben. Een ongelijke bandenspanning kan leiden tot onregelmatige maairesultaten. Controleer de bandenspanning bij het ventiel wanneer de banden koud zijn om de meest accurate meting te verkrijgen.
De sporing afstellen (vervolg) G447992 5. Zet de stoel omlaag. 6. Start de machine en rijd vooruit op een vlakke, horizontale ondergrond met beide rijhendels volledig naar voren om te controleren of de machine recht rijdt. Herhaal deze procedure als dit nodig is. Onderhoud: Aandrijfsysteem onderhouden Pagina 5–7 3445-800 A...
Het maaidek onderhouden Maaimessen onderhouden Om een goed maairesultaat te verkrijgen, moet u de maaimessen scherp houden. Om het slijpen en vervangen te vergemakkelijken, is het handig extra messen in voorraad te hebben. Vervang messen die een vast voorwerp hebben geraakt of uit balans of krom zijn. Vóór controle en onderhoud van de maaimessen 1.
Maaimessen onderhouden (vervolg) Vorige gemeten mesrand Tegenoverliggende mesrand G447261 5. Meet vanaf het uiteinde van het mes tot het egale oppervlak. Mes, in meetstand Vlakke ondergrond Gemeten afstand tussen mes en de ondergrond (B) G447260 6. Als het verschil tussen A en B groter is dan 3 mm, vervang dan het mes. Opmerking: Als u het mes vervangt en het verschil blijft groter dan 3 mm, dan kan de mesmotoras verbogen zijn.
WAARSCHUWING Als een machine wordt gebruikt na onjuiste montage van de meseenheid en/of het gebruiken van messen en bevestigingsmiddelen die niet van Toro zijn, kan een mes (onderdeel) uit het maaidek worden geworpen, wat ernstig of fataal letsel kan veroorzaken.
Maaidek horizontaal stellen Controleer of het maaidek horizontaal staat telkens wanneer u het maaidek installeert of wanneer u een ongelijke maaiplek in uw gras ziet. Het maaidek voorbereiden op waterpas stellen 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
Pagina 59
Maaidek horizontaal stellen (vervolg) 3. Plaats 1 blad van voor naar achter. 4. Meet bij punten de afstand tussen een horizontaal oppervlak en de snijranden van de maaimessen De rand van het voorste mes moet 1,6 tot 7,9 mm lager staan dan de rand van het achterste mes.
Pagina 60
Maaidek horizontaal stellen (vervolg) G448682 Blok – 7,3 cm Blok – 6,6 cm 4. Plaats 2 blokjes met een dikte van 7,3 cm onder elke kant van de achterste rand van de maaikast. 5. Stel het niveau van de breedterichting af indien nodig: A.
Pagina 61
Maaidek horizontaal stellen (vervolg) B. Draai de maaihoogteplaat naar een andere opening zodat deze het gewicht van het maaidek ondersteunt nadat u de plaat hebt geïnstalleerd. G448681 C. Monteer de ring en de R-pen. D. Herhaal deze afstelling aan de andere zijde van de machine. E.
Pagina 62
Onderhoud: Het maaidek onderhouden Pagina 5–15 3445-800 A...
Onderhoud van de rem De parkeerrem testen 1. Start de machine. 2. Rij langzaam vooruit op een vlakke ondergrond en stel de parkeerrem in werking terwijl u rijdt. 3. Controleer of de machine stopt met bewegen en het parkeerremicoon verschijnt op het gegevensdisplay.
Reinigen De onderkant van het maaidek reinigen Nadat u de maaimachine heeft gebruikt, moet u de onderkant van het maaidek telkens wassen om te voorkomen dat er zich gras verzamelt. Hierdoor wordt gras beter fijn gemaakt en het maaisel beter verstrooid. BELANGRIJK Gebruik geen water om het maaidek te reinigen, anders kunt u de elektrische motoren beschadigen.
Hoofdstuk 6 Stalling De machine stallen Sla de machine, het accupack en de lader alleen op bij temperaturen die binnen het gepaste temperatuurbereik liggen; zie Specificaties, page 3–6. 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking.
