Servicehandleiding
Probleem – De warmtepomp verbruikt te veel energie
Oorzaak
1. Vuilzeef van verwarmingssysteem
verstopt.
2. De compressor kan niet draaien
vanwege een alarm.
3. Onjuiste flow over warme zijde
warmtepomp.
4. Onjuiste flow in brinecircuit.
5. De regelcomputer van de warm-
tepomp is niet ingesteld/afgesteld
volgens de behoeften/wensen van
de klant.
6. Het interval voor doorverwarmen
is gewijzigd in een lagere waarde
dan de fabrieksinstelling. Dit leidt
ertoe dat de warmtepomp vaker
dan berekend zal overgaan op
doorverwarming.
7. De warmtepomp is gestopt van-
wege HOOG RETOUR.
Danfoss Heating Solutions
Warmtepompen voor woningen
Oplossen van storingen
Controleer of de vuilzeef niet verstopt zit.
Controleer welk alarm er op de display wordt aan-
gegeven.
Voer een controlemeting uit om te kijken wat het
verschil is tussen de aanvoerleiding en de retourlei-
ding van de warmtepomp (Δt). Het verschil moet
circa 7-10 °C bedragen (kan variëren afhankelijk
van het koudemiddel). Een lagere Δt resulteert in
lager rendement van de warmtepomp.
Voer een controlemeting uit om te kijken wat het
verschil is tussen de aanvoerleiding en de retourlei-
ding (Δt). Het verschil mag niet meer dan 4 °C be-
dragen. Een hogere Δt resulteert in een lager ren-
dement van de warmtepomp.
Controleer de instellingen voor KAMER en STOOK-
LIJN en MIN.
Controleer welk interval in de regelcomputer is in-
gesteld voor doorverwarming (zie de handleiding
voor het betreffende model).
▪ Controleer welke waarde is ingesteld voor
MAX RETOUR in de regelcomputer van de
warmtepomp. Deze moet worden afgesteld
op de maximale aanvoertemperatuur van de
installatie en het temperatuurverschil van het
systeem, zodat er niet wordt onderbroken bij
een te hoge retourtemperatuur als de hoog-
ste aanvoertemperatuur wordt verzonden.
▪ Controleer wat de retourleidingsensor aan-
geeft. Is het een aannemelijke/correcte waar-
de? Als dat niet het geval is, voert u een weer-
standsmeting uit voor de sensoren en contro-
leert u de meetwaarden aan de hand van de
weerstandstabel in het hoofdstuk Meetpun-
ten.
Oplossing
Maak indien nodig de vuilzeef schoon.
Verhelp het probleem en reset het alarm.
Zie Bedrijfsprobleem - Alarm.
Stel het systeem zo af dat de juiste Δt wordt
verkregen.
Als het verschil groter is dan 4 °C, onder-
zoekt u wat de oorzaak hiervan is. Bijvoor-
beeld: vuil in het filter, stroombelemmerin-
gen in het systeem, systeem met grote
drukval.
Pas onjuiste waarden in de regelcomputer
van de warmtepomp aan. KAMER = gewen-
ste binnentemperatuur. STOOKLIJN = moet
zijn ingesteld om de gewenste binnentem-
peratuur (KAMER) te handhaven, ongeacht
de buitentemperatuur. MIN = laagste in-
stelwaarde voor de aanvoerleiding, onge-
acht de buitentemperatuur.
Als het interval tussen de doorverwarm-
beurten kleiner is, is dat de reden waarom
de installatie meer stroom verbruikt dan
berekend. Het is echter niet zeker dat het
interval kan worden vergroot, er kan im-
mers een reden zijn voor de wijziging.
Als de waarde voor MAX RETOUR niet is af-
gesteld op het systeem volgens het vak
voor het lokaliseren van de storing, stelt u
deze af. Als de sensor defect is, vervangt u
hem.
VIGFI210
31