Tips
U kunt enkel films met de geselecteerde
beeldkwaliteit opnemen, afspelen of bewerken.
Om films met een andere beeldkwaliteit op te
nemen, af te spelen of te bewerken, moet u deze
instelling wijzigen.
Opnamestand selecteren
U kunt de opnamestand omschakelen
om de filmkwaliteit te selecteren terwijl
u films van hogedefinitiekwaliteit (HD)
([Standaard
] is de standaardinstelling).
De opnameduur van de opnamemedia
verschilt volgens de opnamestand.
(MENU)
Raak
[Beeldkwal./Formaat]
[
Opnamefunctie] aan.
Raak de gewenste opnamestand
aan.
Welke opnamestanden beschikbaar
zijn, hangt af van het gekozen
[
Framerate] (p. 82).
verschijnt op een mediumpictogram
*
wanneer een film die is opgenomen in de
gekozen opnamestand niet kan worden
opgeslagen op dat medium.
Raak
aan.
Opnamestanden en media
De mediatypes waarop beelden kunnen
worden opgeslagen, hangen af van de
gekozen opnamestand.
Meer details over opslag op externe
apparatuur vindt u op pagina 59.
Mediatypes
Op deze camcorder
Interne
opnamemedia
Geheugenkaart
Op externe apparatuur
Externe
media (USB-
opslagsystemen)
Blu-ray discs
AVCHD
opnamediscs
[PS] kan alleen worden ingesteld wanneer
*
[
Framerate] is ingesteld op [50p].
NL
0
Opnamestand
FH/
3D PS
FX
HQ/
*
LP
—
—
—
—
—