6.2
Basale informatie
Neem de onderstaande informatie in acht.
Toewijzing IP-adressen
Er zijn twee verschillende mogelijkheden om IP-adressen toe te kennen.
Toewijzing statische IP-adressen
De IP-adressen worden direct in IP touch
toegewezen of voor de KNX IP-interface via de
ETS.
Bij gebruik van statisch toegewezen IP-adressen
kunnen de Welcome-app en een extra nevenpost
(IP touch) niet gebruikt worden.
Bij het toewijzen van nieuwe statische en dynamische IP-adressen, moet elk nieuw IP-adres in de
IP touch ingevoerd worden.
Aanwijzing
KNX-integratie is niet mogelijk via de LAN1-verbinding. Voor de KNX-integratie
gebruikt u de LAN2-aansluiting of de WLAN-aansluiting van de IP touch.
Wanneer u een WLAN-verbinding gebruikt, is een router verplicht.
Router-aansluiting achteraf
Ga als volgt te werk als u achteraf een router wilt aansluiten:
1. Verander de IP touch van statische IP-adrestoekenning naar DHCP-modus.
2. Verander de IP-interface van statische IP-adrestoekenning naar DHCP-modus (in de ETS).
3. Voer het nieuwe IP-adres van de IP-interface in de IP touch in.
Aanwijzing
Als optioneel een router gebruikt wordt, moeten vaste DHCP-adressen voor de
IP touch en de IP-interface in de router toegewezen worden.
Producthandboek 2CKA001373B5022
Toepassingsvoorbeelden
Toewijzing dynamische IP-adressen
De IP-adressen worden via een lokale router
toegewezen (zowel de KNX IP-interface als de
IP touch moeten in DHCP-modus staan).
Bij gebruik van dynamisch toegewezen IP-
adressen kunnen de Welcome-app en een extra
nevenpost (IP touch) gebruikt worden.
De tweede nevenpost (IP touch) moet in
■
hetzelfde adresbereik liggen als het master-
apparaat.
│231