5.4
Regelmenu's 1-4 voor relaisuitgangen
De beschrijving van de menu's voor relaisuitgangen zal van toepassing zijn op Regeling 1 2, 3 en
4 voor WDP310-modellen, op Regeling 3 en 4 voor WDP320-modellen en is niet van toepassing
op WDP340-modellen.
De regelmenu's zijn onafhankelijk van elkaar, maar werken op precies dezelfde manier. In elk
menu kunt u de volgende onafhankelijke instellingen doen: Set Point, Dead Band, Time Limit,
Interlock, Output Mode, Assign Input, HOA, Set Point, Dead Band en Time Limit (Ingestelde
waarde, Dode band, Tijdslimiet, Vergrendeld, Werkwijze uitgang, Ingang(en) toewijzen, HOA,
Ingestelde waarde, Dode band en Tijdslimiet). Bepaalde menu's verschijnen alleen als bepaalde
uitgangswerkwijzen geselecteerd werden.
De toestandsregel in het menu op het hoogste niveau kan de volgende berichten tonen: Off (UIT),
Intrlck (Vergrendeling), Time-out of een tijd. "Uit" (OFF) geeft aan dat de uitgang uit is. "Intrlck"
geeft aan dat een signaal van een debietschakelaar of niveauschakelaar de regeling heeft gestopt
en de regeluitgangen heeft uitgeschakeld. "Time-out" geeft aan dat de uitgang langer dan de
maximaal door de gebruiker geprogrammeerde tijd "AAN" was. De tijd toont dat de uitgang
AAN is en gedurende die tijd AAN was. Zie regelmenu's op de volgende pagina's.
NOOT: Wanneer u de eenheid voor de eerste keer programmeert, ga dan naar het menu "Ingang
toewijzen" om te selecteren welk elektrodesignaal de uitgang zal sturen, daarna gaat u naar het
"Werkwijzemenu" om te kiezen hoe die uitgang zal werken. Door deze toewijzingen eerst te
doen, zullen de juiste menu's getoond worden voor de werkwijze die u gebruikt.
Ingang toewijzen (Assign Input)
Druk op de
ENTER
uitgang te besturen. Gebruik de pijl-toetsen om tussen "Sensor A" en "Sensor B" om te schakelen.
Druk op
ENTER
Mode (werkwijze)
Druk op de
ENTER
De relais kunnen via diverse signalen worden geschakeld: Ingestelde waarde Laag, Ingestelde
waarde Hoog, Laag alarm, Hoog alarm, Alarm buiten toegestaan bereik, een ingang Binnen
bereik of Sonde wassen. Gebruik de pijl-toetsen de selectiemogelijkheden te doorlopen.
Ingestelde waarde Laag (Low Set Point)
Druk op
ENTER
relais zal sluiten wanneer de proceswaarde onder de ingestelde waarde daalt. De
overzichtsscherm zal tonen dat de uitgang "AAN" is. Een tijdslimietmenu zal beschikbaar zijn om
"runaway"-regeling te voorkomen. Een vergrendelingsmenu zal beschikbaar zijn om de regeling
te stoppen als het debiet langs de sensor stopt.
Ingestelde waarde Hoog (High Set Point)
Druk op
ENTER
relais zal sluiten wanneer de proceswaarde boven de ingestelde waarde stijgt. Het
overzichtsscherm zal tonen dat de uitgang "AAN" is. Een tijdslimietmenu zal beschikbaar zijn om
"runaway"-regeling te voorkomen. Een vergrendelingsmenu zal beschikbaar zijn om de regeling
te stoppen als het debiet langs de sensor stopt.
-toets om de sensorsignalen te veranderen die gebruikt zullen worden om de
om de wijziging te aanvaarden.
-toets om de werkwijze te kiezen waarmee de uitgang bestuurd zal worden.
wanneer dit wordt weergegeven om een Ingestelde waarde Laag te kiezen. Het
wanneer dit wordt weergegeven om een Ingestelde waarde Hoog te kiezen. Het
31