Opmerking
Deze parameter is alleen beschikbaar als de parameter 'Apparaatfunctie' op
'Enkel apparaat' of 'Masterapparaat' staat.
2.21.3
Algemeen – bedrijfsmodus na reset
Opties:
In de bedrijfsmodus na reset werkt het apparaat na een herstart zolang totdat eventueel een
nieuwe bedrijfsmodus door bediening van het apparaat of de communicatieobjecten worden
ingesteld. Deze bedrijfsmodus moet tijdens de planningsfase worden gedefinieerd. Bij een
onjuist gedefinieerde bedrijfsmodus kunnen comfortbeperkingen en een hoger energieverbruik
ontstaan.
–
Comfort: als de ruimtetemperatuur niet automatisch verlaagd en de ruimte daarom
onafhankelijk van de toepassing gebruikt wordt.
–
Stand-by: als de ruimte automatisch bijvoorbeeld met een aanwezigheidsmelder afhankelijk
van de toepassing wordt gebruikt.
–
Eco-modus: als de ruimte automatisch of handmatig afhankelijk van de toepassing wordt
gebruikt.
–
Vorst-/hittebeveiliging:als in de ruimte alleen de gebouwbeschermingsfunctie na reset nodig
is.
Opmerking
Deze parameter is alleen beschikbaar als de parameter 'Apparaatfunctie' op
'Enkel apparaat' of 'Masterapparaat' staat.
Producthandboek 2CKA001373B5022
Parameters voor bedieningselementen en toepassingen
Comfort
Stand-by
Ecomodus
Vorst-/hittebeveiliging
Toepassing 'interne RTR'
│143