Hoofdstuk 7 Problemen oplossen Problemen van de machine oplossen De machine trilt abnormaal Mogelijke oorzaak Corrigerende maatregel Het maaimes (de maaimessen) is (zijn) Nieuwe maaimes(sen) monteren. verbogen of niet in balans. De bevestigingsbout van het maaimes zit De bevestigingsbout van het maaimes los.
Messen draaien niet. Mogelijke oorzaak Corrigerende maatregel De maaimesschakelaar is defect. Neem contact op met een erkende servicedealer. Problemen oplossen van accu en lader Het accusysteem verliest snel de lading. Mogelijke oorzaak Corrigerende maatregel Het accusysteem is boven of onder het Verplaats de machine naar een locatie waar geschikte temperatuurbereik.
Pagina 68
De acculader werkt niet. Mogelijke oorzaak Corrigerende maatregel De acculader is boven of onder het Koppel de acculader af en verplaats hem geschikte temperatuurbereik. naar een locatie waar het droog is en de temperatuur tussen het bereik ligt dat wordt aangegeven in de specificaties.
Het gereedschap loopt niet of niet continu. Mogelijke oorzaak Corrigerende maatregel Er zit vocht op de kabels van het accupack. Laat het accupack drogen of veeg het droog. De accu is niet volledig gemonteerd in het Verwijder de accu en vervang vervolgens gereedschap.
systeem Laatste 3 cijfers van het serienummer van de controller Foutcode G460280 Identificeer het systeem van de fout aan de hand van de eerste 2 cijfers van de code en de eerste tabel, en identificeer vervolgens de fout aan de hand van de laatste 2 cijfers van de code en de tabel van het juiste systeem.
Fouten Energiebeheerunit (Power management unit of PMU) (vervolg) 2 laatste Omschrijving fout Corrigerende maatregel cijfers van code Als de problemen aanhouden, moet u de accu vervangen en contact opnemen met een erkende servicedealer. Zorg dat de accu goed is geplaatst. Verwijder de accu en laad ze op.
Pagina 72
Fouten Energiebeheerunit (Power management unit of PMU) (vervolg) 2 laatste Omschrijving fout Corrigerende maatregel cijfers van code oxide-semiconductor of MOS) in de PMU. Schakel de machine uit en laat ze afkoelen voordat u ze opnieuw start. Een motorremonderdeel is te heet. 60-XXX-79 Gebruik de machine in het geschikte temperatuurbereik.
Fouten van de primaire controller (vervolg) Code Omschrijving fout Corrigerende maatregel Er is geen CAN-signaal voor de Controleer op loszittende 80-XXX-10 mescontroller (raadpleeg het aansluitingen. Als de problemen serienummer om de locatie te aanhouden, moet u contact opnemen bepalen). met een erkende servicedealer. Er is geen CAN-signaal voor de Controleer op loszittende 80-XXX-11...
Fouten van de tractie/mesmotorcontroller (vervolg) Code Omschrijving fout Corrigerende maatregel 85-XXX-01 81-XXX-02 82-XXX-02 Neem contact op met een erkende De controller is abnormaal gestart. 83-XXX-02 servicedealer. 84-XXX-02 85-XXX-02 81-XXX-07 82-XXX-07 Verwijder eventuele obstructies. Als de problemen aanhouden, moet u contact De motorrotor is geblokkeerd.
Pagina 75
Fouten van de tractie/mesmotorcontroller (vervolg) Code Omschrijving fout Corrigerende maatregel 82-XXX-19 83-XXX-19 84-XXX-19 85-XXX-19 81-XXX-20 82-XXX-20 Er is een fout opgetreden in een Neem contact op met een erkende onderdeel van het gate driver 83-XXX-20 servicedealer. integrated circuit (IC). 84-XXX-20 85-XXX-20 81-XXX-21 82-XXX-21...
Pagina 76
Fouten van de tractie/mesmotorcontroller (vervolg) Code Omschrijving fout Corrigerende maatregel 84-XXX-27 85-XXX-27 81-XXX-28 82-XXX-28 Er is een fout opgetreden bij de Neem contact op met een erkende 83-XXX-28 validatie van flashgegevens. servicedealer. 84-XXX-28 85-XXX-28 81-XXX-29 82-XXX-29 Er is een niet-maskeerbare interrupt- Neem contact op met een erkende 83-XXX-29 fout van de MCU.