WERKING VAN HET
KANTELSYSTEEM
KANTELVERGRENDELING
De motor wordt automatisch vergrendeld wan-
neer u de achteruitstand inschakelt. Hierdoor
wordt voorkomen dat de motor als gevolg van
de stuwkracht omhoog kantelt.
V WAARSCHUWING
De kantelvergrendeling werkt niet als de
motor in de stand voor ondiep water staat. Dit
betekent dat bijvoorbeeld door stuwkrachten
die ontstaan tijdens het achteruitvaren, door
snel decelereren of wanneer het staartstuk
een obstakel raakt, de motor spontaan kan
kantelen met letsel tot gevolg.
Bij gebruik van de stand voor ondiep water
moet u daarom goed opletten en uitsluitend
langzaam varen.
16
HENDEL KANTELVERGRENDELING
Met de hendel van de kantelvergrendeling kan
de motor in de hoogste kantelstand vergrendeld
worden of in de stand voor ondiep water gezet
worden.
HOOGSTE KANTELSTAND
Kantel de motor als volgt volledig omhoog:
V WAARSCHUWING
Als u bij het kantelen van de motor uw handen
in de buurt van de kantelsteun of onder de
motor houdt, kunnen uw handen bekneld
raken als de motor uit uw handen zou glijden.
Houd uw handen nooit in de buurt van de kan-
telsteun of onder de motor wanneer u deze
kantelt.
1. Zet de motor in de neutraalstand.
2. Draai het brandstofkraantje naar rechts (in
de dichte stand) en draai de ontluchtings-
schroef van de brandstofvuldop aan.