BAND OPPOMPEN
-
Venryijder
de dop
van
de
bandenvulaan-
slu
iting.
-
Sluit
de bandenvulslang
aan.
Pomp de banden op.
De
motor moet
hier-
bij
draaien
en de
voorraaddruk
moet
maximaal
zijn.
Opmerking
Via
de bandenvulaansluiting
kan
het
gehele
luchtdruksysteem
van buitenaf met
lucht
worden gevuld.
Let er
daarbij
op
dat
de
druk
in het systeem niet
hoger
oploopt dan
8,1
bar.
LUCHTVERINGLEKKAGE
Als
een veerbalg
defect
raakt, moet de
toe-
voerleiding
naar
beide balgen
op
dezelfde
as worden losgemaakt. De
toevoerleiding
moet
bovendien
worden afgesloten
om
te
voorkomen dat een groot deel
van
de lucht-
voorraad, die ook
nodig
is
voor de
remmen,
ontwijkt. Als het voertuig is uitgerust
met
een
bedieningskraan,
kan
de lucht uit
de
balgen worden gelaten
door
de kraan in
de
stand 'chassis zakt'
te
plaatsen.
H
ierna
moet de
kraan in de
stand 'chassis zakt niet
verder' worden
gezet.
AANSLEPEN
Als
het
voertuig moet
worden gesleept
om
de motor te starten, moet de
contactsleutel
rechtsom
in de stand B van het start/con-
tactslot
worden
gedraaid.
(Zie
het
hoofdstuk'BEDIENINGSORGA-
NEN
EN INSTRUMENTEN.')
SLEPEN
-
Gebruik
voor
het
slepen
altijd
een
sleepstang.
Slechts
in
noodgevallen
mag hiervan
worden afgeweken;
houd de
rijsnelheid
in
een
dergelijk geval
op
maximaal
40 km/h.
-
Om schade aan de versnellingsbak
te
voorkomen,
moet de aandrijfas
bij
het
d
ifferentieel worden losgemaakt.
-
7et de
parkeerrem
vrij als
de
druk in
de
luchtketels onvoldoende
is
(Zie
de
be-
treffende
rubriek).
Bij schade
aan
het differentieel:
-
Takel het voertuig
aan
de achterzijde op
en
vergrendel het stuurwiel.
Ook kan aan beide
zijden
de
steekas
wor-
den
venruijderd.
73