Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
Ga bij het afdrukken op speciaal afdrukmateriaal te werk volgens onderstaande richtlijnen.
Transparanten
Neem bij het afdrukken op transparanten het volgende in acht:
•
•
•
VOORZICHTIG
Transparanten die niet zijn ontwikkeld voor afdrukken in een LaserJet printer smelten
in de printer, waardoor de printer wordt beschadigd.
Glanspapier
•
•
•
Opmerking
Hewlett-Packard beveelt voor deze printer HP Color LaserJet Soft Gloss paper
aan. HP producten zijn zo ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best
mogelijke resultaten garanderen. Als in deze printer geen HP Color LaserJet Soft
Gloss paper wordt gebruikt, kan de afdrukkwaliteit verminderen.
Gekleurd papier
•
•
•
•
NL_WW
Pak transparanten altijd bij de randen vast. Vettige vingerafdrukken op een transparant
kunnen de afdrukkwaliteit aantasten.
Gebruik alleen overheadtransparanten die voor gebruik in deze printer worden
aanbevolen. Hewlett-Packard beveelt voor deze printer HP Color LaserJet transparanten
aan. HP producten zijn zo ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best
mogelijke resultaten garanderen.
Selecteer in het programma of in de driver de optie TRANSPARANT als de soort
afdrukmateriaal of druk af vanuit een lade die voor transparanten is geconfigureerd.
Selecteer in het programma of in de driver de optie Glanspapier als de soort
afdrukmateriaal of druk af vanuit een lade die voor glanspapier is geconfigureerd.
Selecteer Glanspapier voor materiaalgewichten tot 105 g/m
Selecteer Zwaar glanzend voor materiaalgewichten tot 105 g/m
Gebruik het bedieningspaneel om het afdrukmateriaal in te stellen op GLANZEND
voor de invoerlade die wordt gebruikt.
Aangezien dit voor alle afdruktaken geldt, is het belangrijk dat u na uitvoering van uw
afdruktaak de normale instelling van de printer herstelt. Zie
voor meer informatie.
Gekleurd papier moet van dezelfde hoge kwaliteit zijn als wit fotokopieerpapier.
De kleurpigmenten in het papier moeten ten minste 0,1 seconde de hoge
smelttemperatuur van 190 C kunnen doorstaan zonder dat de kwaliteit van de kleuren
wordt aangetast.
Gebruik geen papier met een gekleurde coating die na fabricage van het papier is
aangebracht.
De printer produceert kleuren door patronen puntjes - overlappend en met variërende
spatiëring - af te drukken. De tint of de kleur van het gebruikte papier kan de tinten
van de afgedrukte kleuren beïnvloeden.
2
(28 lb bankpostpapier).
2
Invoerladen configureren
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
(28 lb bankpostpapier).
75