8. Verwijder eventueel gedeeltelijk ingevoerd papier.
9. Controleer de papierbaan boven om ervoor te zorgen dat deze vrij is.
Opmerking
Als het papier scheurt, controleert u of alle papiersnippers uit de papierbaan
zijn verwijderd voordat u doorgaat met afdrukken.
10. Controleer of het papier juist is geplaatst in Lade 3 en Lade 4 en of de papiergeleiders
11. Schuif de laden in de printer.
156
Hoofdstuk 8 Problemen oplossen
tegen het papier liggen.
NL_WW