WERKING VAN DE BEDIENINGSELEMENTEN EN INSTRUMENTEN
Voorvork afstellen
WAARSCHUWING
Geef altijd beide vorkpoten dezelfde
veervoorspanning, anders kan slecht
3
weggedrag en verminderde rijstabiliteit
het gevolg zijn.
Beide voorvorkpoten zijn voorzien van een
stelbout voor veervoorspanning. De rech-
tervoorvorkpoot is voorzien van een stel-
schroef voor uitgaande demping en een
stelschroef voor ingaande demping.
LET OP
Probeer nooit voorbij de maximum- of
minimuminstellingen te draaien om
schade aan het mechanisme te voorko-
men.
Veervoorspanning
Draai om de veervoorspanning te verhogen
en zo de vering stugger te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting (a).
Draai om de veervoorspanning te verlagen
en zo de vering zachter te maken de stel-
bout op beide vorkpoten in de richting (b).
DAU55261
1
DWA14671
(a)
(b)
1. Stelbout veervoorspanning
De afstelling voor veervoorspanning wordt
gecontroleerd door de afstand A te meten,
DCA10102
zoals getoond in de afbeelding. Hoe korter
de afstand A, hoe hoger de veervoorspan-
ning; hoe langer de afstand A, hoe lager de
veervoorspanning.
1
1. Afstand A
1
(a)
(b)
Uitgaande demping
De uitgaande demping wordt alleen afge-
steld op de rechtervorkpoot.
Draai om de uitgaande demping te verho-
gen en zo de vering stugger te maken de
stelschroef in de richting (a). Draai om de
uitgaande demping te verlagen en zo de
vering zachter te maken de stelschroef in
de richting (b).
1. Stelschroef voor uitveerdemping
3-19
Afstelling veervoorspanning:
Minimum (zacht):
Afstand A = 14.0 mm (0.55 in)
Standaard:
Afstand A = 11.0 mm (0.43 in)
Maximum (hard):
Afstand A = 4.0 mm (0.16 in)
1
(a)
(b)