Servicehandleiding
Oorzaak
12. Capaciteit verwarmingssysteem
te klein.
13. Veranderde omstandigheden.
Is de behoefte aan verwarming
en/of warm water veranderd?
Probleem – Te heet
Oorzaak
1. De regelcomputer van de warm-
tepomp is niet ingesteld/afgesteld
volgens de behoeften/wensen van
de klant.
2. Sensorstoring, BUITEN/KAMER/
AANV.LEIDING.
3. Defecte motor driewegklep.
De motor moet de klep in de juiste
eindstand zetten, op basis van de
bedrijfsomstandigheden. Als dat
niet gebeurt, wordt er warm water
vanuit de boiler vermengd met het
radiatorwater.
4. Driewegklepelement loopt aan.
Als het inzetelement niet goed af-
dicht, wordt er warm water vanuit
de boiler vermengd met het radia-
torwater.
26
Warmtepompen voor woningen
Oplossen van storingen
Controleer het aanwezige verwarmingssysteem.
Wat is het nominale uitgangsvermogen bij welke
aanvoertemperatuur?
Welk uitgangsvermogen is nodig om de kamer
warm te houden?
▪ Als de capaciteit van de warmtepomp is afge-
stemd op een bepaalde vraag en deze vraag
neemt toe, volstaat de warmtepomp mogelijk
niet om de gewenste kamertemperatuur te
handhaven.
▪ Als het warmwaterverbruik stijgt, gaat er meer
tijd zitten in het produceren van warm water,
wat betekent dat er minder tijd is voor de pro-
ductie van warmte (geldt alleen voor systeem-
oplossing 1).
Oplossen van storingen
Controleer de instellingen voor KAMER en STOOK-
LIJN en MIN.
Controleer wat de betreffende sensor aangeeft. Is
het een aannemelijke/correcte waarde?
Meet de weerstand van de sensor en controleer
aan de hand van de weerstandstabel. Zie het
hoofdstuk Meetpunten.
Controleer de werking van de driewegklepmotor
door handmatig proefdraaien. Als de motor de mo-
dus niet verandert bij handmatig proefdraaien,
controleert u of de motor spanning krijgt (zie be-
dradingsschema).
Verwijder de motor en test of u met de hand de
klep kunt sluiten en openen door de regelarm in te
drukken.
VIGFI210
Oplossing
Als de capaciteit van het verwarmingssys-
teem is afgestemd op een hogere aanvoer-
temperatuur dan de warmtepomp kan le-
veren, moet dit worden aangepast door bij-
voorbeeld het warmteafgevende oppervlak
te vergroten.
Als de kamer een grotere opbrengst nodig
heeft dan het verwarmingssysteem kan af-
geven, moet het verwarmingssysteem wor-
den uitgebreid.
Als de warmtepomp niet kan voorzien in de
vraag, vervangt u deze door een pomp met
een grotere opbrengst of plaatst u ter aan-
vulling een bijverwarming met groter uit-
gangsvermogen.
Oplossing
Pas onjuiste waarden in de regelcomputer
van de warmtepomp aan.
KAMER = gewenste binnentemperatuur.
STOOKLIJN = moet zijn ingesteld om de ge-
wenste binnentemperatuur (KAMER) te
handhaven, onafhankelijk van de buiten-
temperatuur.
MIN = laagste instelwaarde voor de aan-
voerleiding, ongeacht de buitentempera-
tuur.
Als de sensor defect is, vervangt u hem.
Krijgt de motor in beide bedrijfsmodi span-
ning volgens het bedradingsschema?
MANUEEL TEST – VXV WARM WATER
0 = radiatormodus, arm van de klep af.
1= warmwatermodus, arm naar de klep toe.
Als de motor spanning krijgt maar de arm
niet van stand verandert, vervangt u deze.
Aanlopend inzetelement verwijderen en
reinigen of vervangen door een nieuw.
Danfoss Heating Solutions