Onderhoud
Onderhoud
Spoelen
• Spoel vóór het verwisselen van vloeistoffen,
voordat de vloeistof kan indrogen in het apparaat,
aan het einde van de dag, vóór opslag en voordat
u de apparatuur gaat repareren.
• Spoel op de laagst mogelijke druk. Controleer de
koppelstukken op lekken en draai ze aan indien
nodig.
• Spoel met een vloeistof die compatibel is met
de vloeistof die u afgeeft en met de bevochtigde
onderdelen in uw systeem.
Ter voorkoming van brand, explosies en elektrische
schokken:
• Schakel de ES aan-uitschakelaar UIT (O) vóór
het doorspoelen van het pistool.
• Apparatuur en afvalcontainers moeten altijd
geaard zijn.
• Spoel de apparatuur alleen in een goed
geventileerde ruimte.
• Gebruik alleen doorspoelmaterialen van Groep
IIA. Niet-ontvlambare vloeistoffen hebben de
voorkeur.
• Spoel altijd bij een zo laag mogelijke druk, om
statische vonken en letsel door opspattende
vloeistof te voorkomen.
LET OP
Methyleenchloride wordt afgeraden als spoel- of
reinigingsvloeistof voor dit pistool omdat deze
nylon onderdelen aantasten.
1. Zet de ES aan-/uitschakelaar op UIT (O).
28
2. Volg de
Drukontlastingsprocedure, page
3. Zet de materiaalbron om naar oplosmiddel
of ontkoppel de materiaalleiding en sluit een
aanvoerleiding met oplosmiddel aan op het
pistool.
4. Richt het pistool in een geaarde metalen emmer.
Blijf spoelen tot er helder oplosmiddel uit het
pistool komt.
5. Volg de
Drukontlastingsprocedure, page
6. Schakel de aanvoerleiding met oplosmiddel uit
of ontkoppel hem.
7. Hang het pistool aan een haak met het mondstuk
naar beneden gericht.
8. Als u klaar bent om weer te gaan spuiten sluit
u de vloeistoftoevoerleiding weer aan. Volg de
Controlelijst installeren pistool, page
27.
27.
18.
332047K