5 - AANSLUITING OP EEN GBS
De regelaar kan worden aangesloten op een lokale supervisie-pc of een pc op afstand via de meeste communicatieprotocols (Modbus
RTU, Modbus IP, LonWorks, KNX of BACnet IP).
Voor het gebruik van KNX, LonWorks, Modbus IP of BACnet IP moeten optionele prints worden gemonteerd. De communicatietabellen
Modbus/BACnet, KNX en LON zijn afzonderlijk verkrijgbaar.
N.B.:
Wanneer databussen gebruikt worden, maken de route en behandeling van de beschikbare gegevens geen deel uit van de door ons
geleverde prestaties. Zij moeten worden voorzien door de installateur met behulp van een integrator.
De parameter P716 geeft aan of de bussen BMS1 en BMS2 werken in de modus alleen-lezen (lokaal) of lezen/schrijven
(afstandsbediening).
149
Th Tune
5.1 - Modbus RTU
De regelaar heeft een RS485-poort en heeft ingebouwde communicatie via Modbus RTU. De regelaar is een Modbus slave op de
poort J11-BMS2. Met de parameters P710 t/m P716 kan deze poort worden geconfigureerd.
Selectie van het gebruikte type communicatieprotocol op de poort
710
BMS2
711
Selectie van de overdrachtsnelheid op de poort BMS2
712
Pariteit op de poort BMS2
713
Aantal stopbits op de poort BMS2
715
Selectie van het adres van de regelaar op de bus BMS2
149
Type commando
De kabel is een afgeschermde kabel van type AWG20/22/24 (Filotex FMA-2P, Belden ref 9842 / 9842NH 24AWG of een gelijkwaardige
kabel (niet meegeleverd), gemaakt van een getwist paar en een afscherming, met een maximale kabellengte van 1000 m.
Dit netwerk mag nooit parallel lopen aan voedingskabels op minder dan 50 cm afstand. Hij mag deze kabels kruisen maar altijd
loodrecht. Er wordt gevraagd om geen circuit te vormen met de netwerkkabel, noch de aardingsband en om de verschillende soorten
kabels (besturing, voeding, aarde en communicatiebus) goed van elkaar te scheiden.
Het is het noodzakelijk om een elektrische weerstand van 120 Ω ¼W aan te sluiten op de RS485 seriële kaart die als laatste op de
bus is geplaatst.
Het gegevensformaat (16 bits tekenbytes of Boolean) is standaard voor de Modbus norm, behalve voor analoge gegevens die volledig
in het formaat "Heel getal vermenigvuldigd met 10" zijn.
De gebruikte Modbus functiecodes zijn:
- 1 of 2: Lezen van meerdere bits
- 3 of 4: Lezen van meerdere registers (16 bits)
- 5: Schrijven van een bit
- 6: Schrijven van een register (16 bits)
- 15: Schrijven van meerdere bits
- 16: Schrijven van meerdere registers (16 bits)
Modbus
0: lokaal
1: afstand
1: MODBUS RTU
0: 1200
1: 2400
2: 4800
3: 9600
4: 19200
0: zonder
1: oneven
2: even
0: lokaal
1: afstand
35